Direct naar artikelinhoud

De makers van de film Doof kind willen laten zien dat doof zijn geen handicap is

Doven zijn niet zielig, willen filmmaker Alex de Ronde en zijn zoon Tobias met Doof kind tonen. En doofheid is al helemaal geen handicap die gerepareerd moet worden.

Tobias de Ronde is doof geboren

Tobias de Ronde is doof geboren, maar dat was niet meteen bij geboorte duidelijk. Toen hij een jaar was, zeiden ze op het consultatiebureau tegen zijn vader Alex de Ronde: uw kind reageert niet op de gehoortests. Thuis pakte De Ronde twee pannendeksels en sloeg ze achter het hoofd van Tobias tegen elkaar. Het was onmiskenbaar: geen reactie, hartstikke doof.

Het is de taal waarin vader en zoon zich uitdrukken. Geen voorzichtig gedoe, elkaar niet sparen. Als het tijdens het gesprek gaat over de terughoudendheid van de politiek om de Nederlandse Gebarentaal als officiële taal te erkennen, zegt Alex de Ronde tegen zijn zoon: 'Alsof jullie maar wat wapperen met je handen, als een stel apen.'

We zitten in de Amsterdamse bioscoop Het Ketelhuis: vader, zoon en een tolk die Tobias' gebaren vertaalt naar gesproken taal. Aanleiding voor het gesprek is de bioscooprelease van Doof kind, de film die Alex de Ronde over zijn zoon maakte. In november ging Doof kind in première op het documentairefestival IDFA, en won er de publieksprijs.

Wat is het grootste misverstand over dove mensen?

Tobias de Ronde: 'Dat je zielig bent als je doof bent. De meeste horende mensen hebben medelijden met je. Ze behandelen je als een kasplantje dat je voorzichtig water moet geven: o, wat erg voor je dat jij niet kunt praten. Even over je bolletje aaien.'

Alex de Ronde: 'Kijk maar naar tv-reportages over dove kinderen. Die gaan bijna altijd over een kind dat van de chirurg een cochleair implantaat krijgt aangemeten. Dat is een elektronisch implantaat dat chirurgisch in de schedel wordt geplaatst, en dat geluid omzet in elektrische pulsen die de gehoorzenuw prikkelen. Altijd zit er een scène in waarin je ziet hoe zo'n kind voor het eerst hoort hoe de hond blaft. Of, nog effectiever op televisie: het kind hoort voor de eerste keer de stem van de moeder. Iedereen in tranen, en de boodschap is duidelijk: doofheid is een te repareren handicap. Wij willen met deze film een tegenwicht bieden. Laten zien hoe Tobias zijn eigen weg heeft gekozen. Hij zegt nog net niet: fuck de horende wereld. Maar hij heeft 'm ook niet nodig.'

Als kind ging Tobias vier dagen in de week naar het dovenonderwijs. De vijfde ging hij, met een tolk, naar de basisschool waar ook zijn broer op zat. 'Ik weet nog dat Joachim een dag ziek was en de tolk om een of andere reden ook niet kon komen', zegt Tobias. 'Dat was het eerste moment dat ik dacht: ik sta er alleen voor. Niet dat ik werd gepest, of vreemd bekeken, maar gesprekjes voeren in de klas of op het schoolplein lukte niet. Ik voelde me eenzaam.'

Top-3 dovenfilms van Alex de Ronde

(1) The Tribe (Myroslav Slaboshpytskiy, 2014, Oekraïne) Drama overdove jongeren. De regisseur besloot de gebarentaal niet te ondertitelen.

(2) Children of a Lesser God (Randa Haines, 1986, VS) Klassieker over dove vrouw die opkomt voor zichzelf, haar taal en haar cultuur.

(3) Le Pays des sourds (Nicolas Philibert, 1992, Frankrijk) Destijds grensverleggende documentaire over de Franse dovengemeenschap.

Als Alex de Ronde zegt dat zijn zoon de horende wereld niet nodig heeft, bedoelt hij: er is een dovenwereld waar zijn zoon zich volledig kan redden, de wereld van gebarentaal. Hij woonde er gedurende zijn hele middelbare schooltijd, op een van de weinige doveninternaat van Nederland, in Groningen. Hij studeerde voor docent gebarentaal, in Utrecht. Hij woonde in de dovenwereld toen hij onlangs een jaar aan de Gallaudet University in Washington studeerde, de enige universiteit in de wereld voor doven en slechthorenden. 'Dat was voor mij echt dovenland: iedereen spreekt er gebarentaal. Ik ben dat jaar misschien twee, drie keer van de campus af geweest om de stad in te gaan.'

Bizarre ontdekking: dat er, althans in de Verenigde Staten, een sterke hiërarchie heerst onder doven: wie tot de dove adel behoort - families waar doofheid generaties teruggaat - staat hoger op de ladder dan een 'nieuwe dove' zoals Tobias. 'Hoewel, ze vonden mijn gebarentaal zo goed, dat ze dachten dat ik uit een dovenfamilie kwam.'

Alex en Tobias de RondeBeeld Simon Lenskens

Wat heeft dat jaar in Washington je gebracht?

'Deaf power! Ik weet nog dat ik terugvloog naar Nederland en de stewardess langskwam om te vragen wat ik wilde eten. Wat ik vóór Gallaudet deed als ik met een horende moest praten was: op mijn mobieltje een tekst typen. Nu dacht ik: ik antwoord gewoon in gebarentaal dat ik doof ben. De stewardess reageerde meteen door met haar handen tegen elkaar een zwemmende beweging te maken - vis - en ellebogen omhoog, handen onder de oksel: kip. Dat voelde zoveel gelijkwaardiger. Sindsdien voel ik me vrijer om, bijvoorbeeld in gebarentaal, bestellingen te doen. En merk ik dat horende mensen hun best doen om, met eigen gebaren, met mij te communiceren.'

Denk nu niet dat alles himmelhoch jauchzend is. Dan hadden vader en zoon de film helemaal niet hoeven maken. Alex de Ronde: 'Er is de laatste jaren een venijnig mengsel ontstaan van ouders die het liefst een normaal kind hebben, chirurgen die dove kinderen een implantaat willen aanmeten, een samenleving die wil dat ieder kind met een handicap integreert in de gewone wereld, en ouders van dove kinderen die wordt afgeraden hun kind nog gebarentaal te leren, omdat het de spraakontwikkeling in de weg zou staan. Los van het feit dat het laatste nooit bewezen is, ontneem je een doof kind de makkelijkste vorm van communiceren. En dwing je hem dus weer in een isolement.'

Zou je liever een horend, of een doof kind willen, vraagt Alex de Ronde zijn zoon en diens dove vriendin Christina halverwege de film.

Zij zegt zonder twijfel: een horend kind. Hij: doof. 'Een olifant wil ook geen tijger als kind.'

De meeste horende mensen hebben medelijden met je. O, wat zielig dat je niet kunt praten. Even over je bolletje aaien

Zou jij je dove kind wel een implantaat geven?

'Nee. Je gaat niet snijden in een gezond kind. Ik hoorde laatst een verhaal van een meisje uit Purmerend, doof geboren, verder motorisch helemaal in orde. Op jonge leeftijd kreeg ze een implantaat, maar de operatie liep niet helemaal goed, en nu heeft ze voorturend vocht in de hersenen.'

Alex: 'Wat je nu krijgt, is een oorlog tussen artsen die zeggen hoe goed implantaten werken, en mensen als Tobias die met de griezelverhalen komen. Kinderen bij wie een aangezichtszenuw is geraakt door de operatie. Smaakvermogen dat verdwijnt. En wat is het langetermijneffect van zo'n elektromagnetisch ding in je hoofd? Mensen zijn al bang voor de straling van een mobieltje.'

Tobias: 'Je kunt volgens mij ook niet gereanimeerd worden, bijvoorbeeld. Dan kan het implantaat ontploffen.'

En zo wordt Doof kind als pamflet tegen het verdwijnen van gebarentaal het mooist verbeeld in een laatste lange scène, waar Tobias en Christina in bed liggen en honderduit praten zonder dat wij als kijker weten waarover het gaat. Alex de Ronde noemt het een beeld van ultiem geluk. 'En zou het er niet heel anders uit hebben gezien als ze elkaar steeds een briefje hadden moeten toeschuiven?'

Doof kind draait vanaf vandaag in de bioscoop. Lees de recensie over deze film.