Direct naar artikelinhoud

'Als de politie je aanhoudt om een dure jas, dan krijg je aandacht. Dan ben je goed op weg'

Toin Heijmans in Rotterdam Delfshaven

Parkeer mijn wagen in de schaduw van vier huizenhoge velgen. Range Rover Autobiography: anderhalve ton kost die waggie, koop je hier een benedenhuisje voor. In de gaten houden, want vandaag ben ik op zoek naar dure dingen, net als de politie. Dure jassen, dure horloges, dure schoenen in het bezit van types. 'We gaan ze uitkleden op straat', zei politiechef Frank Paauw in De Telegraaf. De 'jonge gasten die zich onaantastbaar achten'.

Bij mij in de wijk is er ook zo een, met een A7 cabrio recht uit de verpakking, en ik durf hem nooit te vragen waar-ie het van betaalt. Dat staat ook zo jaloers. Misschien werkt hij gewoon in de flitshandel.

Het leven in Delfshaven is van kwik. Alles beweegt, jonge gasten snel op doelen af, alles is buiten. Twee rondjes om het metrostation en ze denken dat ik politie ben, 'Jij bent politie toch?', zegt João, die 'stage loopt' bij kapsalon Lovely Haircut. Zoveel kapsalons in Delfshaven, en zoveel stagiairs. 'Sorry meneer', zegt de gast met het platte Vuitton-tasje, 'ik heb haast voor m'n stage.'

João draagt een trainingsjas, niks duurs. Hij zat zeven jaar voor dingen, en is nu vrij. Hij is 29. 'Mensen die niks hebben', zegt hij, 'willen dingen.' Dat is de kern van de zaak. 'Weet je wat het is, de oude politie was gewoon straight. Je moet elkaar voelen, weet je. De nieuwe politie is te hard.'

Vanwege het nieuwe uitkleedbeleid trainen agenten in het spotten van dure dingen. Ik geef het ze te doen. Ben ik net lekker etnisch aan het profileren, blijkt de man in de BMW 840 een witte makelaar. Ook de witteboordenwereld is vol met boeven, maar goed, daar heb je verder weinig last van op straat en probeer die als politieman maar eens te vangen. Met hun dividendbelasting.

De politiechef

Verder door de koude straten. De mode is nu zo dat dure dingen verbergen dat ze duur zijn. Wat ik nodig heb is stijladvies. Komen vier jonge gasten aan die me op sleeptouw nemen, 'Kijk meneer, dit soort schoenen moet u in de gaten houden: Louboutins. Boef heeft ze ook!' Uit een kapsalon schuift een gast, die kan zo de catwalk op. Wij erachteraan. Hij is snel, man. Jas van Parajumper, 'vier barkies', broek met gaten van Dsquared2, 'drie barkies', sneakers van Balmain, 'vijf barkies'. Een barkie is 100, 'u weet dat toch wel, meneer?'

Een van mijn stylisten draagt een kittig chocoladebruin donsjasje van Moncler. Acht barkies. Echt? 'Mijn moeder spaart hard, meneer.'

Tip voor de politie: de noordpooljassen van Canada Goose zijn achterhaald, want iedereen loopt in goeie nep. Het onderscheiden van echt en nep wordt nog een helse klus.

Yassin en Ramazan dan, jonge dertigers. Straffen van straatcriminelen is goed, zegt Ramazan, 'die optie moet er zijn'. Hij draagt een EA7-jasje van Armani. 'Maar hier komt alleen maar ruzie van.' Yassin studeerde international business management, 'wat mensen niet weten meneer, is dat in Delfshaven veel middenklasse woont. Als je een rijke ondernemer bent, koop je dingen.'

Tip voor de politie: de noordpooljassen van Canada Goose zijn achterhaald, want iedereen loopt in goeie nep
Mustafa bij zijn wagen

Terug bij mijn wagen zie ik de achterklep van de Range Rover traag opengaan. Dit is het moment. De jonge eigenaar nadert, zijn Hugo Boss-schoenen vormen het fundament voor een succesvol profiel. Aardige gast, die geen probleem heeft met mijn stijlloze vragen. Haalt zijn Rolex Sea-Dweller tevoorschijn, een wonder van 11 duizend euro. 'Een hobby', zegt Mustafa, 'en een investering.' De auto is niet zo'n goede investering, zeg ik. 'Ik heb ook drie kinderen, en ruimte nodig.'

Mustafa Toprakci was registeraccountant tot hij zijn eigen zaak begon, Bodycreate, met voedingssupplementen voor bodybuilders. Online, en fysiek hier op de hoek, een groot succes. Aangehouden vanwege zijn auto of zijn schoenen is Mustafa nog nooit en hij zou het ook niet erg vinden, 'ik kan alles onderbouwen'. Maar, zegt hij: 'Wat wil de politie eigenlijk bereiken?'

Dat is de goede vraag.

Het probleem van het uitkleedbeleid is dat je niemand zomaar uitkleedt op straat. Ze praten goed, op straat, en als politie mag je niet verliezen. Ik stel me voor hoe dat gaat, een agent die een gast vraagt naar zijn Balmain - het is bijna vernederend. De grijns op het gezicht van de onaantastbare. Die gaat stennis maken, of die zegt dat hij een rijke oom heeft en wat doet die agent dan? Die gast uit z'n jas ontzetten? Omgeven door joelend, filmend publiek?

Ik begrijp de emotie wel van het uitkleedbeleid, maar wat zich hier ook manifesteert is de onmacht van de politie als het om onaantastbare gasten gaat.

'Dit is een van de armoedigste straten van Nederland', zegt Mustafa. 'Wat die jongens willen is erbij horen. Ze willen gezien worden. Daarom dragen ze die kleding. Ik denk: als de politie je aanhoudt om een dure jas, dan krijg je aandacht. Dan ben je goed op weg. Zo zien zij dat.'

Reageren? t.heijmans@volkskrant.nl

Delfshaven