Direct naar artikelinhoud
ReportageTijdelijke woningen

Snel, goedkoop en een lange levensduur: tijdelijke woningen zijn er om nooit meer af te breken

Tijdelijke woningen lijken de oplossing voor de woningnood. Ze staan binnen een jaar, zijn relatief goedkoop en nog een voordeel: ze kunnen tientallen jaren mee.

Tijdelijke woningen in Nijkerk. Er staan 28 verplaatsbare microwoningen, ‘Heijmans One’, voor één of twee personen.Beeld Raymond Rutting / de Volkskrant.

‘Met een seizoenkaart voor FC Den Bosch erbij zit je hier helemaal goed’, zegt Bahman Laké, projectleider nieuwbouw van woningcorporatie Brabant Wonen. Hij loopt langs de twee blokken met tijdelijke woningen die hij voor zijn werkgever heeft neergezet. Het stadion van de professionele voetbalclub bevindt zich op loopafstand, net als een treinstation en een subtropisch zwemparadijs. Zijn hand glijdt goedkeurend over de gevelplaten, aan de zijkant van staal, aan de voorkant van geperste vezels. ‘Bijna als nieuw’, vindt hij. ‘De kwaliteit is gewoon super.’

Twee jaar geleden besloot de gemeente Den Bosch dat er snel extra woningen moesten komen in de stad. Minder dan een jaar later stonden de appartementsblokken er al. Gemaakt in Overijssel, in de fabriek van De Groot Vroomshoop. Het zijn 36 microwoningen van 25 of 35 vierkante meter per stuk. Iedereen heeft een eigen voordeur, keuken en badkamer. Voor de samenwoners is er een slaapkamer. De huur: circa 450 euro per maand, exclusief huursubsidie.

Deze woningen kunnen makkelijk dertig jaar mee, vertelt Laké, een ervaren bouwmanager. ‘Misschien gaan ze wel veertig of vijftig jaar mee. Maar in 2026 moeten ze verplicht weer weg, tien jaar na de oplevering. Dan verplaatsen we ze. Of we verkopen ze. Of, wie weet, blijven ze toch nog langer staan.’

Containerwoningen in strijd tegen de woningnood in Den Bosch.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

Snelle oplossing

In Nijkerk zijn ze net zo te spreken over hun tijdelijke woningen. Ook in die gemeente in Gelderland is de woningnood groot en ook daar werd gekozen voor een snelle oplossing. Op een bedrijventerrein werd een braakliggend stuk grond bouwrijp gemaakt door de gemeente, inclusief oprit, parkeerplaatsen en voorzieningen als elektra en riolering. De plaatselijke woningstichting bestelde 28 exemplaren van de ‘Heijmans One’, een verplaatsbare microwoning met puntdak voor 1 à 2 personen. De huisjes werden per vrachtwagen aangevoerd en staan nu met zware bouten verankerd op eenvoudige betonnen grondplaten.

De hele klus was binnen een jaar geklaard. De huizen mogen tien jaar blijven staan, meldt projectontwikkelaar Rudi Hol van woningstichting Nijkerk: ‘Daarna gaan ze naar een andere plek. Of ze blijven hier staan, maar dan moet de bestemmingsplan van de grond worden gewijzigd van bedrijven in woningen. We gaan uit van een levensduur van tenminste twintig jaar, maar dat is waarschijnlijk nog veel langer.’

Een ‘Heijmans One’ van binnen.Beeld Raymond Rutting / de Volkskrant

De kosten van een tijdelijke woning in Nijkerk: ongeveer 100 duizend euro, exclusief grond en infrastructuur. Dat is niet de goedkoopste oplossing als het gaat om tijdelijke bouw, geef Hol toe. (De tijdelijke appartementen in Den Bosch kosten circa 40 duizend euro per stuk, red.) De esthetische kwaliteit moet ook meetellen, vindt hij. Plus, iets pragmatischer, het inlossen van oudere bouwafspraken van de gemeente met bouwbedrijf Heijmans. De kosten zijn bovendien nog steeds lager dan die van de bouw van een permanente woning. Zo’n huis kost nu tegen de 200 duizend euro, rekent Hol voor. ‘Zet je de kwaliteit van een verplaatsbare woning af tegen de stijgende bouwprijzen, dan wordt prefab dus steeds interessanter.’

In Den Bosch had corporatie Brabant Wonen op dezelfde plek wellicht ook permanente woningen kunnen bouwen, vertelt projectleider Laké. Maar ‘permanent’ kan tot drie jaar kosten. Niet vanwege het bouwen zelf. ‘Zeker met hoogwaardige systeembouw kan het heel snel gaan.’ Het zijn vooral de juridische procedures die tijd kosten. Dat kan de wijziging zijn van een bestemmingsplan van de grond zijn, van bijvoorbeeld kantoren naar woningen. Het meest tijdrovende is vaak de juridische procedure rond de bezwaren van omwonenden tegen de bouw. Laké: ‘Inclusief beroepsmogelijkheden kan dat twee jaar duren. Drie jaar heb ik ook meegemaakt.’

Ook in Nijkerk is de ervaring dat niet de bouw, maar de juristerij de meeste tijd kost. Hol: ‘Permanente woningen bouw je binnen een jaar, als je bijvoorbeeld werkt met een prefab skelet. Het omzetten van een bestemmingsplan kost veel meer tijd.’

Judith van den Berg woont in een microwoning in Nijkerk.Beeld Raymond Rutting / de Volkskrant

‘Tijdelijk is vaak permanent’

Hoogleraar woonbeleid en woningmarkt Marja Elsinga van de TU Delft, heeft ‘een belangrijke boodschap’ voor iedereen die bezig is met tijdelijke woningen. Die boodschap luidt: ‘Tijdelijk is vaak permanent.’ Op veel plaatsen in Nederland staan tijdelijke woningen er na decennia namelijk nog steeds. ‘Dat geldt bijvoorbeeld voor Vogeldorp en Disteldorp in Amsterdam-Noord. In 1918 zijn die gebouwd als tijdelijke oplossing voor een enorm woningtekort. Ze zijn nooit verdwenen.’

Dat ‘tijdelijk’ als het gaat om huizen dus een rekbaar begrip is, vindt Elsinga niet meer dan logisch. ‘De vraag naar woningen wordt eigenlijk nooit minder. Andere woningen zijn nooit snel voorhanden. De kwaliteit van tijdelijke woningen is tegenwoordig ook zo hoog, dat vervanging na tien jaar meestal niet nodig is. Bovendien: mensen gaan zich thuis voelen op een plek, ook in een tijdelijke woning. Dus zullen ze zich verzetten tegen het weghalen van hun huis.’

Als tijdelijke woningen inderdaad vaak een permanente status krijgen, is de huidige bouwgolf voor gemeenten dan ook een manier om tijdrovende procedures te omzeilen? Elsinga: ‘Ja, wellicht. De woningmarkt vraagt om flexibiliteit. Die zit nu niet in ons systeem. Daarom hebben we nu tijdelijke woningen nodig. En plekken voor tijdelijke huisvesting, bijvoorbeeld voor mensen die verhuizen voor hun werk. De werkelijkheid is dynamischer dan onze woningmarkt.’

Den Bosch heeft plannen om nog eens 75 tijdelijke woningen gaan bouwen. Projectleider Laké is betrokken bij de zoektocht naar geschikte locaties, maar maant tot bezinning. ‘Bij Brabant Wonen zijn we eigenlijk niet zo happig op tijdelijke woningen. Je lost er een acuut probleem mee op, maar je wilt huurders toch het liefst een woning bieden waar ze zo lang en rustig mogelijk kunnen blijven wonen.’

Al zo’n 65 jaar in een ‘tijdelijke woning’

De oudste ‘tijdelijke’ woningen van woningcorporatie Brabant Wonen dateren van kort na de Tweede Wereldoorlog. De huizen zijn nu geliefd als stadsbungalows met ruime tuin en uitgeroepen tot gemeentelijk monument. Maar oorspronkelijk ging het om ‘tenten van beton’, vertelt bewoner Joop Kouwenberg (97). Begin jaren vijftig nam hij de huur over van Charles Jackson, de Engelse trainer die FC Den Bosch (althans voorloper BVV) in 1948 het eerste en enige landskampioenschap bezorgde.

Kouwenberg, voormalig opzichter bij de woningbouwvereniging, bewoonde het huis in de Ophoviuslaan lange tijd met zijn echtgenote en vier kinderen. ‘De vloer was van kaal beton en de muren van holle betonblokken. Als het buiten regende, droop het vocht binnen van de muren. Maar ik heb hier vanaf het begin goede aarde gehad, een goed gevoel.’

De zogenoemde ‘Maycrete’-woningen zijn ook bewaard gebleven in onder meer Breda en Oss. Hun naam is een samentrekking van de naam van ontwerper Bernhard Maybeck en ‘concrete’, engels voor beton. Voor de bouw mocht volgens het Noodvolkshuisvestingsbesluit van 1945 worden afgeweken van de gemeentelijke bouwvoorschriften. Voorwaarde was wel dat de huizen na tien jaar werden afgebroken.

De huizen werden regelmatig bedreigd met sloop. Kouwenberg: ‘Ze moesten weg, ze zouden weg en ze gingen niet weg. Ik heb me altijd ingezet voor renovatie.’ Bij de laatste ronde hebben de huizen een jas aangekregen. Doe ik de kachel aan, dan is het meteen lekker warm.’

‘Tijdelijke’ woningen van net na de Tweede Wereldoorlog in Den Bosch.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant