Direct naar artikelinhoud

Alleen aan de flanken van het debat wordt in termen van schuld en onschuld over slavernij gesproken

.

Er zijn mensen die rekening houden met anderen - het Mauritshuis heeft bijvoorbeeld een kunststof buste van de naamgever verplaatst en de J.P. Coenschool in Amsterdam gaat haar naam veranderen. Andere mensen raken daarvan overstuur, zoals Piet Emmer, een historicus, die door collega Martin Sommer 'eminent' wordt genoemd.

De centrale redenering in het eminente denken van Emmer en Sommer is dat ze niet zo moeten zeuren over slavernij de hele tijd. Zo bijzonder was het niet. Je moet het in zijn tijd zien. Iedereen deed het. En het leverde haast niets op.

Dus wie er 'nu nog zo'n punt van maakt', zei Emmer in De Telegraaf, 'worstelt om verklaringen te vinden voor zijn lagere sociaal-economische status. En dan is het verleidelijk om niet naar jezelf te kijken, dat je lui bent of niet genoeg opleiding hebt, maar om oorzaken buiten jezelf te zoeken. En dan komt je al snel uit op het slavernijverleden. (...) Laat het verleden rusten en pak je kansen!'

Het spijt me voor Martin Sommer, die anders altijd zulke verstandige dingen schrijft, maar volgens mij probeert zijn eminente historicus hier alleen maar oude praatjes te verkopen

Het spijt me voor Martin Sommer, die anders altijd zulke verstandige dingen schrijft, maar volgens mij probeert zijn eminente historicus hier alleen maar oude praatjes te verkopen, argumenten waar je niets aan hebt, en die ook weinig zeggen of bewijzen; hooguit iets blootleggen over de argeloosheid van de gebruiker.

De slavenhandel leverde weinig op. Dat klopt, het is bekend. De concurrentie was hevig, de overtocht lastig en de waar ongewoon bederfelijk. De slaven werden dan ook voor de werkkracht verscheept, niet voor de handelswaarde. Zonder slaven hadden we geen mijnen en plantages gehad, de kolonies waren waarschijnlijk vruchteloos gebleven.

Maar de opbrengst zegt natuurlijk niets over de morele aard van een handeling. Het zou mooi worden bij de rechter. Ja, ik heb haar verkracht, is ook zo, maar ik ben niet klaargekomen. Ik heb ze wel vermoord, alle zes, dat zeg ik ook niet, maar ze hadden geen stuiver in huis, ik ben nauwelijks uit de kosten.

Slavernij moet je in zijn tijd zien, zegt Emmer. De anderen deden het ook. En ook dat is ook zo. Aziaten hadden slaven, Arabieren, Afrikanen, zelfs die. Maar de vraag is wat je hieraan hebt. Slavernij verandert niet, dat heb je met misdrijven uit het verleden wel meer, al bezie je ze honderd keer in hun tijd, ze knappen er niet van op.

Alleen aan de flanken van het debat wordt volgens mij in termen van schuld en onschuld over slavernij gesproken. De hele rest begrijpt volgens mij wel dat schuld niet erfelijk is; slachtofferschap is weer een ander verhaal. Het probleem is niet de witte mens, zoals veel antiracisten denken, de mens is het probleem. Zelfs 'de slaaf', schrijft Vasili Grossman in Leven en lot, 'wil niet vrij zijn, maar meester worden'.

Vierhonderd jaar slavernij, honderd jaar rassenscheiding, aan de afschaffing van ongelijkheid moet nog worden begonnen. En in een column schreef Sommer enkele weken geleden: 'De reguliere migranten zaten ook hutje bij mutje.'

Twee heren op het dek, en het reisbranche-overschrijdende leed dat gebrek aan beenruimte heet. Dat is eerlijk gezegd een beetje het beeld dat ik van het eminente denken overhoud. Het zijn geen mensen die snel klagen, eerder mensen die dat langzaam doen. Maar nu is het genoeg en trekken ze het luik naar het ruim open: 'Wij zitten ook niet lekker, maar hoor je ons daarover zeuren?'

Maar nu is het genoeg en trekken ze het luik naar het ruim open: 'Wij zitten ook niet lekker, maar hoor je ons daarover zeuren?'