Direct naar artikelinhoud
NieuwsEigen bijdrage omlaag

Gemeenten vrezen sterke toename hulpaanvragen

Gemeenten zetten zich schrap voor een hausse aan aanvragen voor huishoudelijke hulp, trapliften, dagbesteding of begeleiding. Ze verwachten de toeloop omdat het kabinet met ingang van 1 januari de eigen bijdrage voor dit soort ‘maatschappelijke ondersteuning’ heeft verlaagd tot maximaal 17,50 euro per vier weken.

Wendy Keller protesteerde in 2014 als lid van de cliëntenraad van Stichting Boogh tegen de invoering van de gemeentelijke eigen bijdragen.Beeld de Volkskrant

Die eigen bijdrage voor hulpbehoevenden met midden- en hogere inkomens of eigen vermogen kan nu nog oplopen tot boven de 400 euro per maand. Zorgorganisaties krijgen de eerste nieuwe aanmeldingen binnen sinds het kabinet op 4 december tot de kostenverlaging heeft besloten. Patiëntenfederatie Nederland is er blij mee, maar de gemeenten zijn unaniem tegen.

‘Deze draconische maatregel van het Rijk maakt het straks onbetaalbaar’, zegt wethouder Ilse Saris (CDA) van de gemeente Winterswijk. ‘De sluizen worden opengezet. Ook mensen die heel goed hun hulp kunnen regelen, zullen nu vanwege de lage prijs weer bij de gemeente aankloppen.’ Bemiddelde ouderen hebben aan de gemeentelijke informatiebalies van onder meer Rotterdam al geïnformeerd of zij nu voor dit bedrag hun huis kunnen laten schoonmaken, zegt wethouder Sven de Langen (CDA).

Eigen bijdrage

In 2015 hevelde het Rijk met een nieuwe wet (Wmo) de maatschappelijke ondersteuning over naar de gemeenten. Sindsdien geldt: wie het zelf kan regelen, hoeft niet meer bij de overheid aan te kloppen. Voor de huishoudelijke hulp kregen de gemeenten 40 procent minder budget, op dagbesteding en begeleiding werd 25procent bezuinigd.

In een ‘keukentafelgesprek’ beoordeelt de gemeente nu hoeveel ondersteuning een inwoner nodig heeft. Hiervoor vraagt ze een eigen bijdrage, afhankelijk van inkomen en vermogen. Dit leidt tot veel discussie omdat dit bedrag per gemeente verschilt.

Zo’n 60 procent van de 970 duizend Wmo-gebruikers heeft een laag inkomen en betaalt weinig voor deze zorg. Veel ‘rijkere’ hulpbehoevenden berekenden met de invoering van de voor hen hoge eigen bijdragen dat ze goedkoper zelf een schoonmaakhulp konden inhuren. Het aantal gebruikers van door de gemeente betaalde huishoudelijke hulp daalde onder meer hierdoor sinds 2015 met 15 procent.

Middeninkomens

De hoge eigen bijdrage leidde er ook toe dat hulpbehoevenden met vooral middeninkomens met de begeleiding en dagbesteding stopten omdat zij die niet langer konden betalen. Daarom heeft het kabinet op 4december besloten om vanaf volgend jaar de eigen bijdrage te verlagen. ‘Dit doen we omdat veel mensen zich zorgen maken of de zorg of ondersteuning die zij nodig hebben voor hen wel beschikbaar en betaalbaar is’, zei minister Hugo de Jonge tegen de Tweede Kamer.

Wendy Keller (35), een voormalig hoofdconducteur, liep elf jaar geleden na een ziekte hersenletsel op en belandde in een rolstoel. Eind 2014, net voor de invoering van de gemeentelijke eigen bijdragen, was zij een van de weinige gehandicapten die de media zochten om te protesteren. Ze was toen lid van de cliëntenraad van zorgorganisatie Stichting Boogh, die achthonderd thuiswonenden met een beperking in 44 gemeenten begeleiding en dagbesteding biedt: hoe je met geheugenverlies toch veilig kunt koken, hoe je je spraak weer kunt verbeteren. ‘Het is heel erg dat zoveel mensen toen met deze zorg zijn gestopt omdat ze het niet konden betalen’, zegt Keller. ‘Misschien komen ze weer terug nu de eigen bijdrage verlaagd is.’

Toch staat Keller niet te juichen. ‘Ik ben benieuwd met welke maatregel de overheid straks weer komt als blijkt dat de zorg hierdoor te duur wordt. Je hebt als hulpbehoevende maar te hopen dat alles goed komt, je bent gewoon afhankelijk van de regelgeving.’

Directeur Hetty van Oldeniel van Stichting Boogh kent de machteloosheid van haar cliënten over het telkens veranderende zorgbeleid. ‘Maar het verlagen van de eigen bijdrage is voor ons wel een heel mooie uitkomst.’ ‘Schrijnend’, noemt ze het dat in 2015 tientallen van haar cliënten met een middeninkomen zijn vertrokken. ‘Dit heeft zoveel impact gehad, velen zijn zich rot geschrokken van de rekeningen.’

De eerste drie toen vertrokken cliënten hebben zich deze maand weer bij haar gemeld. Oldeniel: ‘We gaan nu iedereen aanschrijven die met de hulp is gestopt.’

Handen in het haar

Voor de groep bij wie de stapeling van zorgkosten tot problemen leidde, waren de gemeenten al bezig met oplossingen, zegt wethouder Joan Briels uit Laarbeek. ‘Maar nu zet het kabinet de kraan wijd open terwijl wij de kosten beheersbaar proberen te houden.’

Briels hoort van zijn zogenoemde Wmo-consulenten dat die met de handen in het haar zitten. ‘Deze consulenten hebben hulpbehoevenden bewust gemaakt van hun eigen verantwoordelijkheid en hebben meegedacht over hoe ze zelf hulp kunnen organiseren of hun woning alvast levensloopbestendig kunnen maken. Nu horen ze dat ze voor maximaal 17,50 euro per maand een nieuwe badkamer kunnen krijgen van het Rijk. Dan hoef je als consulent zulke gesprekken niet meer te voeren.’

Minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid) erkent dat de maatregel een aanzuigende werking kan hebben. ‘Maar’, zegt zijn woordvoerder, ‘de gemeenten zullen ook geld besparen omdat de administratiekosten afnemen.’ Of het de gemeenten echt zoveel meer gaat kosten als ze vrezen, is volgens de woordvoerder nog helemaal niet zeker.