Direct naar artikelinhoud
Reportagebtw-verhoging

De koopkracht stijgt, toch overheerst ergernis over de btw-verhoging

Het lage btw-tarief mag per 1 januari van 6 naar 9 procent gaan, bij oliebollenkraam Verrijk in Apeldoorn blijven de appelbeignets gewoon 2 euro per stuk kosten.Beeld John van Hamond

Iedereen, zowel consumenten als winkeliers, weet dat de prijzen omhoog gaan door de verhoging van het lage btw-tarief (van 6 naar 9 procent). Maar niemand weet dat daar een grotere belastingverlaging tegenover staat. De ‘schrikmomentjes’ en het negatieve blijheidssaldo overheersen.

Het lage btw-tarief mag per 1 januari van 6 naar 9 procent gaan, bij oliebollenkraam Verrijk in Apeldoorn blijven de appelbeignets gewoon 2 euro per stuk kosten. ‘Ik kan er moeilijk 2,06 euro van maken,' zegt eigenaar Ronald Verrijk (42). ‘Wisselgeld is nu al niet aan te slepen.’ 

Zijn broer Jan leunt even richting het gesprek, boven de frituur aan de achterkant van de wagen: ‘Dit soort maatregelen is leuk op papier, maar in de praktijk is het een stuk ingewikkelder.’

Daar heeft de oliebollenbakker maar deels gelijk in; op papier zijn de nieuwe belastingregels voor veel mensen namelijk ook niet te volgen. De gewraakte btw-verhoging is volgens het regeerakkoord een van de maatregelen nodig om ‘de belastingen op inkomen nog verder te verlagen’. De middeninkomens gaan er het meeste op vooruit, maar vrijwel iedereen betaalt in 2019 aanzienlijk minder inkomstenbelasting dan in 2018. 

Oké, energie wordt fors duurder, de lage btw gaat wat omhoog, en er zijn nog wat dingetjes, maar per saldo zijn veruit de meeste mensen beter af. Een alleenstaande met een modaal inkomen houdt onder de streep 43 euro per maand meer over. Vandaar ook de stijging van de koopkracht, dat percentage dat na weging van alle variabelen aangeeft hoeveel meer of minder de gemiddelde burger te besteden krijgt: 1,6 procent. Ondanks die btw-verhoging.

Schrikmomentjes

‘Maar zo ervaar ik het niet’, zegt beroepsmilitair Gert (38), die vanwege zijn werk niet met achternaam in de krant wil. Gert merkt wel dat de oliebollen van 90 cent naar een euro gaan (elf procent verhoging ter compensatie van onder meer de appelbeignets), en dat hij bij Jumbo tegenwoordig al drie, vier tientjes kwijt is voor wat chocolaatjes en ander kerstspul. ‘Dat soort schrikmomentjes voel je veel sterker dan een verlichting van de druk op je inkomstenbelasting.’

Dat klopt, berekent Esther-Mirjam Sent, hoogleraar Economie aan de Nijmeegse Radboud Universiteit en Eerste Kamerlid voor de PvdA: ‘Verliezen komen twee keer zo hard aan als winsten worden gewaardeerd, blijkt uit gedragseconomisch onderzoek. Daar komt bij dat het verlies direct merkbaar is: duurdere boodschappen. De winst is juist indirect; er zijn maar weinig mensen die hun loonstrookje uitvoerig bestuderen. Dus ook als mensen in 2019 hetzelfde of misschien iets beter af zijn, is de kans groot dat ze per saldo niet blij zijn.’

In de werkplaats van 'Rijwielspecialist Dirk Hol’. Ook de fietsenmaker valt onder het verlaagd btw-tarief dat per 1 januari van 6 naar 9 procent gaat.Beeld John van Hamond

De overheid houdt echter geen rekening met een eventueel negatief blijheidssaldo. Den Haag gaat er bij beleidsvorming vanuit dat burgers rationeel, koel en calculerend zijn, spreadsheets naast elkaar leggen en berekenen hoeveel ze onder de streep beter of slechter af zijn, volgens Sent. 80 procent van de mensen redeneert echter meer op gevoel, aan de hand van beperkte informatie. Dat is deels omdat veel mensen simpelweg geen zin hebben om alles tot achter de komma uit te rekenen, maar deels ook uit onvermogen. 

Belastingmachine

‘Een alleenstaande ouder met een deeltijdbaan en twee kinderen heeft in het contact met de overheid te maken met 12 inkomenselementen, 18 verschillende formulieren, en 80 jaarlijkse betaalmomenten’, zegt hoogleraar Sent. ‘Ondertussen draait de overheid elk jaar een paar knoppen aan de belastingmachine naar links, en een paar naar rechts. De machine zelf heeft juist grondige revisie nodig. Dat zou belastinginning begrijpelijker maken voor de burger, en beter uitvoerbaar voor de overheid.’

Op de Apeldoornse Hoofdstraat wemelt het van mensen die het gevoel hebben dat het komende jaar weer financieel zwaarder wordt. De kapper: ‘Mensen komen net uit een recessie, dan moet je dingen niet duurder gaan maken.’ De fietsenmaker, waarvan de arbeid met het lage btw-tarief wordt belast: ‘Ik verkoop een groen product, dat wil de overheid toch juist stimuleren?’ De docente: ‘Het kan toch niet de bedoeling zijn dat boeken duurder worden?’ En: ‘Groente en fruit worden duurder, waarom voert de overheid die vettaks niet in?’

Het kabinet zegt voor een btw-verhoging te hebben gekozen in de hoop dat duurdere boodschappen leiden tot minder consumptie en aldus tot een duurzamer samenleving. Het nieuwe tarief geldt vanaf 1 januari. Overheidsplatform Wijzer in geldzaken peilde alvast reacties, middels onderzoek onder duizend Nederlanders van 18 jaar en ouder. Bijna een op de drie zegt vóór het einde van het jaar nog even flink boodschappen te doen. Eén op de vijf haast zich naar de kapper, voordat die zijn prijs verhoogt. Eén op de tien bestelt alvast theater- en concertkaarten voor volgend jaar. Tegelijk heeft bijna de helft van de respondenten geen idee dat er wat in zijn portemonnee gaat veranderen.

Positief blijheidssaldo

De enigen die door de fiscale maatregelen het jaar 2019 wellicht beginnen met een positief blijheidssaldo, zo fluisteren middenstanders in de Apeldoornse Hoofdstraat, zijn gewiekste collega-ondernemers. Die zouden weleens gebruik kunnen maken van alle burgerlijke verontwaardiging om hun prijzen met veel meer dan de 3 btw-procenten te verhogen. Door de btw-verhoging verwachten klanten immers toch al dat de prijzen stijgen. Waarom zou een slimme ondernemer dat besef niet wat oprekken? 

Kazim Serdaroglu (39) van Kazim Hair & Beauty.Beeld John van Hamond

Fitnesscentra, bioscopen, musea, poppodia en vakantieparken grijpen hun kans: iedereen die ergens een abonnement op heeft krijgt dezer dagen mailtjes met aangekondigde prijsstijgingen ‘in verband met de btw-verhoging’. Dikwijls gaat de prijs van zo’n abonnement met ruim 10 procent omhoog, al dan niet terecht verklaard door allerhande verbeteringen in dienstverlening of andere kostenstijgingen.

In Apeldoorn komt alleen Kazim Serdaroglu (39) van Kazim Hair & Beauty daar schijnbaar onomwonden voor uit. ‘Gaat die verhoging door? Nou ja, een knipbeurt kost bij mij 25 euro. Maak ik er 27,50 van.’ Hij glimlacht. ‘Klant tevreden, belastingdienst tevreden, ik tevreden. Iedereen tevreden.’ Echt? ‘Nee nee, grapje, dan raak ik mijn klanten kwijt. Weet je wel hoeveel kappers er hier in Apeldoorn zijn?’