Direct naar artikelinhoud
interviewnadia moussaid

De definitieve doorbraak van tv-presentator Nadia Moussaid

Nadia MoussaidBeeld Robin De Puy

Deze zomer verving journalist en presentator Nadia Moussaid (34) haar collega Eva Jinek bij het actualiteiten-programma Laat op één. Het betekende Moussaids definitieve doorbraak: in vijf weken tijd veroverde ze de harten en hoofden van tv-kijkend Nederland.

Afgelopen zomer gebeurde er iets geks in Nederland van 2018: het applaus was unaniem. 

Grinnikend: ‘Bíjna.’

Je doelt op tv-criticus voor het Algemeen Dagblad Angela de Jong? 

‘Ja.’

Zij schreef dat als jij een kuif of een Amerikaans accent had gehad (zoals Margriet van der Linden en Eva Jinek) men lang niet zo positief zou zijn geweest. De Jong: ‘Alleen vrouwen die mooi en dienstbaar zijn worden hier op handen gedragen, geen haaibaaien met geldingsdrang.’

‘Dat stak wel, geef ik eerlijk toe. Maar als je beter wilt worden moet je ook hard zijn voor jezelf, dat heb ik van Clairy Polak geleerd. Nou, en als íemand goed is... Dus ik heb wel nagedacht, of er iets in zat.’

En? 

‘Nee.’

Bulderende lach, leunt achterover in haar stoel. Daarna, weer naar voren buigend: ‘Kijk: túúrlijk helpt het dat ik er leuk uit zie. Maar zo word ik niet wakker hoor.’

Maar dat is wel het plaatje dat uitgezonden wordt. 

‘Ja. Tegelijkertijd: ik heb gewoon maat 42, dat hebben de meeste vrouwen op televisie niet.’

En die dienstbaarheid waar De Jong het over had, zat daar wat in? 

‘Ja, dát wel. Want ik liet wel iets van mezelf zien, maar dat kan veel meer. Op de radio ben ik veel assertiever, brutaler zelfs. Net als Eva (Jinek, red.), dat maakt haar ook zo goed. Punt is: je stapt in een format en dan heb je alle energie nodig om dat tot een goed einde te brengen. Pas later, als er ontspanning in komt, kan je meer van jezelf laten zien.’

Hoe verklaar je die eensgezindheid rond jouw optreden? 

‘Hoe verklaar ik dat, mijn god. Nou, wat hielp was dat ik van tevoren heel bewust geen interviews heb gegeven, dan creëer je ook niet allerlei opgeklopte verwachtingen die je later moet inlossen. En het programma stond natuurlijk al als een huis, dat hielp ook. Er zit een supergoed team op, zij zijn echt master in talkshows maken, weten precies wat werkt. Eigenlijk hoefde ik alleen nog maar in te koppen.’

Dan kan je alsnog prima naast koppen, daar zijn genoeg voorbeelden van. 

‘Ja, oké. Nou, het belangrijkste is natuurlijk dat ik al veel vlieguren had gemaakt. Mensen denken dat ik uit het niets kwam, maar ik had al bij Radio 1 gezeten, voor AT5 gewerkt, documentaires gemaakt, De Nieuwe Maan gedaan... En verder heb ik kennelijk een soort likeability.’

Was je verbaasd over het succes? 

‘Ik had met mezelf afgesproken: niet op sociale media kijken, want reken maar dat er een hoop schijt op je afkomt. Maar na de eerste aflevering stonden we met z’n allen buiten te roken - ja, ik rook, lieve mensen - en toen zei Daniël, de jongen van de autocue, dat iedereen echt superpositief was op Twitter. Dat heeft me wel verbaasd, ja.’

Hoe is het om ineens zo in de spotlights te staan? 

‘Ja, eh... Intens.’

Jouw vriend, fotograaf Geert Broertjes, zei daarover: ‘Daar hadden we ons allebei op verkeken: dat de Privé ineens voor je deur staat. En de impact van zo’n dagelijkse show. Op televisie zag je een Nadia die heel energiek was, maar thuis lag ze vaak uitgeput op de bank. Of dan begon ze een gesprek waar werkelijk geen touw aan vast te knopen was. Pure vermoeidheid.’ 

‘Bij zo’n talkshow bouw je de hele dag adrenaline op, je focust je puur en alleen op jezelf en meteen na de uitzending sta je ook weer te stuiteren, dan wil je met iedereen praten en doe je het liefst als laatste het licht uit. Nou, daarna begint het grote analyseren, had ik maar zus, had ik maar zo, en voor je dan eenmaal in bed ligt is het drie uur ’s ochtends, en de volgende dag begint het hele feest opnieuw. Het is geweldig en verslavend en de kick is enorm als het lukt, maar het draait wél allemaal om jou, en dat is niet heel gezellig voor je omgeving.

‘Ik weet nog dat ik op een gegeven moment niet kon slapen. Eva had verteld dat ze een maand van tevoren stopt met drinken, dus dat deed ik ook. Dat hielp om scherp te zijn, maar daarmee was ik ook mijn slaapmutsje kwijt. Van tevoren dacht ik ook: hoe kom ik dán naar beneden na zo’n adrenalinestoot, straks kan ik niet slapen en dan kan ik de volgende dag niet performen. De eerste week ging het goed, viel ik in de taxi naar huis zelfs al in slaap. Maar in de tweede week kon ik ineens twee nachten achter elkaar niet slapen, nou, die paníek die ik toen voelde. Hui-lend achter het ontbijt, ’s ochtends. Ja, en dat zag Geert natuurlijk.’

Wat je ook lastig vond, is het entertainmentgedeelte: bijvoorbeeld over iemands nieuwe plaat ouwehoeren. 

‘Eh, entertainment en sport hebben iets minder mijn natuurlijke interesse, dat klopt. Ik kijk graag naar programma’s die mij iets leren over wat er in de rest van de wereld gebeurt, die mij een groter perspectief bieden dan alleen het Hollandse.’

Mis je dat in het televisieaanbod? Je hebt eerder gezegd dat je de Nederlandse programmering nogal beperkt vindt.

‘In Nederland is wel ruimte voor actualiteit, maar het moet allemaal snel en altijd met een Nederlands haakje. Ik leer zelden iets wat ik nog niet wist. Terwijl er nu zo veel grote thema’s zijn: klimaat, vluchtelingen, populisme, extreemrechts in Europa, die rare dictators die ineens overal ter wereld aan de macht komen... Noem het allemaal maar op. Ik zou veel liever grotere sprekers aan tafel zien, belangrijkere stemmen in het debat. Internationaler ook. Tot nu toe gebeurt dat alleen bij College Tour. Ik snap dat ik geen doorsneekijker ben, ik ben toch een soort niche, maar persoonlijk heb ik behoefte aan iemand van de VN die mij kan vertellen over de onderhandelingen die nu gaande zijn met betrekking tot de Marrakech-deal, of die hubs die ze neer willen zetten in Tunesië en Libië om daar migranten op te vangen. Dát vind ik interessant.’

Mooi gat om op te vullen, voor je. 

‘We zijn momenteel wel bezig met het ontwikkelen van verschillende serie-ideeën, ja.’

Toch weer een dagelijkse talkshow? 

‘Nee, want dan gaat Geert bij me weg.’ Weer die lach. ‘Nee hoor, ik vind zelf televisie maken gewoon nog te leuk. Daarom ben ik ook naar Brandpunt+ gegaan: ik wil reportages maken, de wereld in. Een dagelijkse talkshow komt nu te vroeg.’

Maar Brandpunt+ houdt op. En er zijn wel degelijk gesprekken geweest over De Wereld Draait Door. 

Voorzichtig: ‘Eh, er is gepolst, ja... Maar dat wil ik nu dus nog niet. Want ik weet wat zo’n talkshow me op zou leveren, in meerdere opzichten, maar ik weet nu óók wat het me zou gaan kosten. En dat heb ik er nu nog niet voor over.’

Nadia MoussaidBeeld Robin De Puy

Nadia Moussaid wordt op 30 mei 1984 in Schiedam geboren als eerste dochter van een Marokkaanse vader en een half Nederlandse, half Oostenrijkse moeder. Vader komt naar Nederland om hier een beter leven op te bouwen (‘Of volgens mij ook wel een beetje voor het avontuur’). Haar ouders ontmoeten elkaar in een discotheek, na Nadia volgen nog twee dochters. Nadia gaat sociale en culturele antropologie studeren aan de VU en gaat daarna, met een kleine omweg, aan de slag in de media. Tijdens het interview dat bij haar thuis aan de keukentafel plaatsvindt, rookt ze meerdere sigaretten, lacht ze veel (een aanstekelijke lach die begint met een klap lucht en eindigt in een rollende finale) en vergeet ze drie uur lang een quiche in de oven te stoppen voor het bezoek. ‘Sorry hoor, ik ben soms wat chaotisch.’

Was jullie gemengde afkomst iets waar ze in het Schiedam van 1984 mee konden dealen? 

‘Nou, er werden weleens lelijke dingen gezegd, ja. Ik zat op een heel witte basisschool en een vrij witte middelbare school. Ik had veel verschillende soorten vriendinnetjes, maar alleen bij mijn Turkse vriendinnetje herkende ik de thuissituatie. Met name de gastvrijheid en warmte thuis: dat alles mag, dat iedereen altijd kon blijven eten en slapen, dat niks te gek was en niks ingepland hoefde te worden. Ook met familie: dan stond er ineens weer een tante uit Oostenrijk op de stoep, dan gingen we zelf weer naar familie in Fez. Familie kwam en ging, alles was los.’

Nou, niet alles: als puber mocht jij bijvoorbeeld geen vriendjes hebben van je vader. 

‘Nee, klopt: uitgaan vonden mijn ouders hartstikke leuk, dat deden ze zelf ook graag, wat dat betreft waren ze een soort oude hippies, maar vriendjes... Dat was een ander verhaal. Maar dat betekende niet dat het niet gebeurde. Ik weet nog dat ik op een gegeven moment werd gesnapt door een vriend van mijn vader die me toen letterlijk bij mijn nekvel heeft gegrepen terwijl ik met een jongen bij de tramhalte stond, en dat die zich helemaal wézenloos schrok. Thuis heb ik toen ook nog een paar tikken gekregen van mijn vader. Hij zei, ik zal het nooit vergeten: ‘Ik vind het moeilijk om hier mee om te gaan. Dat je het mij niet vertelt alla, maar je moet je moeder vertellen wat je doet en waar je bent. Anders zijn we zo ongerust.’ Die jongen snapte daar helemaal níets van. Dat culturele verschil merkte je op zulke momenten heel sterk. En dat culturele verschil was er zelfs tussen mijn vader en moeder: hele discussies hebben ze gevoerd over mijn vriendjes.’

Spreek jij Arabisch? 

‘Nee. Althans, een paar woorden, op vakantie vooral.’

Was het een bewuste keuze van je ouders om jullie niet meertalig op te voeden? 

‘Mijn moeder vond dat wel belangrijk, die heeft later nog gezorgd dat we thuis les kregen, maar mij pa stond op het standpunt: je bent nu hier en dus moet je goed Nederlands spreken. Het Marokkaans-Arabisch, derizja, is ook alleen fonetisch, dus daar heb je niet zoveel aan. En er zat ook wel een stukje afzetten tegen Marokko in. Als we op vakantie gingen naar mijn vaders familie moesten we douaniers altijd wat geven en dat verdomde hij, hij háátte die corruptie. Ze hebben ook nooit Marokkaanse paspoorten voor ons geregeld, met het idee van: dan kunnen ze zich ook niet met ons bemoeien. In die geest ben ik dus opgegroeid: altijd kritisch zijn op het systeem. Kritisch zijn op religie ook. Mijn vader is moslim, maar wel op een manier van: altijd zelf vragen blijven stellen, nooit alles zomaar klakkeloos aannemen. Datzelfde antiautoritaire, iedereen-is-gelijkgevoel kwam ook al van moeders kant, want háár ouders waren communistisch, die zaten bij de CPN. Ik mocht ook geen u zeggen thuis.’

Tegen wie niet? 

‘Tegen niemand! Nog steeds heb ik moeite om te vousvoyeren. Daar moet ik zó op letten. Ik hoor mezelf regelmatig switchen tijdens interviews, heel gênant. Maar waarom zou ik ook ineens u zeggen tegen een hoogleraar en niet tegen een verpleegster? Dat slaat toch nergens op? Ik denk trouwens ook dat het een generatieding is. Mensen van mijn leeftijd doen dat niet meer.’

Ik wel. 

‘Serieus?’

Altijd. Het is dat jij hebt gezegd dat je dat niet wil. 

‘Jee. Terwijl het eigenlijk helemaal niet Nederlands is, die hiërarchische manier van praten.’

Nee, eerder Frans.

 ‘Ja, het is héél erg Frans. En Marokkaans. En Oostenrijks ook wel. Eigenlijk ben ik de enige die daar geen last van heeft, haha. Maar goed, om op je vraag terug te komen: ik heb dus altijd gevoeld dat ik wortels heb op meerdere plekken in de wereld en daardoor voel je je de rest van je leven thuis bij de andere buitenbeentjes. Later verandert dat iets omdat je steeds meer de mensen opzoekt die bij je horen, maar je raakt het nooit meer helemaal kwijt. Ik hoor niet bij de meerderheid, klaar. Mijn beste vriendin is half Duits, half Indonesisch, je herkent je in elkaar. Dat je vader een machoman is, bijvoorbeeld. En dat je ouders van alles verzamelen. Als je bij mijn ouders in de tuin kijkt weet je niet wat je ziet: van een ouwe Puch tot een gevonden keukenblad, alles wat je later misschien nog eens kan gebruiken.’

Maar is dat terug te voeren op etniciteit, of is dat gewoon armoede hebben gekend en daarom nooit meer iets willen weggooien? 

‘O, het is ook zeker een klasse-verhaal, absoluut. Maar het is óók iets etnisch. Je hoort gewoon niet bij de massa. Mijn ouders hadden geen regels. Mijn ouders hielpen niet met huiswerk, we zochten het zelf wel uit, er was weinig structuur. Maar aan liefde geen gebrek.’

Tegelijkertijd zijn zij ook van verschillende afkomst: ik kan me voorstellen dat er bij jullie in de familie ook best weleens wordt gediscussieerd vanuit een wit perspectief enerzijds, en een gekleurd perspectief anderzijds. En dan niet alleen over vriendjes.

‘Absoluut. Zeker. Heel heftige discussies zelfs.’

Waarover? 

‘Ja, dat vind ik lastig, omdat eh.. Ik wil ze niet in diskrediet brengen.’

Gaat dat over Zwarte Piet? 

‘Nou nee, dat is wel grappig, want daarvan zeggen ze dat ik degene ben met de Amsterdamse bril op. Nee, dit gaat echt over criminaliteit, over discriminatie en de politieke keuze die daarbij hoort die, zeg maar, nogal uiteenloopt.’

De polarisatie in de maatschappij zie jij dus als eerste terug in je eigen familie.

 ‘Ja. Letterlijk.’

Lastig. 

‘Yep. Het enige goede eraan, is dat ik dat kan gebruiken voor mijn werk, in de zin dat ik altijd, áltijd beide kampen probeer te begrijpen. Ik ben niet bang voor de confrontatie met mensen die mijn ideeën niet steunen. Het klinkt heel cliché en heel soft, maar je móet met elkaar in gesprek blijven, want anders komen we nergens. Toevallig heeft een collega bij Brandpunt+ net een podcast opgenomen met Yernaz Ramautarsing, die bij Forum voor Democratie zit. Er was heel wat discussie vooraf, of we dat wel moesten doen. Tuurlijk, zei ik. Tuurlijk moeten we dit doen! We moeten met elkaar blijven praten, absolutely. In wat voor wereld leven we als we dat niet meer zouden doen? Dan leeft iedereen in zijn eigen bubbel.’

Wat vind je van de huidige invulling van De Nieuwe Maan door collega-journalist Fidan Ekiz? Ze krijgt kritiek omdat zij te veel rechtse mensen een podium zou bieden. 

‘Mensen onderschatten hoe lastig dat programma is om te maken: aan de ene kant wil je een veilige ruimte creëren in het publieke media-aanbod, maar aan de andere kant moet je uitkijken dat je niet te veel een echoput wordt waarin van werkelijk debat geen sprake is. Ik snap heel goed dat ze die ontmoetingen willen faciliteren. Ik vind Fidan ook echt een topwijf. Maar ja, het is op eieren lopen. Ook omdat ze opiniemaker is. Ik heb ook wel een opinie, maar ik ben daar bewust voorzichtig mee omdat ik ook interviewer wil kunnen zijn, en dus een zekere neutraliteit moet bewaren.’

Een ‘zekere’ neutraliteit. 

‘Ja precies, zelfs dat lukt niet. Uiteindelijk ben ik natuurlijk echt wel een geëngageerde journalist. Ik ben dit werk gaan doen om de wereld te verbeteren, klaar. Meer gelijkwaardigheid, dat wil ik. Maar dat bereik je niet door de deur voor sommige mensen dicht te gooien, noch voor de ene, noch voor de andere groep. Dat zal ik dus ook nooit doen.’

Want dan gooi je de deur dicht voor je eigen familie.

‘Ja. Die jeugd in dat gemengde gezin met al die invloeden, die zorgt dat je het goed wil maken. Er zijn mensen die het anders doen, radicaler, en dat is ook nodig, maar ík ben een pacifier. Want je wéét dat je met elkaar verder moet. Het is niet zo dat je een andere planeet kunt bouwen, ofzo. O shit, die quiche.’

Nadia MoussaidBeeld Robin De Puy

Afgelopen zomer kochten Nadia en haar vriend Geert Broertjes (31 jaar) een bovenwoning in de Amsterdamse Watergraafsmeer. De verwarming doet het vooralsnog alleen in de voorkamer, het keukenblad dat jarenlang in de tuin van de familie Moussaid stond heeft pa onlangs eigenhandig in de nieuwe keuken geïnstalleerd. Gister is Geert voor een klus voor schoenenmerk Floris van Bommel naar Tibet vertrokken, Nadia ‘mist hem nu al’.

Je bent al vier jaar met Geert. Hij zei daarover: ‘We ontmoetten elkaar op een borrel, zij kwam binnen en ik dacht: wow, wie is dát? Later viel ik op haar enorme drive, de sprankeling in haar ogen, die geweldige lust for life.’ 

Giechelend: ‘Ooo.’

En waarom hou jij van hem? 

‘Hij is echt de liefste man ooit. Heel zorgzaam ook. En hij accepteert mensen zoals ze zijn. Waar ik nog weleens met allerlei oordelen binnenkom, zegt hij: ‘Dit staat ook op zichzelf, stap gewoon even deze wereld in. Zie het als een leuke ervaring.’ Snap je? Zo positief. En daarnaast is hij gewoon een onwijs knappe man. Toen ik hem ontmoette had hij een motorjack aan van rood en zwart leer, hij was echt modellenmooi en óók nog eens heel aardig en grappig en ik dacht alleen maar: die valt nooit op mij, die valt op van die poppetjes, op van die heel mooie meisjes, en niet op iemand die op voetbal zit en eigenlijk niet van sporten houdt, en ik ben nog ouder ook, dus ik ben totáál out of his league.’

Niet dus, lang verhaal kort: er was een feestje, ze trokken meteen naar elkaar toe, én maar praten, de hele avond, over haar werk, over zijn reizen, over dat hij een gevoelsmens is en zij juist van de ratio, ‘helemaal complementair dus’. Aan het einde van die avond kwamen gezamenlijke vrienden ze op de dansvloer uit elkaar halen, want - o ja! - ze hadden allebei al een partner en anders gingen er misschien onverstandige dingen gebeuren. Eindstand: een jaar later hadden ze alsnog verkering (‘Nee, er is geen overlap geweest, echt niet’) en nu wonen ze dus hier, in een huis met een Boretti-fornuis en een ‘vintage’ keukenblad en overal foto’s. Grappig detail: de televisie moet nog aangesloten worden.

Geert zei ook, gevraagd naar jouw slechte eigenschappen: ‘Nadia is een enorme treuzelkont, die gaat pas inpakken als de taxi er al staat. Op onze eerste date was ze drie uur te laat. En toen sms’te ze tenminste nog.’ 

‘Ik ben niet zo goed met tijd, nee. Ik heb er gewoon geen besef van. En dan ben ik ook nog eens niet zo aardig op de app. Ik tik wat ik denk, zonder eerst hallo te zeggen. Het is niet gebiedende wijs, maar...’

Geert vertelde dat je altijd eerst bij hem checkt of iets een leuk berichtje is en het dan pas verstuurt.

‘Hahaha!’

En dan hou je ook nog van heel slechte Netflixfilms en series met nul inhoud.

‘In dat genre heb ik een goede tip: Outlander. Die acteur is gewoon zo woest aantrekkelijk. Het gaat over een vrouw die in Schotland een steen aanraakt en dan 200 jaar terug in de tijd gaat waar ze dan zo’n stoere, Schotse, roodharige man ontmoet. Héérlijk. Ik kan het ook niet samen met Geert kijken want dan gaat hij het de hele tijd zitten nadoen, heel irritant.’

Hoe ontspannen jullie samen? 

‘O, van alles: dansen, eten. De kroeg in, wijn drinken, bier drinken. En reizen, dingen ontdekken, verhalen maken, avonturen beleven. Dan zijn we ultiem gelukkig.’

Hebben jullie belangstelling voor het huwelijk? 

‘Ik wil graag trouwen, zeker. Ik ben totaal niet conservatief, maar we hébben al zo weinig rituelen in de huidige, moderne tijd. En juist in zaken als trouwen, geboorte en sterven heb je ankers nodig in het leven die jouw verhaal als individu markeren. Dat heb ik ook geleerd in mijn studie antropologie. En dan hoef ik echt niet in een kerk te trouwen ofzo, maar ik wil wel dat mijn zus zingt en zijn vader muziek maakt en dat we met z’n allen de liefde vieren. En daarna kinderen, gráág, als het ons gegund is natuurlijk. Dat heb ik ook vrij vroeg gezegd nadat we verkering kregen: weet waar je aan begint, want ik ga niet investeren in zomaar iets. Kan je nagaan, toen was hij pas 27, die arme jongen. Haha.’

Volgens Geert moet er dan wel wat opgeofferd worden. Hij zei: ‘In Zomergasten legde de Vlaams-Amerikaanse seksuologe Ester Perel uit dat de dingen waarop je aanvankelijk valt, uiteindelijk precies de dingen zijn die je gaan tegenstaan. Dat heb ik soms met haar ambitie. Als je aan Nadia vraagt: wat is het belangrijkste in het leven? Dan zegt ze: ‘De liefde, natuurlijk.’ Maar dan denk ik: ‘Nou, investeer daar dan ook in.’’

Deemoedig: ‘I know. I know. Dat is echt een spanningsveld in mijn leven. Ik weet wel dat je het grootste geluk ervaart in privékring. Met Geert, met vrienden, met familie, dat vrije gevoel, dat je van het ene in het andere avontuur kan belanden. Híj trekt mij daar naartoe. Maar ik kan me ook enorm in mijn werk verliezen, want ik vind het allemaal leuk. Ik weet dat Geert bang is dat als wij kinderen krijgen, hij ze in de praktijk op zal moeten voeden. En dat snap ik, want daarin ben ik best egoïstisch. Dat is niet alleen maar slecht; als je wat wilt van het leven, moet je ook ruimte voor jezelf innemen. Maar ook daarin geldt: niet ten koste van alles.’

Eerst maar eens kerst vieren samen. Wat gaan jullie doen? 

‘Eh, dat weet ik niet precies want ik heb de berichten in de familieappgroep niet goed gelezen. Het zal wel weer een zootje ongeregeld worden, met zang en dans en spruitjes en couscous en heftige discussies en zingende achternichtjes die dáár dan weer bovenuit proberen te komen. Chaos dus. Nu al zin in.’

Nadia MoussaidBeeld Robin De Puy

CV NADIA MOUSSAID

30 mei 1984

Geboren in Schiedam

1996 Havo Schiedam

2008 Sociale en Culturele Antropologie aan de VU Amsterdam

2009 Programmamaker bij Women Inc.

2010 Redactie en research MTNL/VPRO

2012 Redactie, verslaggeving en presentatie bij de Amsterdamse stadszender AT5

2013 Documentaires Geloof, Hoop & Liefde en Samba, een bootvluchteling uit Senegal

2014 Presentator radioprogramma Opium

2016 Verslaggeving bij Nieuws & Co op Radio 1

2017 Presentatie De Nieuwe Maan

2018 Vervangt Eva Jinek in praatprogramma Laat op Eén

2018 Verslaggever Brandpunt+

Moussaid woont samen met haar vriend Geert Broertjes