Direct naar artikelinhoud

Staatssecretaris Van Dam voelt niets voor belasting op dierlijke producten

Staatssecretaris Martijn van Dam van Landbouw voelt niets voor de invoering van een heffing op dierlijke producten (vlees, kaas, zuivel). Volgens Van Dam is het niet aan de overheid om te bepalen wat de consument op zijn bord legt.

Staatssecretaris Martijn van Dam (Economische Zaken) krijgt een rondleiding op een melkveebedrijfBeeld anp

Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) schreef deze week in een rapport dat als Nederland zijn klimaatdoelstelling wil halen we minder dierlijke producten zouden moeten eten. Vlees heeft een hoge milieubelasting. Als voorbeeld van een maatregel om de vleesconsumptie terug te dringen suggereerde het RIVM vlees duurder te maken. Dat zou kunnen door een extra belasting te heffen op vlees of door dierlijke producten onder het hoge BTW-tarief van 15 procent te brengen (nu is dat 6 procent).

Van Dam voelt daar niets voor, zegt hij in een interview met de Volkskrant. Hij denkt ook niet dat het effect heeft. De staatssecretaris voelt meer voor het stimuleren van alternatieven voor vlees zoals vleesvervangers uit plantaardige eiwitbronnen. Ook komt hij binnenkort met een Nationaal Actieplan Groente en Fruit. Doel is consumenten ertoe te bewegen meer groenten en fruit te eten. Het Actieplan wordt uitgevoerd in samenwerking met het ministerie van Volksgezondheid.

Van Dam doet zijn uitspraken voor het begin van de Voedseltop donderdag in Den Haag. Op uitnodiging van vier ministeries zijn 150 beslissers uit de voedingswereld bijeen om te praten over het voedselbeleid voor de toekomst. Het kabinet wil dat Nederland binnen vijf tot tien jaar wereldwijd koploper is op het gebied van duurzame en gezonde voeding.

Interview

Lees hier het hele interview met Staatssecretaris Martijn van Dam

De productie van voedsel is wereldwijd verantwoordelijk voor ruim 25 procent van de uitstoot

Volgens het RIVM-rapport Wat ligt er op ons bord? kan Nederland zijn klimaatdoelstelling alleen halen als ook de voedselsector wordt aangepakt. Van Dam onderschrijft die conclusie, maar vindt dat veranderingen moeten komen in samenspraak met maatschappelijke organisaties en bedrijven. Hij voelt niets voor door de overheid opgelegde maatregelen om duurzame voeding te bevorderen.

De productie van voedsel is wereldwijd verantwoordelijk voor ruim 25 procent van de uitstoot van broeikasgassen en goed voor 60 procent van het verlies aan biodiversiteit. Dierlijke producten hebben een groot aandeel daarin: iets meer dan de helft.