Direct naar artikelinhoud
ReportageEerste Kamer over grondwetswijziging

Gekozen burgemeester is dichtbij

De Eerste Kamer stemt in met het voorstel de benoeming van de burgemeester uit de Grondwet te halen. Dankzij het CDA in de Eerste Kamer wordt daarmee het pad geëffend voor de gekozen burgemeester. Dat hoeft geen directe verkiezing te zijn. Het CDA stelde wel een voorwaarde: de macht van de burgervaders blijft beperkt. 

D66-fractieleider Rob Jetten dinsdagavond in de Eerste Kamer naast minister Kasja Ollongren van Binnenlandse Zaken.Beeld Marcel van den Bergh

De Eerste Kamer stemt in met het voorstel de benoeming van de burgemeester uit de Grondwet te halen. Cruciaal daarbij is de opstelling van het CDA, dat unaniem voor de Grondwetswijziging wil stemmen. De VVD-fractie is verdeeld en vraagt samen met de ChristenUnie minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken) om nadere toezeggingen. Ook zonder de VVD kan het wetsvoorstel voldoende stemmen halen.

Deconstitutionalisering maakt het mogelijk in de toekomst burgemeesters anders te benoemen dan middels een vertrouwenscommissie uit de gemeenteraad. De burgemeester kan dan direct gekozen worden, door de gemeenteraad worden gekozen of uit een Belgische procedure voortkomen, waarbij de grootste partij of coalitie de burgemeester levert.

Het CDA diende namens de coalitiepartijen een motie in die ongeacht de toekomstige procedure de macht van de burgemeester begrenst. De raad moet het hoogste orgaan van de gemeente blijven, staat in die motie. Er mag ‘geen presidentieel systeem’ komen, al moet de burgemeester een ‘relatief onafhankelijke positie’ behouden, boven de partijen staan en bevoegdheden houden op het gebied van veiligheid. Zo kan hij ‘een verbindend bestuurder voor alle burgers’ blijven.

Dat laatste is zowat letterlijk een citaat uit de brief die 31 verontruste burgemeesters vorige week naar de Eerste Kamer stuurden om de deconstitutionalisering tegen te houden. Waarmee in hun richting een handreiking wordt gedaan.

Tweederdemeerderheid

Omdat PVV, SP, Groen Links en 50Plus sowieso  voor de Grondwetswijziging zijn, is de vereiste tweederde meerderheid binnen handbereik. Alleen de VVD is verdeeld. Een deel van de fractie is principieel tegen de Grondwetswijziging, zei senator Helmi Huybregts.

De senatoren namen een dag en avond om met verantwoordelijk minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken) en Rob Jetten (D66), die als indiener de initiatiefwet verdedigde, in debat te gaan. Kern van hun bezwaren was dat de Grondwet wordt gewijzigd zonder dat duidelijk is hoe de nieuwe procedure wordt. ‘Het toekomstperspectief ontbreekt’, vond Helmi Huijbregts (VVD).

Rob Jetten spreekt de Eerste Kamer toe.Beeld Marcel van den Bergh

In ruil voor steun moest Ollongren benadrukken dat de ‘toekomstige aanstellingswijze recht zal doen aan de onafhankelijkheid van de burgemeester’. Ze zegde ook toe dat burgemeesters hun partijpolitieke profiel kunnen houden en dat de raad een belangrijke rol zou moeten houden houden.

'Blij verrast’

Voor het CDA was dat voldoende. Ton Rombouts (CDA’er en oud- burgemeester) zei zich te hebben moeten overwinnen om met de Grondwetswijziging in te stemmen. ‘U hebt mij blij verrast’, zei hij tegen Ollongren.

De bezwaren van veel fracties lagen in het verlengde van de protestbrieven van een groep burgemeesters en een aantal verenigingen van gemeentelijke bestuurders. Burgemeesters moeten boven de partijen staan om de rol van verbinder te kunnen spelen, was de redenering. Hoe kan die cruciale rol in een nieuwe benoemingswijze worden gegarandeerd, was de vraag die door VVD, CDA en PvdA werd geformuleerd – samen goed voor 84 procent van alle burgemeesters.

Onder de wisseling van inhoudelijke argumenten gaat een politiek steekspel schuil. In 2005 sneuvelde een eerder voorstel voor een gekozen burgemeester in dezelfde fase: tweede lezing in de Eerste Kamer. Het betekende het einde van vicepremier Thom de Graaf (D66), een stuk parlementaire geschiedenis waarnaar in het debat herhaaldelijk werd verwezen.

Pragmatische route

Nadien werd voor een pragmatische route gekozen. Eerst maar eens de deconstitutionalisering door beide Kamers loodsen, pas daarna werk maken van de nieuwe benoemingsprocedure; een ander voorstel zou opnieuw in het zicht van de haven kunnen stranden. Senatoren die klaagden dat het toekomstperspectief ontbrak, kozen er voor die politieke werkelijkheid te negeren.

Het historisch besef van de senatoren reikte verder terug. Veel sprekers haalden Thorbecke aan, schrijver van de Grondwet van 1848, die vond dat de burgemeestersbenoeming niet in de Grondwet thuishoorde. Roel Kuiper (ChristenUnie), citeerde Abraham Kuyper, die vond burgemeesters als van buiten af ingezette figuren betitelde, die de kleuren van het heersende bewind uitdroegen.

‘Democratie staat niet stil, de emancipatie van de burgers gaat door’, vatte Fritse Lintemeijer (GroenLinks) de aanleiding voor de wetswijziging nog eens samen. Volgende week volgt een hoofdelijke stemming. Gaat de burgemeestersbenoeming uit de Grondwet, dan kan de nieuwe procedure met een ‘gewone’ wet worden geregeld.