Direct naar artikelinhoud
Column

Hahaha, wat een treurigheid

Hahaha, wat een treurigheid

Soms vraag ik me met lichte ongerustheid af of in dit leven genoeg tijd resteert om naar Lionel Messi te kijken. Het is alsof korrels steeds sneller glijden door de hals van de zandloper van zijn glorie. Je wilt de zandloper stiekem omdraaien, maar dat kan niet. Dan ben je af.

Dat Lionel Messi zichzelf in een jaar van fitheid zou terugvinden op de vijfde plek van de verkiezing van de Gouden Bal, achter Modric, Ronaldo, Griezmann en Mbappé, het is wat. Waren ze gedrogeerd, de stemmers? Zijn ze dragers van gele hesjes in de optocht van Grote Voetbalonvrede?

Het is anderzijds mooi dat zo’n verkiezing ergernis opwekt. Heerlijk, al die sportverkiezingen tegen het einde van het jaar. Prachtig dat wij in Nederland zo goed zijn in sport dat we moeite hebben om slechts drie of vier individuen te nomineren. Dat we de ongekende luxe hebben om grootheden als Tom Dumoulin, Max Verstappen en Kiki Bertens te kunnen negeren bij de nominaties.

Natuurlijk zouden we een wiskundige formule kunnen verzinnen, met een matrix over populariteit, internationale sterkte van een sport en wat dies meer zij, om daarna alles in de centrifuge te gooien en na het opdrogen van de cijfers tot een besluit te komen.

Maar we leven al in tijden van cijfers en algoritmen. Is het dan niet mooi dat een jury van wijze mannen en vrouwen zich buigt over het sportjaar en hopelijk een integer besluit neemt? Waarna de ene volger zal knikken van instemming en bij de ander ergernis opwelt. Dat de een zegt: tennissen is toch veel groter dan schaatsen. Terwijl de ander denkt: dat mag zo zijn, maar waarom staat Michaëlla Krajicek dan nog steeds 531ste op de wereldranglijst, terwijl we al jaren niets van haar vernemen? Als je als onzichtbare tennisser nog steeds op 531 kunt staan, is tennis dan in de breedte zo sterk als we denken?

Gelukkig maakt Messi zich niet druk om hoeveel Gouden Ballen hij kan meenemen in zijn net aangeschafte privéjet. Ook in het seizoen 2018-2019 staat hij weer helemaal bovenaan of bijna helemaal bovenaan in alle mogelijke klassementen van individueel meetbare aspecten van het voetbal, zoals doelpunten, beslissende voorzetten, cruciale passes en schoten op doel.

Messi schoot zaterdag, met Barcelona tegen Espanyol, twee vrije trappen zo geniaal in het doel, dat hij daarmee het mooist denkbare antwoord gaf op alle gekkigheid van afgelopen week. Messi praat niet. Hij stemt niet. Hij voetbalt. Hoe rijk hij ook is, hoeveel vliegtuigen hij ook koopt, hij is nog steeds de voetballende jongen, de spelende mens.

Met weemoed tellen we de dagen af tot zijn pensioen. Hij is verdorie al 31. Veel van wat hij doet, zullen we nooit meer zien. Zijn talent is onbeschrijfelijk, zeker voor iemand die als vijfde eindigde bij de verkiezing voor de Gouden Bal. Hahaha, wat een treurigheid. Maar wat maakt het uit. Geniet, zolang het nog kan.

De zandloper stiekem een beetje scheef houden, zou dat mogen?