Direct naar artikelinhoud
ColumnSheila Sitalsing

Niet eindeloos palaveren over het begrip ‘gezagsverhouding’. Gewoon, bam, een streep trekken

Sheila Sitalsing.

Terwijl Wouter Koolmees, minister van onmogelijke zaken, zijn hele ministerschap lang al diep en uitvoerig het hoofd aan het breken is over een kwestie die zich niet zomaar laat ontraadselen, namelijk de kwestie van de zelfstandige zonder personeel die makkelijk kan ontaarden in de moderne lijfeigene zonder vangnet, liet de rechter hem deze week zien hoe je dat doet. Niet eindeloos palaveren over het begrip ‘gezagsverhouding’. Gewoon, bam, een streep trekken.

Wie voor Deliveroo maaltijden bezorgt, is helemaal geen vrije jongen die op de golven van het wilde kapitalisme in volledige vrijheid zelf wel uitmaakt waar en wanneer hij zich naar inkomenszekerheid en financiële onafhankelijkheid fietst, zo vonniste de rechter in een rechtszaak die was aangespannen door de FNV. Want Deliveroo stelt eenzijdig de contractvoorwaarden op, onderhandelen over voorwaarden of tarieven is niet mogelijk en de macht en het gezag liggen evident bij Deliveroo. Aldus de rechter. Het bedrijf houdt de mythe van vrijheid, flexibiliteit en zelfstandig ondernemerschap onder haar fietsers in stand om zich maar niet te hoeven houden aan de cao voor het beroepsgoederenvervoer. Terwijl die cao gewoon geldt, meent de rechter. Deliveroo gaat in beroep.

Dat krijg je dus als de wetgever draalt en de polder er een potje van maakt. Dan zoekt de vakbond andere wegen en wordt de rechter ingeschakeld om de arbeidsmarkt te reguleren en om de collectieve afspraken over een fatsoenlijke minimumbehandeling van werkenden te beschermen.

Het vonnis raakt nog geen tweeduizend, veelal in deeltijd rondtoerende Deliveroo-werknemers. Een fractie van de meer dan 1 miljoen zzp’ers voor wie al een jaar of vijf – de vorige minister kwam er ook al niet uit – geen duidelijkheid is over regels en wetgeving. Zo blijft de situatie voortduren dat zekerheid en bescherming gekoppeld zijn aan het type contract (vast of niet) en niet aan het type werkende (hoogbetaald en zelfredzaam of niet). Waardoor laagbetaalde maaltijdbezorgers die niet in vaste dienst zijn weinig hebben om op terug te vallen wanneer ze door een ongeluk niet meer kunnen werken. En duurbetaalde, van het geld bulkende werknemers in vaste dienst zich op goedkope, collectieve zekerheden kunnen beroepen.

De OESO verbaasde zich onlangs nog over de verkruimeling van de Nederlandse arbeidsmarkt, waar een groeiend aantal mensen niet meebetaalt aan en niet meedeelt in de sociale zekerheid. Een hoop mensen die als zelfstandig ondernemer geregistreerd staan, zijn helemaal geen ondernemer en verdienen te weinig, noteerde de OESO. Het belastingvoordeel voor zzp’ers, dat prima gebruikt kan worden om zelf pensioen en verzekeringen tegen arbeidsongeschiktheid in te kopen, stroomt goeddeels door naar opdrachtgevers in de vorm van te lage tarieven. Veel zzp’ers hebben geen onderhandelingsmacht over hun tarieven, en ze zijn geen partij bij de CAO-onderhandelingen; geen wonder dat de lonen achterblijven. Resultaat: slechtere banen. Met minder bescherming.

Zo wordt zzp-schap aan de onderkant van de arbeidsmarkt een excuus voor het omzeilen van de collectieve zekerheden in de verzorgingsstaat. En aan de bovenkant van de arbeidsmarkt, waar de mensen hoge uurtarieven bedingen en nuffig ‘graag of niet’ kunnen zeggen tegen bedelende opdrachtgevers, een excuus voor het omzeilen van het meebetalen aan het vangnet voor de zwakkeren.

Als de politiek er niet in slaagt om knopen door te hakken, regelen vakbond en rechter het wel.