Hoe houd je verkiezingen tussen de rebellen van Congo? Met stemmachines!

Beni, Congo

Congo maakt zich op voor een tijdperk zonder een staatshoofd uit de Kabila-clan. Het land gaat gebukt onder interne strijd, ebola en corruptie. Stemcomputers moeten de verkiezingen redden, maar die worden donderdag op het laatste moment uitgesteld.

President Joseph Kabila heeft de verkiezingen in Congo gewonnen! Hij kreeg 6 stemmen. Plechtig verkondigt een medewerkster van de kiescommissie, met op haar blauwe hesje in het wit agent electoral, de uitslag. Ze houdt een formulier met het resultaat omhoog in een tot stembureau omgebouwd leslokaal met donkerbruine houten schoolbankjes.

Dan klinkt gelach, van haar en haar collega’s. Joseph Kabila doet in werkelijkheid niet meer mee. Bij de generale repetitie hier in Beni, een stad in Oost-Congo, staat hij nog op wel op de kieslijst. Maar tijdens de presidentsverkiezingen is de impopulaire, besluiteloze Kabila geen kandidaat. De campagne eindigt vandaag al, maar de verkiezingen zijn donderdag op het laatste moment met een week verschoven naar 30 december (zie inzet).

Verkiezingen uitgesteld

expanded Lees meer

Voor het eerst in 21 jaar krijgt Congo een staatshoofd van buiten de Kabila-clan. Vader Laurent-Désiré, eens goudsmokkelaar en bordeelhouder, stootte in 1997 als rebellenleider met aansturing van de buurlanden Oeganda en Rwanda de kleptocraat Mobutu van de troon. Na de moord op Kabila senior in 2001 nam zijn 29-jarige introverte zoon Joseph het roer over in het immense, tumultueuze Congo. Onder zijn haast 18 jaar durende leiding is Congo verder blijven strompelen. Na het grondwettelijke einde van zijn termijn als president in 2016 rekte hij zijn verblijf en stelde hij de verkiezingen uit. Binnenkort lijkt hij dan toch terug te treden

Wel tweehonderd mannen en vrouwen maken de generale repetitie levensecht in Beni, dat meer dan 1.600 kilometer van hoofdstad Kinshasa ligt. Er hangt voor hen persoonlijk veel van af: ze kunnen een baan verdienen als verkiezingsfunctionaris. Hun praktijkexamen is een massale sollicitatie.

Een vrouw in de rij voor het oefen-stembureau zegt: ‘Als ik geld geef, mag ik dan naar binnen?’. Ze bedoelt niet een baantje te willen kopen - ze speelt een rol van corrupte kiezer. Ze wordt dreigend aangekeken door een nepagent. Hij houdt zijn vinger aan de niet-bestaande trekker van een houten meetlat. Hoog boven hem vliegt een gevechtshelikopter van de VN-missie in Congo.

Binnen in het stembureau staat een hoofdrolspeler van de verkiezingen: een elektronische stemmachine. Deze noviteit bevordert de efficiëntie en betrouwbaarheid van de stembusgang, zegt Congo’s kiescommissie. De machine is een middel om mee te frauderen, vrezen oppositie, activisten en de invloedrijke katholieke kerk. Het apparaat is bij voorbaat middelpunt van controverse.

Jean-Baptiste Kahindo (36) probeert het ding uit. Eerst krijgt hij een stembiljet. Dan stapt hij naar een stemhokje van wit bordkarton met een blauwe afbeelding van Congo, het logo van de kiescommissie. Kahindo voert zijn biljet in de stemmachine in, swipet langs de kandidaten en drukt op de tablet. De machine spuwt zijn biljet uit met daarop de kandidaat van zijn keuze. Het apparaat gaat praten. ‘A voté’ – heeft gestemd, klinkt het in het donkere kieslokaal, waar aan de betonnen muur een poster waarschuwt voor het ebola-virus dat buiten rondwaart.

De stemmachine is eigenlijk niet meer dan een printer, betoogt Congo’s kiescommissie: de verkiezingsuitslag wordt gebaseerd op de biljetten, de machines zijn er voor eventuele ‘controle’. Tegenstanders geloven er niks van, zij gaan er van uit dat er wordt gerommeld. Hoe krijg je trouwens meer dan 70.000 stemmachines aan de gang in een land zo groot als West-Europa, zonder veel wegen of elektriciteit? Met een regering die de internationale gemeenschap de rug toekeert en weigert om, zoals in 2011 wel gebeurde, voor de verkiezingen de logistieke hulp in te schakelen van de VN-missie in Congo? En snappen ongeletterde kiezers een stemmachine?

In Beni zijn de omstreden apparaten maar één onderdeel van een ingewikkeld verkiezingsverhaal. De milities rondom het stadje zorgen voor gevaar. De ebola-uitbraak hier in de regio is daardoor ook meteen de eerste ebola-epidemie in een conflictgebied. De verkiezingscampagne levert zo verwarrende taferelen op: terreinwagens met veelkleurige vlaggen van kandidaten rijden langs terreinwagens van ebola-bestrijders en langs witte pantserwagens van de VN-troepen.

De wagens van de verkiezingskandidaten spuwen hun oorverdovende slogans uit grote speakers ook uit naast het hotel van de hulpverleners van de Wereldgezondheidsorganisatie, waar in de witte gevel kogelgaten zitten en op het dak mitrailleursnesten zijn met blauwhelmen. Op de VN-basis richten bewakers witte plastic ‘pistooltjes’ op de slapen van bezoekers om hun lichaamstemperatuur te meten en symptomen van ebola te detecteren; aan de andere kant van de onverharde weg zitten Malawische VN-militairen met echte wapens in wachttorens achter prikkeldraad.


Mukusa Kambale (32) snakt naar verandering. ‘De regering doet niks voor ons, we lijden’, zegt hij naast de jungle aan de stadsrand, waar hij voor een vrouwelijke klant sandalen repareert. ‘Ik verdien op een dag zo’n 1.000 franc’ – een halve euro.

De argwaan tegenover de centrale regering wortelt hier diep. Bij Beni, in de provincie Noord-Kivu, opereren gewapende groepen met banden met de buurlanden of zelfs met het Congolese leger en Congolese politici. In de bush schuilt de ADF, de van oorsprong Oegandese militie Geallieerde Democratische Strijdkrachten. Met regelmaat vermoorden ze bewoners, vooral ’s nachts. ‘De ADF wil onze gemeenschap vernietigen en ons land inpikken’, meent Kambale.

Hij gebaart naar de bush bij de weg waarnaast hij schoenen repareert en zegt: ‘Ik woon 500 meter die kant op maar slaap door de ADF niet langer thuis. Overdag ben ik hier om geld te verdienen maar voor zonsondergang loop ik naar familie in het centrum van Beni. Mijn vrouw en vijf kinderen zitten daar de hele tijd.’ Elke dag bij het vallen van de avond lopen groepjes Congolezen naar het centrum van de stad, met bananen, bonen en ander eten. Beni is hun nachtopvang.

Bescherming hoeft de bevolking niet te verwachten van het armzalige Congolese regeringsleger. Tijdens een appèl op een legerbasis in Beni houdt een generaal met rode epaulleten op zijn camouflagepak een paar honderd soldaten voor dat ze zeker tijdens de verkiezingen moedig moeten zijn. Naast het grasveld staat een doorzeefde groene legertruck. De generaal wil weten of er nog vragen zijn. Een soldaat oppert: ‘We zijn al lang niet betaald.’ De generaal, met stevige buik, antwoordt dat de officieren zich gaan ‘opfrissen’ in een restaurant. Met hun jeeps stuiven ze weg in wolken van roodbruine aarde. De achterblijvende voetsoldaten bedelen bij de buitenlandse verslaggever: ‘Geld? Sigaretten?’


Het hoofd van de VN-missie in Beni, Omar Aboud, vertelt hoe de VN-troepen in de maanden voor de verkiezingen ‘offensiever’ zijn gaan opereren tegen milities, ook al wordt een deel van de 2.800 manschappen ingezet voor de bescherming van ebola-hulpverleners in de bush. De militaire offensieven moeten Beni veiliger maken. Vooral de ADF-militie is gevaarlijk. Op een wandkaart in Abouds werkkamer spreidt de ADF zich als een grote groene vlek uit ten oosten en noorden van Beni. Twintig kilometer buiten Beni doodde de ADF vorige maand zeven VN-militairen. Enkele blauwhelmen worden volgens Aboud ook nog ‘vermist in de jungle’. Op zijn wandkaart staat ook de driehoek des doods, een gebied waar een jaar geleden veertien VN-militairen werden gedood. Ten zuiden van Beni opereren andere milities, de Mai Mai.

Mukusa Kambale, de man die schoenen repareert aan de rand van Beni, zegt dat hij hoe dan ook gaat stemmen. Zoals veel mensen hier kiest hij voor Martin Fayulu, een kandidaat die minder wordt geassocieerd met de gevestigde orde dan andere figuren binnen de regering én de oppositie. Fayulu, voormalig medewerker van oliebedrijf Exxon Mobil, parlementslid en deelnemer aan straatprotesten tegen Joseph Kabila, werd vorige maand aangewezen als presidentskandidaat namens de gehele oppositie.

Maar twee kopstukken stapten samen weer uit de coalitie, wat de kansen verkleint tegen de regeringskandidaat, die door Joseph Kabila naar voren is geschoven. De woede over het gebroken oppositiefront is groot in Beni. Een rally van de twee ‘verraders’ van de oppositie, Felix Tshisekedi en Vital Kamerhe, wordt luidkeels verstoord door boze jongeren. ‘Fayulu! Fayulu!’, scanderen ze.

Martin Fayulu heeft als verkiezingskandidaat het nummer vier. De jongeren steken vier vingers van hun beide handen in de lucht en roepen ‘Quatre! Quatre!’ De weg geschreeuwde Tshisekedi en Kamerhe racen met gierende banden Beni uit. Fayulu heeft nog wel de steun van twee grote namen die zelf van verkiezingsdeelname zijn uitgesloten: ex-krijgsheer Jean-Pierre Bemba en voormalig mijnbouwmagnaat Moïse Katumbi.

De manoeuvres van de oppositie, de geestdrift van de verkiezingsfunctionarissen in Beni óf Congo’s nieuwe stemmachines. Het maakt volgens Clovis Mutsuva maakt het allemaal niks uit. De 24-jarige is lid van de politieke jongerenbeweging Lucha (‘Lutte pour le changement’, strijd voor verandering).

‘De verkiezingsuitslag wordt vervalst en het politieke systeem blijft hetzelfde.’ Mutsuva veracht de presidentskandidaat die door Joseph Kabila wordt gesteund. Emmanuel Ramazani Shadary liet vorig jaar als minister van Binnenlandse Zaken ordetroepen schieten op anti-Kabila-betogers. Tientallen mensen werden gedood. Shadary staat nu op de sanctielijst van de EU. Hij moet straks als president het schimmige mijnbouw- en zakenimperium van Kabila beschermen, meent Mutsuva. ‘Shadary is de kandidaat van de continuïteit. Shadary is Kabila.’

Kabila

Joseph Kabila doet niet mee aan de Congolese verkiezingen maar hij sluit niet uit dat hij ooit opnieuw president wordt. Kabila heeft dat laten blijken in recente interviews. Waarnemers speculeren over een ‘Poetin-Medvedev’-scenario, waarin de president een stap terugdoet om later toch weer terug te keren. Kabila’s ‘zaakgelastigde’ zou in dit scenario Emmanuel Ramazani Shadary zijn, presidentskandidaat in de verkiezingen. Kabila moet dan wel het ‘Angola’-scenario voorkomen. José Eduardo dos Santos maakte daar vorig jaar na 37 jaar presidentschap plaats voor zijn minister van Defensie João Lourenço, die sindsdien verrassenderwijs het zakenimperium van de familie dos Santos heeft aangepakt.