Direct naar artikelinhoud
NieuwsBijwerkingen chemokuur

Dna-test kan ernstige, soms fatale bijwerkingen van chemokuur voorkomen

Nederlandse kankerpatiënten die een veel voorgeschreven chemomedicijn nodig hebben, moeten voortaan eerst een dna-test krijgen. Op die manier kunnen jaarlijks tientallen levensbedreigende bijwerkingen, ic-opnames en zelfs sterfgevallen worden voorkomen.

Wereldwijd overlijden jaarlijks naar schatting honderden patiënten door de chemokuur.Beeld Boston Globe via Getty Images

Dat blijkt uit een grootschalig onderzoek van ruim dertig Nederlandse artsen en wetenschappers uit zeventien ziekenhuizen dat is gepubliceerd in The Lancet OncologyDe Europese medicijnautoriteit EMA heeft na een brief van het Nederlandse onderzoeksteam aangekondigd de bijsluiter van het chemomiddel aan te passen om zo artsen in heel Europa te wijzen op de noodzaak van dna-onderzoek. Wereldwijd overlijden ieder jaar naar schatting honderden kankerpatiënten aan het chemomiddel dat hun leven had kunnen redden of rekken.

De Nederlandse artsen volgden jarenlang ruim elfhonderd kankerpatiënten die het chemomiddel 5-FU (capecitabine) nodig hadden. Dat medicijn is wereldwijd een van de meest gebruikte middelen tegen onder meer darmkanker, borstkanker en maagkanker. Het middel is onmisbaar, maar het gebruik ervan bezorgt oncologen hoofdbrekens, vertelt onderzoeksleider Jan Schellens, oncoloog en klinisch farmacoloog, omdat het bij een deel van de patiënten ernstige, soms fatale bijwerkingen veroorzaakt. Van alle patiënten heeft 8 procent een variatie in hun dna waardoor het medicijn minder goed of nauwelijks wordt afgebroken, zodat de toegediende standaarddosis fataal kan worden.

Nederlandse wetenschappers zochten in het dna van patiënten naar vier dna-variaties en toonden aan dat het aantal ernstige bijwerkingen bij hen meer dan halveert als zij een lagere dosis van het chemomiddel krijgen. Dat heeft geen gevolgen voor de bestrijding van de tumorcellen.  

Vanaf nu standaard controle

In de Nederlandse richtlijn voor de behandeling van darmkanker wordt de dna-test al voorgeschreven, zegt hoogleraar Hans Gelderblom (LUMC), die meewerkte aan de studie. Hij zegt dat alle oncologen zich door het nieuwe onderzoek nu bewust zijn van de meerwaarde van een dna-onderzoek en ook andere kankerpatiënten voorafgaand aan de chemokuur standaard zullen gaan controleren. In de bijsluiter van het medicijn staat al vermeld dat bij patiënten met een ‘niet-herkende’ dna-variatie onverwachts levensbedreigende bijwerkingen kunnen optreden.  Maar soms volgt pas onderzoek nadat zich ernstige bijwerkingen hebben voorgedaan. 

In een aantal landen, waaronder de Verenigde StatenFrankrijk en Groot-Brittannië, hebben nabestaanden actiegroepen opgericht om een dna- test verplicht te stellen. Het Franse ministerie van Volksgezondheid deed na druk van de actiegroep van 5-FU slachtoffers onderzoek naar de gevolgen van het chemomiddel en telde in tien jaar tijd 133 sterfgevallen en nog eens 155 patiënten van wie de prognose was verslechterd. Twee weken geleden heeft de Franse medicijnautoriteit ANSM een officiële aanbeveling gedaan om patiënten vooraf standaard te gaan testen. Ook in Groot-Brittannië zijn ziekenhuizen ingelicht.

Hoeveel Nederlandse patiënten aan het chemomedicijn zijn overleden is onduidelijk. Het bijwerkingencentrum Lareb registreerde tot eind 2017 568 ernstige bijwerkingen van het betrokken chemomiddel, die niet allemaal het gevolg hoeven te zijn van een dna-probleem.

In Frankrijk zijn nabestaanden van een patiënt een juridische procedure begonnen om de medische fout die haar het leven kostte erkend te krijgen. Zij deed mee aan onderzoek, kreeg de standaarddosering en dat bleek achteraf,  zo wees een dna-test uit, veel te veel. In Nederland is voor zover bekend één keer een schadeclaim uitgekeerd. 

Hoe genetisch onderzoek ernstige bijwerkingen door chemo kan voorkomen

Het aantal kankerpatiënten dat ernstig ziek wordt of zelfs overlijdt door het veelgebruikte chemomedicijn 5-FU kan drastisch omlaag door alle patiënten vooraf genetisch te testen en daarna eventueel de dosis aan te passen. Nederlands onderzoek onder elfhonderd patiënten in zeventien ziekenhuizen levert daarvoor nu het definitieve bewijs.