Direct naar artikelinhoud
PostuumAat Veldhoen

Aat Veldhoen (1934-2018) wilde alles en iedereen tekenen

Beeldend kunstenaar Aat Veldhoen is zondag 9 december overleden in zijn woonplaats Amsterdam. De kunstenaar overleed aan een herseninfarct, hij was 84 jaar oud. 

Aat Veldhoen in mei 2017Beeld Jiri Büller

‘Ik wil alles en iedereen tekenen’, was het motto van de eigenzinnige Veldhoen. Hij werd bekend door zijn tekeningen, schilderijen, etsen en litho’s. Vrouwelijk naakt was een geliefd onderwerp voor de kunstenaar. Zijn soms gewaagde kunst zorgde ook geregeld voor opschudding. Veldhoen had de afgelopen twintig jaar een relatie met oud-minister Hedy d’Ancona.

De kunstenaar groeide op in Amsterdam, zijn moeder werkte als schooljuffrouw, zijn vader was reclameschilder die later kunstschilder werd. Die nam de kleine Veldhoen als kleuter al op de schouders mee naar het Rijksmuseum en stimuleerde hem om kunstenaar te worden. Eerst volgde Veldhoen een opleiding tot tekenleraar, daarna leerde hij zichzelf schilderen en etsen.

Prentenrevolutie

Begin jaren zestig probeerde Veldhoen samen met ‘antirookmagiër’ Robert Jasper Grootveld een ‘prentenrevolutie’ te ontketenen. Hij had een nieuwe techniek ontdekt om zijn tekeningen in hoge oplages te verspreiden: door rechtstreeks op drukplaten te tekenen. Het resultaat noemde hij ‘rotaprenten’ (van rotatiepers) die ongenummerd verkocht werden voor drie gulden per stuk.

Voor die tekeningen koos hij zijn onderwerpen dichtbij, zoals het gezinsleven met zijn toenmalige vrouw Lotje, een vrouw achter een naaimachine, maar ook vrijpartijen en portretten van vrienden. Volgens Veldhoen en Grootveld moest kunst beschikbaar zijn voor iedereen, je mocht met de rotaprenten gewoon je boterham inpakken. De stapels prenten werden door Grootveld vanuit een bakfiets verkocht. De actie leverde Grootveld een boete op, de politie achtte de erotische prenten namelijk ‘geschikt om de zinnelijkheid van de jeugd te prikkelen’.

De gehoopte prentenrevolutie bleef uit, het rotaprentenplan had er zelfs toe geleid dat Veldhoen enige tijd amper etsen en litho’s kon verkopen omdat zijn marktwaarde zo gedaald was. Een tijd lang gaf hij zijn grafische werk op en schilderde vooral in verschillende stijlen. Hij noemde zichzelf ‘stijlloos’ uit overtuiging.

Lockheed-affaire

Soms mengde hij zich met zijn kunst in de politiek. Zo maakte hij in de jaren zeventig een spotprent naar aanleiding van de Lockheed-affaire. Daarop is een orgie te zien waarin koningin Juliana een nogal prominente rol inneemt en prins Claus toekijkt met een hakenkruis op zijn bovenarm. Veldhoen moest op het politiebureau verschijnen, maar werd niet vervolgd.

In 2004 kreeg Veldhoen een herseninfarct. Daarna ging praten moeilijk en moest hij leren tekenen en schilderen met zijn linkerhand. Dat bleef hij dagelijks doen in zijn huis en atelier in Amsterdam-Oost, waar hij ook beeldhouwwerken maakte in de tuin.

Dit jaar nog zorgde Veldhoens kunst voor opschudding in Zeeland. Hij had voor de poster van het filmfestival Film by the Sea een schilderij gemaakt van een schilder zoenend met zijn naaktmodel. De plaatselijke SGP-fractie maakte bezwaar omdat de posters ‘respectloos en weerzinwekkend’ zouden zijn, wat de kunstenaar ‘idioot’ vond. Tussen Veldhoen en d’Ancona sloeg de vonk over terwijl hij een naaktportret van haar schilderde.

Veldhoens kunstwerken zitten in de collectie van het Amsterdam Museum, het Rembrandthuis en het Rijksmuseum. In het Rijkmuseum werden in 2014, vijftig jaar na de lancering van het ‘rotaprentenplan’ 42 rotaprenten getoond, tot grote tevredenheid van de kunstenaar.

Aat Veldhoen, Robert Jasper Grootveld en Netty Dagevos, rotaprent, 1964Beeld Aat Veldhoen