Direct naar artikelinhoud
InterviewPaul Rosenmöller

Paul Rosenmöller keert voor GroenLinks terug in de politiek: ‘Het virus raak je nooit helemaal kwijt’

Paul Rosenmöller verliet zestien jaar geleden na de val van het kabinet Balkenende I de politiek. Vandaag kondigt GroenLinks aan dat de ex-partijleider terugkeert als lijsttrekker bij de Eerste Kamerverkiezingen. ‘We zijn bereid samen te werken met het kabinet.’

Paul Rosenmoller in de Statenpassage in Den Haag.Beeld Freek van den Bergh

Paul Rosenmöller heeft zich sinds zijn vertrek in 2002 niet meer met het politieke debat bemoeid. Heel bewust, zegt hij zelf boven een uitsmijter in een Haags café. De ex-partijleider paste voor de rol van ‘orakel aan de zijlijn’. Zelfs over een spreekbeurt op het GroenLinks-congres in 2016 twijfelde hij even. ‘Ik wilde niet dat mensen zouden denken dat ik ook weer zo nodig moet. Mijn tijd is geweest.’

Waarom keert u nu toch terug in de Eerste Kamer?

‘Het begon met een telefoontje van Jesse. Of ik erover na wilde denken. Het voelde eigenlijk meteen goed. Ik heb de afgelopen jaren veel gezien. Ik heb tien jaar televisie gemaakt voor de Ikon, ik ben bij het onderwijs betrokken als voorzitter van de VO-raad (vereniging van scholen in het voortgezet onderwijs, red.), houd toezicht bij de NS en Autoriteit Financiële Markten. Nederland is een mooi land, maar het kan ook nog zoveel beter. Ik wil daar graag een bescheiden bijdrage aan leveren. Als je eenmaal besmet bent geraakt met het politieke virus, raak je het nooit meer helemaal kwijt.’

Waarom benaderde Klaver u?

‘Hij ziet dit als een belangrijke fase in de geschiedenis van de partij. GroenLinks moet een keer onderdeel worden van een kabinet. Die ambitie is er, ook bij mij, en Jesse wil nieuwe en ervaren mensen bij elkaar brengen om de volgende stap te kunnen zetten. Als fractievoorzitter in de Eerste Kamer kan ik daar over meedenken. Het is een interessante plek, zeker als de coalitie straks de meerderheid verliest in de Eerste Kamer.’

Na de moord op Fortuyn moesten u en uw gezin langdurig beveiligd worden. Bent u niet bang dat sommige mensen u nog steeds zien als de man die Fortuyn dwarszat?

‘Ik heb in die tijd gedaan wat ik dacht dat moest: het debat aangaan met iemand die anders dacht dan ik. Dat deed Fortuyn ook. Het was tussen ons fair, maar na de moord kwamen er allerlei emoties los. Het was gewoon heftig, maar verder wil ik er niet meer te veel over zeggen.

‘Ik moet het niet kleiner maken dan het is, maar ik ga aan de slag in de Eerste Kamer. Qua toon, stijl, impact en beeldvorming is dat toch anders dan de Tweede Kamer. Dat is maar goed ook. We moeten niet hetzelfde werk nog een keer overdoen.’

Dat gebeurt toch juist wel? Uit recent onderzoek blijkt dat Eerste Kamerleden veelal precies hetzelfde stemmen als de Tweede Kamerleden van hun partij.

‘In de Eerste Kamer zitten politici, geen vakjuristen. Een wet is niet waardevrij, maar ordent op een bepaalde manier de samenleving. Het is dan ook logisch dat politieke vrienden in de Tweede Kamer vaak op eenzelfde manier naar een wet kijken.’

Is GroenLinks bereid om met het kabinet samen te werken als de regeringspartijen straks hun meerderheid verliezen in de Eerste Kamer?

‘Vanzelfsprekend. We voeren geen oppositie tegen een kabinet, we voeren oppositie vóór verandering. Als het kabinet GroenLinks nodig heeft voor een voorstel, gaan we onderhandelen om te kijken of we Nederland vooruit kunnen brengen. Die gesprekken zullen vooral door Jesse Klaver worden gevoerd. De partijleider heeft het voortouw, maar hij is verstandig genoeg om goed te communiceren met de Eerste Kamerfractie. Daar ligt dan mijn invloed.’

En u moet al die GroenLinks-senatoren in het gareel houden?

‘Zeker… Nee, zo mag je dat niet noemen. Ik moet een team maken van de fractie. Dat kan ik goed. Niet alleen met kadaverdiscipline: gedisciplineerd als het moet, out-of-the-box-denkend als het kan.’

De PvdA zegt: dit kabinet hoeft niet meer op onze steun te rekenen. Daar bent u het dus niet mee eens?

‘Als er een uitgestoken hand van het kabinet komt, zullen we onze idealen proberen te verwezenlijken. Als er geen uitgestoken hand komt, maakt dit kabinet waarschijnlijk zijn termijn niet vol.’

U maakte een televisieprogramma met Mark Rutte toen hij een onsuccesvol politicus was. Bent u verrast dat hij al zo lang premier is?

‘We waren drie dagen met hem in New York. De tv-ploeg zei: nu gaan we zien of het een aardige vent is. Niemand kan drie dagen verstoppertje spelen. We zaten ’s nachts in het café, hij speelde piano, we deelden voedselpakketten uit aan daklozen, maar hij houdt altijd zijn opgeruimde karakter. Ik bewonder zijn werklust en uithoudingsvermogen en hij is buitengewoon benaderbaar. Als ik Rutte sms, antwoordt hij sneller dan mijn kinderen. We hebben wel eens gesproken over onderwijs; hij is leraar op donderdagochtend, een soort parttime werknemer in mijn sector. Hartstikke goed dat hij dat doet. Dat zie je niet vaak bij een minister-president.’

Je vraagt je bijna af waarom u deze man wilt vervangen door Jesse Klaver.

‘Dat zou je je bijna afvragen, maar er zijn heel goede, inhoudelijke gronden om dat te doen. Klaver en Rutte lijken op elkaar: ze zijn optimistisch, energiek, sociaal vaardig, sterk in leidinggeven, goeie campaigners, betrouwbaar. Maar er zijn forse inhoudelijke verschillen. Ik kies voor de agenda van Klaver, maar dan kan ik Rutte nog wel waarderen en respecteren. Daar ontbreekt het nog wel eens aan vandaag de dag.’

Meer lezen?

‘Ook wij maakten fouten bij integratie’
In 2003 publiceerde Rosenmöller Een mooie hondenbaan, een persoonlijke terugblik op de periode dat hij fractieleider was van GroenLinks. In een toelichting erkende hij dat zijn partij zich destijds wellicht te eenzijdig richtte op de nieuwe Nederlanders.

De doorbraak van Fortuyn
Op de avond van de gemeenteraadsverkiezingen van 2002 vond een lijsttrekkersdebat plaats dat de politiek veranderde en desastreuze gevolgen had voor toenmalig PvdA-lijsttrekker Ad Melkert en VVD’er Hans Dijkstal. Naast Fortuyn was ook Paul Rosenmöller een van de hoofdrolspelers.