Direct naar artikelinhoud
verslaggeverscolumn

De almaar terugkerende kritiek op de hiphopteksten blijft drukken op een zwakke plek

De almaar terugkerende kritiek op de hiphopteksten blijft drukken op een zwakke plek

Het lijkt inmiddels een wetmatigheid binnen de Nederlandse mainstreammuziekwereld: met elk stukje terrein dat hiphop weet te veroveren, klinkt het verzet van zelfverklaarde poortwachters. Ondanks de miljarden streams, uitverkochte zalen en nummer 1-noteringen op hitlijsten. En ondanks het binnenslepen van grote muziekprijzen.

Dat hoef je rapper Ronnie Flex niet te vertellen, die afgelopen weekend de Popprijs won op festival Noorderslag. Op sociale media werd het juryrapport (‘tekstueel op eenzame hoogte’) massaal weggehoond. Critici haalden screenshots van zijn oude rapteksten erbij, voorzien van commentaar op het matige taalniveau. Hij hapte. ‘Mensen willen hele dag me trap songs pakken en dan die lyrics als voorbeeld gebruiken’, twitterde hij gekwetst. ‘Je bent oud man als je fat doet…check me lyrics van regen in de tuin, of van in de armen van engel of iets van dat en post dat en kom dan bij me terug he doei.’

Rapper Sticks (Junte Uiterwijk) uit Zwolle.Beeld RV

Je kunt nog zo succesvol zijn als rapper in Nederland - de almaar terugkerende kritiek op de hiphopteksten blijft drukken op een zwakke plek.

‘Vind je het gek’, zegt hiphopartiest Sticks (Junte Uiterwijk) uit Zwolle, ‘uiteindelijk zijn rappers ook maar gevoelige jongens die in de studio gedichten schrijven.’ Sticks werd vijftien jaar geleden landelijk bekend met de hiphopformatie Opgezwolle. We zijn overigens geen onbekenden van elkaar: we groeiden op in dezelfde buurt, gingen naar dezelfde middelbare school en we zijn allebei taalliefhebbers. Hij is een succesvolle rapper geworden die klassiekers als Hoedenplank schreef, ik ben bij de krant gaan werken.

Albumcover 'NORI' van popprijs-winnaar Ronnie Flex.Beeld RV

Niet fair

Sticks heeft de kritiek ook ervaren toen hij doorbrak, zegt hij in een Zwolse koffietent. Maar niet zo erg als bij de huidige generatie rappers. ‘Iemand als Nico Dijkshoorn schreef vroeger weleens zure stukken over ons. Onze hiphop vond-ie allemaal maar niks. Daar kwam hij later op terug toen we een keer allebei bij De Wereld Draait Door zaten.’

Maar fair is het natuurlijk niet, vindt Sticks. ‘Hiphop is een breed begrip. Je hebt om teksten gecentreerde hiphop en hiphop die gericht is op catchy deuntjes. Tussen een Typhoon en een Lil’Kleine is een wereld van verschil. Lil’Kleine weet heel goed de uitgaanscultuur te verpakken in hitgevoelige liedjes. Typhoon is weer een liefdespaus die bekend staat om zijn filosofische teksten. Het is allebei hiphop, ze rappen allebei – het zijn alleen verschillende kwaliteiten. Zo simpel is het.’

Hebben die critici niet ook een punt, vraag ik. Het taalniveau van Nederlandstalige rappers is soms toch ook om te janken? Neem het woord ‘me’ in Ronnie’s boze tweet: ‘mensen willen hele dag me trap songs pakken’. Het komt weliswaar niet uit een hiphoptekst, maar dit kán toch niet?

Sticks: ‘Hoezo? Dit is gewoon taal in beweging. Lees maar eens een boek van een eeuw geleden. Als de meerderheid ‘me’ schrijft - en dat gaat gebeuren, hoor - dan wordt het voortaan ook ‘me’ in plaats van ‘mijn’.’ 

Albumklassieker 'Eigen Wereld' van Opgezwolle.Beeld RV

Leipe gedachtegang

Sticks heeft trouwens ook niks met geforceerde pogingen om hiphop aantrekkelijker te maken voor literatuurliefhebbers. Zo verscheen twee jaar geleden een onderzoek over het aantal ‘unieke woorden’ in het oeuvre van grote vaderlandse auteurs en Nederlandse rappers. Opgezwolle eindigde op nummer 5, één plek onder Louis Couperus en net boven Multatuli. Sticks: ‘Die vergelijking sloeg als een tang op een varken. Alsof hiphop mag bestaan bij de gratie van Nederlandse literatuur.’

De belangrijkste verklaring voor de weerstand tegen Ronnie Flex moet men vooral zoeken in het huidige ‘afbrandingsmechanisme’ op sociale media, meent Sticks. ‘Waarom kun je niet gewoon ‘gefeliciteerd’ zeggen als je hoort dat Ronnie Flex een prijs heeft gewonnen? Waarom wil je die guy zijn die al die moeite doet om op Google een oude, misschien niet zo heel sterke, tekst te zoeken om te screenshotten zodat je Ronnie kunt afzeiken? Wat zegt dat over je? Een leipe gedachtegang vind ik dat.’

Sticks vergelijkt die dynamiek op sociale media met de Korte Ademhalingssteeg in Zwolle - de steeg tussen het Grote Kerkplein en de Grote Markt waar vroeger veroordeelden doorheen moesten lopen. Daar konden ze nog even snel ademhalen voordat ze werden opgehangen voor een boze menigte op het marktplein. ‘Eng vind ik dat’, zegt Sticks.

Daarom wil hij via deze weg graag alsnog het goede voorbeeld geven aan de hooivorkenbrigade op sociale media: ‘Ronnie, goed gedaan man. Gefeliciteerd met je prijs.’

Nadia Ezzeroili

Luister naar het unieke taalgebruik van Rico & Sticks tijdens een Kantoortuin Concert op de redactie van de Volkskrant.