Direct naar artikelinhoud
VerslaggeverscolumnMargriet Oostveen

Wat je naar de kringloop brengt, gooi je niet écht weg. Dan ben je ‘goed bezig’. Dus nu gooit de kringloopwinkel het weg

Wat je naar de kringloop brengt, gooi je niet écht weg. Dan ben je ‘goed bezig’. Dus nu gooit de kringloopwinkel het weg

De sorteerhal waar de ­dozen binnenkomen is al tien jaar niet helemaal leeg geweest, dat lukt niet meer. Stichting De Arm, de grootste kringloopzaak van Utrecht, houdt bij hoeveel textiel en huisraad ze verwerken. In 2017 was dat al 12.500 kilo per week en 650 duizend kilo in het hele jaar. In 2018 schoot de aanvoer opeens met nog een kwart omhoog. Als deze stijging doorzet, zit kringloop De Arm volgend jaar aan een miljoen kilo.

En wat kwam erbij? Niet veel waar een kringloopwinkel wat aan heeft, wel bergen gematerialiseerd schuldgevoel: vuilnis, verpakt als recycling. Men werd zich bewust van ‘het klimaat’ en wil consuminderen. De kringloopwinkel geeft dan een fijn gevoel. Wat je daarheen brengt, gooi je niet écht weg. Dan ben je ‘goed bezig’.

Dus nu gooit de kringloopwinkel het weg.

Ontspullers lijken ondanks alle goede voornemens en geholpen door het einde van de crisis toch vooral het consumeerderen een zet te geven. Daar kwam Marie Kondo ook nog bij, de Japanse opruim­goeroe met een reeks bestsellers en een tv-serie voor Netflix. Van Kondo moet je alles in huis weggooien wat geen ‘vreugde’ biedt, en dat is dan de loop der jaren nogal wat. Het verwijderen van deprimerende meuk veroorzaakt opvallend vaak honger naar nieuwe spullen.

Sorteerhal van kringloopwinkel De Arm, Utrecht.

Dick van Stroe, hoofd van de af­deling elektra, ziet weleens mensen ‘twee tasjes kleding brengen’, Dick doet even voor hoe nuffig, pink in de lucht. ‘En dan rijden ze in een Audi Q7. Dat ritje naar hier verstookt meer dan het oplevert.’

‘Mensen met een goed inkomen, zeg maar Volkskrant-lezers’, zegt ­directeur Nanette Schenk (‘als ik even mag chargeren’), die worden soms boos als ze hun bankstel niet wil innemen, omdat het kapot of vies is bijvoorbeeld. ‘Die zeggen ­letterlijk: ‘Maar iemand die árm is, is daar toch nog wèl blij mee?’

Veel rotzooi dankt de kringloopwinkel ook aan nieuwe prijsstunters, zoals de Primark. En aan Tel Sell-programma’s op tv – drie maanden nadat daar een buikspierapparaat is verkocht, komen die hier met tientallen binnen. Dick van Stroe werkt al 25 jaar bij kringloopwinkels. Een scheerapparaat van dertig jaar oud doet het nog steeds, als Dick hem in het stopcontact uitprobeert. ‘Maar een scheerapparaat van drie jaar oud doet het niet.’

Wat je naar de kringloop brengt, gooi je niet écht weg. Dan ben je ‘goed bezig’. Dus nu gooit de kringloopwinkel het weg

We lopen langs een indrukwekkende rij Senseo-apparaten. Spullen worden tegenwoordig gemaakt om zo snel mogelijk de geest te ­geven, volgens Dick. Soms probeert hij tegen beter weten in losse ­onderdelen van apparaten te ­bestellen bij een fabrikant: dat kan zelden nog.

De vader van directeur Nanette was in de jaren tachtig een van de oprichters van De Arm, bedacht voor dak- en thuislozen. Die mochten daar wat spulletjes verkopen en hadden dan overdag meteen een plaats om warm te blijven. Het woord kringloop bestond toen nog niet eens.

Afgelopen feestdagen bestelde Nanette 89 kerstpakketten voor alle medewerkers, van wie er nu 31 op de loonlijst staan, zoals Arno Mol op de sorteerafdeling, die uit overtuiging probeert uitsluitend tweedehands te kopen. Zijn baan vergt wel een stevige maag. ‘Vorige week kwam er stront uit een tennistas.’ Terwijl Arno dit vertelt opent hij een zak met gebroken borden en een plak chocola uit 2013.

Arno Mol op de sorteerafdeling.

Waarom neemt de directeur niet gewoon meer mensen aan voor de toegenomen stroom aan rotzooi? Omdat daar geen geld voor is, zegt Nanette. Al dat vuilnis kóst alleen maar geld. En De Arm werkt zonder subsidie maar betaalt wèl 21 procent BTW over de omzet, net als winkels in nieuwe spullen. Best raar als je duurzaamheid wil bevorderen. De kringloopbranche wil er ook zo snel mogelijk vanaf – in de ons omringende landen ís dat al zo.

Wat ze nog wel goed kunnen ­gebruiken: witgoed, mooie verlichting en tegen ieders verwachting: boeken. Veel écht arme mensen ­gebruiken de kringloop namelijk graag als bibliotheek. Hint voor hoogopgeleiden: arme mensen willen geen vieze bank, die willen boeken lezen. Dus kopen ze vaak een nieuwe stapel boeken van het geld dat een gelezen stapel bij inlevering oplevert. De draagkrachtige ontspullers zijn intussen zo driftig aan het opruimen, dat ze zelfs puur goud weggooien: Dick laat een hele verzameling sieraden zien die hier in oude kastjes en doosjes werden gevonden.

Wie het kringlopen en het ­klimaat wil helpen, zou thuis om te beginnen dus veel strenger moeten selecteren. ‘Breng in godsnaam alleen nog wat heel en schoon is’, roepen sorteerders van De Arm, vanachter hun stapels dozen. En wees eerlijk: brengt het nog vreugde?