Direct naar artikelinhoud

Kinderombudsman roept nogmaals op om kinderen Syriëgangers te repatriëren

Voor de tweede keer binnen een jaar roept kinderombudsman Margrite Kalverboer de Nederlandse overheid op om kinderen van Syriëgangers op te halen uit Syrische vluchtelingenkampen. In een brief verzoekt zij minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid om zich daartoe tot het uiterste in te spannen. 

Kinderombudsman Margrite Kalverboer.Beeld ANP

Volgens de kinderombudsman moet de overheid zich over deze kinderen uit Syrische vluchtelingenkampen ontfermen omdat zij ernstig in hun ontwikkeling zijn bedreigd door de keuzes van hun ouders. In april vorig jaar liet Kalverboer al weten dat ‘niets doen onacceptabel is’ en dat Nederland volgens het Kinderrechtenverdrag een zorgplicht heeft voor de kinderen.

‘Met de invallende winter en recente politieke ontwikkelingen in Syrië zullen de omstandigheden in de kampen verder verslechteren en de spanningen in het gebied alleen maar oplopen’, schrijft Kalverboer in de vandaag gepubliceerde brief.

In de Syrische vluchtelingenkampen – opgezet in autonoom Koerdisch gebied in Noord-Syrië – verblijven in totaal ongeveer dertig Nederlandse kinderen samen met hun moeders. Zij vormen een fractie van de 175 Nederlandse minderjarigen die volgens de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) in Syrië of Irak leven. Tweederde van hen werd in dat gebied geboren en 145 van hen leven nog altijd in IS-gebied.

Kalverboer reageert met haar oproep op een Kamerbrief van Grapperhaus van december. Daarin geeft hij een veiligheidsanalyse van de gevolgen van het wel of niet terughalen van minderjarige kinderen uit de Syrische kampen. In de brief herhaalt Grapperhaus het Nederlandse overheidsstandpunt dat niet actief ingezet wordt op het terughalen van Syriëgangers en hun minderjarige kinderen. Nederland kan alleen iets betekenen voor de Syriëgangers als ze zich melden in een Nederlands consulaat in een van de Syrische buurlanden.

Belgische rechter

Kalverboer verwijt de Nederlandse overheid een ‘afwachtende houding’ en wijst ter vergelijking naar België. Daar heeft een rechter afgelopen december de Belgische regering gemaand om Belgische kinderen in Syrische vluchtelingenkampen te repatriëren, op straffe van een dwangsom van 5 duizend euro per dag. Ook Frankrijk heeft zich bereid getoond om de kinderen van Franse uitreizigers op te nemen.

Het is maar de vraag of Grapperhaus gehoor zal geven aan Kalverboers oproep. Op het eerste pleidooi van de kinderombudsman liet Grapperhaus weten dat zijn handen gebonden zijn omdat Nederland geen autoriteit heeft in Syrisch strijdgebied.

Ook een zogenoemde ‘gevangenneming ter uitlevering’ van uitreizigers in Syrische vluchtelingenkampen heeft weinig uitgericht. Dit rechterlijk bevel, bedoeld om uitreizigers voor een Nederlandse rechtbank te brengen, werd vorig jaar in het geval van drie Syriëgangers uitgesproken en aan de Koerdische autoriteiten overhandigd. De Koerden hebben de rechterlijke bevelen echter naast zich neergelegd en zeggen alleen in beweging te komen als de Nederlandse overheid een officieel uitleveringsverzoek indient.

Vandaag zal de rechtbank in Rotterdam vermoedelijk weer een bevel tot gevangenneming uitvaardigen voor andere uitreizigers die in Syrische vluchtelingenkampen verblijven. De uitspraak wordt later in de middag verwacht.

Komen de IS-kinderen ooit nog terug?

De zorgen nemen toe over de 175 kinderen van Nederlandse IS-vrouwen in Syrië en Irak. Dit zijn de dilemma’s van een terugkeer uit het kalifaat.

‘De kleinkinderen zijn onschuldig’
Zijn dochter en hij weten dat ze bij een eventuele terugkeer uit het kamp Al Roj de gevangenis in zal moeten. Daarom zal hij de kleinkinderen opnemen. Lees het interview met een vader waarvan de dochter naar IS-gebied vertrok.

In Syrië en Irak leven 175 Nederlandse IS-kinderen, tweederde is daar geboren; 16 kinderen bevinden zich in Al Roj.