Direct naar artikelinhoud

Naar Amerika? Meld dan je gebruikersnaam op sociale media

Bezoekers op de Brooklyn Bridge.Beeld AP

Wie Amerika in wil, moet op zijn woorden gaan letten. Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken wil dat bezoekers die een visum aanvragen voortaan hun gebruikersnamen op sociale media opgeven, en alle telefoonnummers en e-mailadressen die zij de laatste vijf jaar hebben gebruikt. Dat bleek vrijdag uit een aankondiging van het ministerie om het visumaanvraagformulier te wijzigen.

Hiermee geeft de regering-Trump een nieuwe concrete invulling aan de grondige doorlichting (‘extreme vetting’) van buitenlandse bezoekers die Trump als kandidaat al beloofde. Eerder kondigde hij een stop aan op reizigers uit zes moslimlanden, plus Venezuela en Noord-Korea. Sinds vorig jaar werden sommige reizigers bij aankomst in de VS ondervraagd over hun hun sociale-media-accounts. Nu wordt die aanpak dus veel grootschaliger en systematischer uitgerold. Met de nieuwe maatregel krijgen naar schatting 14 miljoen reizigers uit alle niet-westerse landen te maken met strengere toelatingseisen.

Toeristen uit Nederland en andere westerse landen lijken de dans voorlopig te ontspringen. De nieuwe vragen gelden voor het zogeheten D-160-formulier, waarmee visa voor Amerika moeten worden aangevraagd. Inwoners van rijke landen zijn daarvan gevrijwaard. Wel moeten Nederlanders een zogeheten Esta-aanvraag indienen, een elektronisch papiertje waarop ze onder meer moeten aangeven in welke landen ze de laatste vijf jaar zijn geweest. Esta wordt in het vrijdag gepresenteerde voorstel van het ministerie nergens genoemd.

Zestig dagen de tijd voor commentaar

Het voorstel is nog niet definitief: Amerikanen hebben nu zestig dagen om er commentaar op te geven, voordat een andere overheidsdienst er een besluit over neemt. Het Congres heeft er niets over te zeggen.

‘We moeten in dit land alleen diegenen toelaten die onze waarden delen en onze waarden respecteren en ons volk respecteren’, zei Trump op een campagnebijeenkomst in augustus 2016 in Ohio. ‘In de Koude Oorlog hadden we een ideologische selectietest. Het is hoog tijd dat we een selectiemethode ontwikkelen voor de dreigingen die we nu het hoofd moeten bieden. Ik noem het doorlichten. Ik noem het grondig, grondig keuren.’

In het voorstel van het ministerie staat dat de informatie van de sociale media nodig is voor ‘identiteitscontrole en keuringsdoelen’. Diplomaten worden uitgezonderd.

De sociale media waarop het ministerie zich gaat richten worden niet met name genoemd. Het lijkt voor de hand te liggen dat Facebook, Twitter, Instagram zullen worden gecheckt.

Wie praat met wie?

Het is onduidelijk wat de Amerikanen willen gaan controleren. Uit de onthullingen van Edward Snowden vier jaar geleden bleek dat de Amerikaanse veiligheidsdiensten zeer gericht zijn op netwerkanalyses: wie praat met wie, wie is met wie gezien. De immigratiedienst zou de gebruikersnamen, telefoonnummers en e-mailadressen met NSA-data kunnen vergelijken om te zien of de reiziger in kwestie in contact staat met van terrorisme verdachte personen.

Je zou het voorstel dus kunnen lezen als geruststellend nieuws: kennelijk zijn de autoriteiten daar nu nog niet toe in staat. Maar het feit dat ze de Facebook-accounts willen hebben, lijkt wel een bevestiging van vermoedens dat de veiligheidsdiensten daar relatief makkelijk toegang toe kunnen krijgen.