Direct naar artikelinhoud
ReportageHerindeling Groningen

Het begin van de latrelatie tussen stad en ommeland: in Groningen wordt gestemd

Ondanks verzet tegen de ‘annexatie’ hoort het forensendorp Haren, net als Ten Boer, vanaf 1 januari bij de gemeente Groningen. Woensdag stemmen de inwoners voor de nieuwe raad. Hoe voorkom je dat ‘de stad over de dorpen heen zal rollen’?

Mariska Sloot voert campagne op de markt in Haren. Sloot was tegen de herindeling, maar besloot toch kandidaat-raadslid te worden.Beeld Harry Cock / de Volkskrant

Mariska Sloot kan het niet ontkennen: ‘Ik sta hier met dubbele gevoelens.’ Verkiezingscampagne voeren op het Raadhuisplein in Haren voor de nieuwe gemeenteraad die gaat zetelen aan de Groningse Grote Markt: het is het gevolg van de aanstaande herindeling per 1 januari 2019, als Haren zich bij Groningen voegt. Het is een fusie (‘annexatie!’) waartegen het zuidelijk van de stad gelegen forensendorp zich met hand en tand verzette.

Een referendum wees in 2014 uit dat ruim 70 procent van de inwoners van Haren tegen was. Gezond Verstand Haren, de partij waarvoor Mariska Sloot tot voor kort wethouder was, stapte uit het college toen Harense ambtenaren toch een fusie voorbereidden. Protest tot in de Eerste Kamer haalde niks uit.

‘Het is een grenscorrectie’, vindt Sloot nog steeds. ‘Ik hoor van veel mensen: er is niet naar ons geluisterd, dus ik ga niet stemmen. Maar de komende jaren worden er juist voor de dorpen veel belangrijke beslissingen genomen.’ Daarom besloot ze zich toch te kandideren. Voor Stad en Ommeland, een samenvoeging van drie lokale partijen uit Groningen, Haren en Ten Boer. ‘Iemand zei: je kindje is niet dood, je kindje gaat op kamers.’

Sneller en beter

Behalve Haren hoort ook Ten Boer voortaan bij de gemeente Groningen. De noordelijk van de stad gelegen ­gemeente heeft weer een totaal ander karakter: platteland in aardbevings­gebied. Vanuit Ten Boer was opvallend genoeg nauwelijks weerstand tegen de fusie, zegt nummer 2 op de Stad ­Ommeland-lijst Rene Staijen, voorheen raadslid voor Algemeen Belang in Ten Boer. De gemeente bracht het ­ambtelijk apparaat tien jaar geleden al bij Groningen onder. ‘Als daarvoor een ambtenaar ziek was, lag een hele afdeling stil. We merken nu dat zaken sneller en beter geregeld worden’, zegt Staijen. ‘Gelukkig heeft Mariska ook het licht gezien.’

Het gaat bij de Groningse herindelingsverkiezingen veel over de vorm, dominante inhoudelijke kwesties zijn er niet. Ja, de aardbevingen. ‘Daar is iedereen tegen’, zegt Staijen. ‘Alleen gaat de gemeente er niet over.’

Mariska Sloot en Meinard Wolters op de markt in Haren.Beeld Harry Cock / de Volkskrant

Noviteit voor de studentenstad

Op de weekmarkt in Haren loven en bieden vrijdagmiddag vooral politieke partijen. ChristenUnie en VVD gebroederlijk voor de kaasboer, de bakfiets van GroenLinks naast de stroopwafelkraam, het CDA heeft een springkussen meegenomen en de PvdA houdt – toevallig of niet – de wacht naast een bloemenstal met rozen. Allemaal willen ze voorzieningen in dorpen als Onnen en Noordlaren behouden. En de ‘groene long’ van Haren volbouwen? Geen haar op hun hoofd die daaraan denkt.

‘Toch is dat waar veel mensen bang voor zijn’, meent Mariska Sloot, die kwartier maakt voor de Vietnamese loempiastal. En hoe moet het met de vertegenwoordiging van de veertien dorpen die bij Groningen komen? ‘Aan het verkiezingsdebat in Haren deden maar vier Harense kandidaten mee.’

Groningen wordt na 1 januari ‘echt een andere gemeente’, zegt burgemeester Peter den Oudsten, na de herindeling beoogd waarnemer. ‘We krijgen er een heel groot landelijk gebied bij, dat vergt van bestuurders andere aandacht en vaardigheden.’ Mest­beleid voor melkveehouders, bijvoorbeeld, is een noviteit voor de studentenstad. ‘We zullen dorpsbewoners het gevoel moeten geven: jullie zijn net zo belangrijk als stadjers.’

Schurende oppositie

Stad en ommeland: het is een twee-eenheid in Groningen. ‘Boeren’, schalt het op de tribunes bij de plaatselijke FC. En als straks de nieuwe raad wordt geïnstalleerd, zegt René Staijen, zullen ook de stadse kandidaten het Gronings volkslied aanheffen: ‘ain Pronkjewail in golden raand is Stad en Ommelaand.’

Maar soms is het een schurende oppositie. Dat de stad Groningen 68 miljoen euro binnenharkte bij de NAM voor het aardbevingsbestendig maken van het nieuwe cultuurcentrum ­Groninger Forum, zagen omliggende dorpen – waar ze het gevoel hebben voor elk te versterken huis te moeten vechten – met argusogen aan.

Burgemeester Den Oudsten kent de vrees, dat de stad ‘straks over de dorpen heen zal rollen’. Volgens hem is het de rol van de nieuwe raad ‘de geluiden uit de dorpen luid te laten weerklinken’. Ook komen er ‘stadsdeelmanagers’, speciale ambtenaren die moeten voorkomen dat wensen uit het buitengebied verzuipen in de ambtelijke bureaucratie. ‘De lijnen tussen bestuur en samenleving moeten kort blijven. Als we het goed doen, zullen Haren en Ten Boer niks van de herindeling merken.’

Zorgen over ondersneeuwen

Lijsttrekker Amrut Sijbolts van Stad en Ommeland heeft ervaren dat het contrast tussen stad en platteland niet zo groot is als vaak gedacht. De fusie tussen de lokale partijen verliep soepel, zegt de man die hiervoor de Stadspartij leidde. ‘Zet drie lokale PvdA-fracties bij elkaar en je hebt sneller trammelant.’ Laat het samengaan van Stad en Ommeland, op gelijkwaardige basis, een voorbode zijn voor de nieuwe gemeente. ‘De tijd dat de stad de dienst uitmaakte, is voorbij. We moeten het karakter van de dorpen koesteren.’

‘Een latrelatie’, noemt Sloot het. Een vuist maken in het aardbevingsdossier kan steviger als gemeente met 230 duizend inwoners, hoopt Staijen. Toch zijn er zorgen over het ondersneeuwen van het buitengebied. Want in inwonertal (Ten Boer negenduizend, Haren twintigduizend) zijn ze marginaal. Staijen: ‘Zelfs als alle kiesgerechtigden uit Ten Boer op mij stemmen, ook degenen die mij niet aardig vinden, haal ik de kiesdeler waarschijnlijk niet.’ Wat als er straks bezuinigd moet worden, legt het zwembad in Ten Boer het dan af tegen een nieuwe concertzaal in de stad?

Mariska Sloot heeft haar verzet in elk geval gestaakt. Dat ze met haar gedachten al in Groningen zit, blijkt als een ­bekende haar aanschiet op de markt in Haren. ‘Kom je woensdag langs op het stembureau aan de Parkweg?’ Sloot: ‘Die in de stad bedoel je?’ – ‘Nee, ­gewoon hier achter bij De Koepel!’

Zorgen over ondersneeuwen
Beeld maps4news

Bijzonder voor Groningen: een bestuur zonder gehakketak

Dat het huidige gemeentebestuur van D66, PvdA, GroenLinks en VVD tamelijk probleemloos de rit uitzat, is een trendbreuk. En die werd ingezet na een crisis over de tram die er niet kwam.

Gemeentepolitiek in Groningen stond altijd voor twee zaken garant: hommeles en trammelant. Burgemeesters vertrokken, wethouders vochten elkaar de tent uit, bestuursculturen verzuurden en grote projecten – van tram tot cultuurpaleis Forum – spleten de raad. Een trendbreuk dus, dat het huidige gemeentebestuur van D66, PvdA, GroenLinks en VVD tamelijk probleemloos de rit uitzat.

Een keerpunt was de crisis in 2012 over de tram die er niet kwam, zegt wethouder Roeland van der Schaaf (PvdA). Zijn partij speelde nogal eens een hoofdrol in de heibel. In 2012 viel het college en stuurde de PvdA-afdeling de eigen wethouder en fractievoorzitter naar huis. ‘De spanning die de jaren ervoor was opgebouwd, kwam eruit. Toen is het besef ontstaan: dit nooit weer. Laten we investeren in goede verhoudingen. De burger zit niet te wachten op gehakketak.’

Dat de PvdA vervolgens voor het eerst in een halve eeuw niet de grootste partij werd en zich bescheidener moest opstellen, speelde ook een rol. ‘De stijl van politiek bedrijven veranderde, zeker in mijn eigen partij. Eerder was het besturen op basis van macht en kracht. Nu zijn we veel meer gericht op samenwerken.’

Wat verder hielp volgens Van der Schaaf: een gezamenlijk verhaal, goede persoonlijke ­verhoudingen in het college en een ervaren burgemeester die fungeerde als mentor. ‘Bovendien heeft D66 niet willen afrekenen met de PvdA, zoals in andere steden is gebeurd.’

Noem het nieuwe harmonie. Maar oppositieleider Jimmy Dijk (SP) signaleerde vooral een ideologisch staakt-het-vuren. ‘Over zorg en huisvesting waren nauwelijks fundamentele discussies. ‘Het moet gewoon goed geregeld worden’, hoorde ik vaak. Vroeger was de PvdA de bestuurderspartij ‘die het wel even regelde’. Het is D66 vlot gelukt die rol glansrijk over te nemen.’ Voor inbreng vanuit de oppositie was nauwelijks ruimte. ‘Er staat een tomaat op die motie dus daar stemmen we tegen, was drie jaar lang de teneur’, verwijst Dijk naar het logo van zijn partij.

Van der Schaaf herkent zich wel in de kritiek. ‘Als je er samen uit wilt komen, bestaat het risico dat politieke verschillen uit zicht raken. Als een coalitie goed samenwerkt, is dat saai voor de raad.’

Dat de SP erin slaagde de aanpak van huisjesmelkers en schimmelhuurwoningen aan te scherpen, kwam volgens Dijk vooral door druk vanuit bewoners. Meer ideologisch werd het pas recentelijk, toen een SP-motie over het terugdringen van marktwerking in de thuiszorg zowaar werd gesteund door collegepartijen PvdA en GroenLinks. ‘Dat was weer voor het eerst. Onder druk van verkiezingen wordt alles vloeibaar.’