Direct naar artikelinhoud
OpinieZwarte Pieten-debat

Overheid kan niet meer passief blijven in gepolariseerd Zwarte Pieten-debat

Kan de overheid haar afstandelijke en afwachtende rol wel volhouden, terwijl de maatschappelijke spanning verder oploopt? Volgens Menno van Duin en Lex Cachet moet de overheid de kleur van Zwarte Piet niet bepalen, maar zich wel op een andere manier mengen in het debat.

en
Een pro-Zwarte Piet demonstrant voor de rechtbank in Haarlem.Beeld Raymond Rutting / de Volkskrant

‘Ik ga niet over de kleur van Zwarte Piet’, zei premier Rutte een paar jaar geleden. Hij framede het toen nog jonge dispuut over Zwarte Piet als een maatschappelijk debat; geen opdracht voor de overheid. Toen nog niet onbegrijpelijk.

Inmiddels is er veel gebeurd. Een kleine maar radicale actiegroep (anti-Zwarte Piet) heeft een grote maatschappelijke impact gehad. Zo groot, dat er gegronde redenen zijn om te twijfelen aan de houdbaarheid van de eerder zo afstandelijke overheid.

Wat begon met wat rumoer bij de landelijke intocht in Dordrecht, liep uit de hand in Gouda, Maassluis/Rotterdam en vorig jaar (op de snelweg en) in Dokkum. Het maatschappelijke debat is geëscaleerd en verhard. Zodanig zelfs dat het verbale debat soms een fysiek vervolg kreeg in de vorm van demonstraties bij de intocht van Sint of blokkades om dergelijke demonstraties te voorkomen. Sint en Piet worden, tot hun eigen verbazing, geframed als veiligheidsrisico en ordeprobleem. Agenten beveiligen hun intocht.

Polarisatie neemt toe

Het maatschappelijke debat over Sint en Piet is ook meer en meer ge­ju­ri­di­seerd. Friezen worden veroordeeld omdat ze een demonstratie tegen Zwarte Piet onmogelijk maakten en daarmee de vrijheid van meningsuiting beknotten. Tegenstanders van Zwarte Piet proberen bij de rechter een verbod af te dwingen van de officiële intocht, omdat Piet een vorm van racisme zou zijn.

Tenslotte polariseert het debat over Zwarte Piet ook heftig. Tegenstellingen tussen cultureel links en rechts, tussen (veronderstelde) winnaars en verliezers van internationalisering en globalisering, lijken in hoge mate samen te vallen met het afwijzen of accepteren van Zwarte Piet. Het passende frame is inmiddels niet meer debat, maar strijd. Strijd tussen bevolkingsgroepen die ook op andere fronten tegenover elkaar staan. Het (voormalige) kinderfeest als mediagevoelige arena.

Wij vragen ons af of de overheid haar afstandelijke en afwachtende rol wel kan volhouden, terwijl maatschappelijk de spanning verder oploopt. Terwijl de verwachting was dat het rumoer wel zou verminderen, lijkt het tegendeel het geval. Maar, wat zou de overheid dan kunnen of moeten doen?

Dat de overheid, conform Rutte, nog steeds de kleur van Zwarte Piet niet bepaalt, lijkt ons duidelijk. Maar misschien kunnen overheden wel actief helpen de tegenstellingen tussen voor- en tegenstanders van Zwarte Piet (een beetje) te overbruggen. Al is het maar door het normale, niet-juridische gesprek tussen partijen weer op gang te brengen. Burgemeesters als wijlen Van der Laan en Hamming (Zaanstad) hebben dat met wisselend succes geprobeerd. Misschien kunnen inspanningen van het lokale bestuur ertoe leiden dat Sinterklaas weer als onschuldig kinderfeest gedefinieerd kan worden.

Begrens debat en actie

Mogelijk kan de overheid ook de grenzen van debat en actie aangeven. Wat dat betreft is een juridische procedure tegen de intocht van Sint nuttiger dan het misschien lijkt. De rechter gaf immers onomwonden te kennen dat vragen om een verbod, zonder eerst redelijk overleg gevoerd te hebben, wat hem betreft niet kan; eisers waren niet ontvankelijk. Maar de rechter ging nog verder. Vooraf roepen dat iets wel racistisch zal zijn en om een verbod vragen past, volgens het vonnis, niet binnen onze rechtsstaat. Daar geldt immers vrijheid van meningsuiting en eventuele juridische toetsing achteraf.

Overigens kan juridische duidelijkheid geen reden zijn voor het lokale en nationale bestuur om zijn verantwoordelijkheid te ontlopen. Niet de rechter maar het politiek-bestuurlijke gezag dient immers de koers te bepalen. Zeker als het kinderfeest dreigt te ontsporen.

Wat ons – en vele anderen – opvalt in het debat over Zwarte Piet is de volstrekte polarisatie, het (letterlijk) zwart-witdenken, als het over Piet gaat. Grijstinten en genuanceerde opvattingen zijn veel te weinig zichtbaar en hoorbaar. Misschien dat de overheid kan helpen om juist die middenposities meer stem te geven. Een beetje zoals het Sinterklaasjournaal en sommige gemeenten al proberen.

Menno van Duin is lector Crisisbeheersing aan het Instituut voor Fysieke Veiligheid. Lex Cachet is verbonden aan de opleiding Bestuurskunde, Erasmus Universiteit Rotterdam.

Lees ook: Rutte moet zich uitspreken over Zwarte Piet-demonstraties

Het is aan Mark Rutte om namens het voltallige kabinet ondubbelzinnig duidelijk te maken dat in Nederland iedereen dezelfde fundamentele rechten en vrijheden heeft als het om demonstreren gaat, betoogt Eduard Nazarski Directeur Amnesty International Nederland.