Direct naar artikelinhoud
nieuwsgezondheidszorg

Inspectie heft verscherpt toezicht Careyn op na verbeterde zorg in verpleeghuizen

Vijf jaar geleden begonnen de problemen bij zorgorganisatie Careyn. Na een aantal fusies was de intensieve zorg aan zo’n tweeduizend ouderen op zes locaties ondermaats. De weg naar verbetering, na ingrijpen van de inspectie, bleek succesvol.

en
Wijkverpleegkundige Kristel van Aert van Careyn Zorg Thuis op bezoek bij Haidar (16).Beeld Hollandse Hoogte / Joyce van Belkom

Bij Careyn kunnen ze opgelucht ademhalen: de grote zorgorganisatie staat niet langer onder verscherpt toezicht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), na jarenlange kritiek op de kwaliteit van de zorg in hun verpleeghuizen.

‘Als je kijkt waar Careyn vandaan komt, hebben ze een enorme prestatie geleverd met hun verbeteringen’, zei hoofdinspecteur Korrie Louwes van de IGJ afgelopen week, bij het vrijgeven van de inspectierapporten. ‘Dat is indrukwekkend.’

Als Careyn nu niet had voldaan aan de voorwaarden, had dat grote gevolgen gehad voor de toekomst van de instelling. De inspectie had dan een dwangsom kunnen opleggen. Mogelijk was de organisatie uiteindelijk verder gegaan in kleinere delen, als zij er niet in was geslaagd goede zorg te leveren.

2013: De groei van Careyn brengt problemen

Careyn, opgericht in 2007, groeide tot 2013 uit tot een van de grootste zorgorganisaties van Nederland door fusies met organisaties als Zuwe en Aveant. Onder de zorgmoloch vallen zo’n dertig verpleeghuislocaties in de provincies Utrecht, Zuid-Holland en Brabant, als ook thuiszorg en wijkverpleging. Zo’n tweeduizend oudere, veelal dementerende bewoners wonen en krijgen intensieve zorg in de verpleeghuizen van Careyn. De organisatie heeft, ongerekend in voltijdse dienstverbanden, bijna vijfduizend mensen in dienst. De snel gegroeide organisatie met een jaaromzet van 340 miljoen euro kampte al snel met financiële problemen, veel personeelsverloop en hoog ziekteverzuim. Mede door de rappe schaalvergroting had Careyn te weinig oog voor de kwaliteit van de zorg en de deskundigheid van de medewerkers.

2016:  Inspectie ziet dat zorg van Careyn onder de maat is

Careyn belandde op de lijst van de inspectie van 150 verpleeghuizen waar de zorg ondermaats was, de zogenoemde ‘zwarte lijst’. In november 2016 kwam de verpleeghuiszorg van Careyn onder curatele te staan van de Inspectie voor de Gezondheidszorg, met een zogeheten aanwijzing, vanwege grote zorgen over de kwaliteit van de zorg en de veiligheid van bewoners. Veel dossiers van de bewoners bleken niet op orde. Het personeel was te weinig deskundig om de steeds zwaardere zorg van verpleeghuisbewoners aan te kunnen. De werkdruk was te hoog, alsook het ziekteverzuim. Gevolg van de personeelsproblemen was bovendien dat er te vaak flexwerkers en uitzendkrachten werden ingezet die de bewoners en hun individuele behoeften niet kenden.

De vaste krachten werkten soms meer dan veertien uur per dag om de gaten in het rooster te vullen. In die roosters was geen tijd ingepland voor overdracht van de ene naar de volgende dienst. Het bestuur was bovendien van onvoldoende kwaliteit, constateerde de Inspectie. Careyn kreeg toen een jaar om deze waslijst aan problemen op te lossen.

2017: Careyn krijgt meer tijd de zorg op orde te brengen

Eind juli 2017 meldde Careyn dat zij nog niet klaar was met de verbeteringen. Daar had de inspectie begrip voor. ‘Het was een enorme opgave, ze moesten zo veel doen’, zegt hoofdinspecteur Louwes. ‘Wij zagen dat de gegeven termijn daarvoor te kort was.’

Daarom kreeg Careyn met een nieuwe ‘aanwijzing’ nóg een jaar de tijd om aan de eisen te voldoen, in twee etappes. Voor het toezicht daarop legde de Inspectie nog 21 onaangekondigde bezoeken af aan verschillende Careyn-locaties.

2018: Careyn zet grote stappen vooruit

In april 2018 constateerde de Inspectie dat Careyn aan een deel van de voorwaarden had voldaan. De dossiers van de bewoners zijn nu voldoende op orde. Ook is er tijd in de roosters voor de overdracht tussen de diensten. Donderdag werd duidelijk dat de zorgorganisatie aan alle voorwaarden van de inspectie voldoet. Daarmee is de dagelijkse zorg voor de tweeduizend bewoners van de verpleeghuizen weer voldoende op peil. Er is nu wel voldoende en deskundig personeel. De kwaliteit van de zorg is verbeterd alsook het bestuur. Daarom heeft de inspectie nu de aanwijzing beëindigd.

‘Al in het voorjaar zagen onze inspecteurs bij hun bezoeken dat Careyn op de goede weg was’, zegt hoofdinspecteur Louwes. Zo daalde het ziekteverzuim. Het lukte Careyn om gekwalificeerde verzorgenden en verpleegkundigen te werven, wat lastig is op een krappe arbeidsmarkt, en zeker voor een organisatie die een slechte naam heeft gekregen.

Een van de veranderingen die hebben geleid tot betere zorg is de inzet van zogeheten kwaliteitsverpleegkundigen op alle locaties. Zij werken mee in de zorg en kijken tegelijkertijd wat er verbeterd kan worden. ‘Omdat op alle locaties zulke gekwalificeerde mensen aan betere kwaliteit werken, kunnen ze een netwerk vormen dat onderling ervaringen uitwisselt en van elkaar leert hoe je zorg het best kan organiseren.’

Bij zo’n netwerk bleek de schaalgrootte van Careyn juist een voordeel te zijn. Eerder was gesuggereerd dat de organisatie door de fusies te groot en te log was geworden, met een te grote afstand tussen het bestuur en de praktijk van de zorg in de wooneenheden.

Hoe nu verder?

Careyn is blij dat het extra verscherpte toezicht van de Inspectie verleden tijd is. ‘Wij zien dit als een erkenning dat wij op de goede weg zijn met kwaliteit en veiligheid van de zorg’, meldt bestuursvoorzitter Marco Meerdink in een persverklaring. ‘Dit geeft een steun in de rug om verder te bouwen aan een gezonde organisatie.’

Met het afsluiten van het verscherpte toezicht op Careyn is een volgende grote zorginstelling die onder vuur lag van de inspectie weer aan de goede kant van de lijn beland. ‘Het is niet dat alle problemen in de verpleeghuiszorg nu zijn opgelost’, zegt Louwes. ‘De krapte op de arbeidsmarkt leidt tot veel problemen bij instellingen om goed gekwalificeerd personeel te werven, zeker in de grote steden. Maar aan deze casus van Careyn is wel te zien dat je met veel extra inspanningen veel kunt bereiken.’