Direct naar artikelinhoud
Verslaggeverscolumn

Wat El Abbes Ouali zag in bijna dertig jaar in een achterstandswijk

Wat El Abbes Ouali zag in bijna dertig jaar in een achterstandswijk

Toen bleek dat ze de achterstandswijk niet konden veranderen, probeerden ze er de kinderen te veranderen.

Bijna terloops zeiden ze het zo, vorig jaar, op misschien wel de beste basisschool van Arnhem: het Mozaïek in voormalige Vogelaarwijk Malburgen, al jaren ‘excellent’ volgens de Inspectie. Nu de leefbaarheid in arme buurten zelfs hard achteruit blijkt te gaan, volgens onderzoek in opdracht van de vereniging van woningcorporaties, moest ik weer aan die uitspraak denken.

In 2011 stelde het Sociaal en Cultureel Planbureau al vast dat ondanks de 750 miljoen euro die overheid en woningcorporaties in de veertig ‘prachtwijken’ en ‘krachtwijken’ van toenmalig minister van Wonen, Wijken en Integratie Vogelaar hadden gestoken, in tien jaar weinig was veranderd.

Malburgen heeft 120 nationaliteiten. Vorig jaar zag ik verrukte kinderen spelenderwijs heel veel Nederlandse woorden bijleren. Nu praat ik er met El Abbes Ouali, die hier al 28 jaar eerste rang zit bij steeds weer nieuwe beleidsmodes en rapporten: ‘En de ouders van de kinderen zijn nog steeds werkeloos.’

El Abbes Ouali

El Abbes Ouali begon in 1990 als leerkracht Arabisch in het lager beroepsonderwijs. Daar is nu geen behoefte meer aan: ‘Deze kinderen willen geen Arabisch leren, ze willen zijn zoals Nederlandse kinderen.’ Abbes werkt nu voor de Arnhemse Stichting Pas, die achterstanden van kinderen bestrijdt, hij is intermediair tussen scholen, leerlingen en ouders.

Abbes kent veel jongeren al van kleins af aan – ook sommige jongens die vanuit Malburgen naar IS zouden vertrekken, en een paar van de zeven mannen die in september in Weert en Arnhem werden gearresteerd op verdenking van het beramen van een aanslag in Nederland. Abbes heeft er nog eentje op de basisschool begeleid, die had het predicaat ‘zeer moeilijk opvoedbaar’. Over een ander kan hij vertellen dat zijn ouders, een Poolse en een Egyptenaar, ook met zijn hulp al jaren aan de bel trokken.

Alle jongens die hier radicaliseerden waren laagopgeleid, zegt Abbes, of ze hadden het moeilijk thuis omdat hun vaders waren vertrokken, en er was geen geld. ‘Dat is geen excuus, de meeste jongeren hier blijven dan gewoon hun best doen. Maar wie het radicaliseren wil voorkomen kan het niet negeren.’ Op een dag komt er een rattenvanger naar je wijk en die vindt dit soort tobbers feilloos.

In Malburgen

‘Syrische vluchtelingen die hier net heen waren gekomen verklaarden de jongens voor stapelgek. Wij zijn gevlucht, zeiden ze, en jullie willen gáán?’ Deze jongens waren bekend. En er was een ‘Uitvoeringsplan Aanpak radicalisering Arnhem’, waar 4 ton voor is uitgetrokken. ‘Dus de vraag is, waarom ze niet zijn geholpen.’

Nou?

Abbes haalt vragend zijn schouders op.

Dit jaar verscheen het rapport ‘An Unfair Start’ van Unicef. Nederland blijkt een van de rijke landen waar de schoolprestaties van kinderen opvallend lijden onder omstandigheden waar ze geen invloed op hebben, zoals geboorteplaats en het opleidingsniveau van hun ouders. Terwijl de prestaties van kansrijke en kansarme groepen op de Nederlandse basisschool niet teveel verschillen, keldert Nederland in de internationale ranglijst als het om kinderen op de middelbare school gaat. Dan zijn er opeens grote verschillen zichtbaar.

Het werk van Abbes bestaat voor een groot deel uit het wakker schudden van ouders op de basisschool. Zeggen dat hun kind op tijd naar bed moet. De ouders drie keer bellen en waarschuwen dat ze moeten komen als de school oudergesprekken voert: ‘Vooral ouders uit Syrië en Marokko zijn niet gewend dat de school je echt verwácht.’ Dit soort hulp valt helemaal weg in het voortgezet onderwijs. ‘Maar veel ouders hier kunnen de mailtjes die scholen sturen niet eens lezen.’

Mike Hoose

Er kwamen dankzij Vogelaar-gelden prachtige initiatieven in Malburgen bij, zoals een ‘Kinderwijkteam’ verderop. Mike Hoose vertelt daar later deze ochtend hoe hij iedere tien weken zo’n honderd nieuwe kinderen leert wat duurzaamheid is. Ze maken de buurt schoon en leren afval te scheiden.

Alleen is het niet echt het eerste waar Malburgen zich druk om maakt. ‘Klopt’, zegt Mike goedgemutst: ‘Mensen zijn hier bezig met overleven, dan heb je daar helemaal geen oog voor.’

El Abbes Ouali vraagt zich af waarom dan zoveel aandacht naar leuke dingen ging, en zo weinig naar ‘dé indicatoren’ voor achterstand: werkloosheid, schooluitval, veiligheid. Abbes zegt: ‘Mevrouw Vogelaar heeft veel goeds gedaan. Maar wat heb je daaraan als je op de middelbare school nog steeds geen stageplaats kunt vinden? En niemand je helpt?’

Deze kinderen willen geen Arabisch leren, ze willen zijn zoals Nederlandse kinderen