Direct naar artikelinhoud
InterviewAnnegreet van Bergen

‘Je kunt ook met heel veel plezier achteruit kijken zonder te verlangen het nog een keer mee te maken’

Met Het goede leven ontketent Annegreet van Bergen opnieuw een golf van nostalgie. Toch is het geen lofzang op het verleden.

Annegreet van Bergen, gefotografeerd thuis in haar woonplaats Zutphen.Beeld Erik Smits

Golfjes van herkenning (‘Ja, ja, ja’), verbazing en soms zelfs ontzetting gaan door de volle Kennemer Boekhandel in Haarlem als Annegreet van Bergen zwart-wit­foto’s toont uit de jaren vijftig. Maandverband aan een waslijn. Vaders in pak op het strand, inclusief stropdas. Kinderen met gebreide badkleding. Rokende mensen op een twaalfenhalfjarig ­huwelijksfeest.

Het publiek in de boekhandel, ­merendeels 60-plussers en merendeels vrouwen, knikt bij elke foto en lacht om het eigen verleden. De goeie, ouwe tijd roept warme gevoelens op. Toch verlangt niemand terug naar de jaren dat maandverband nog geen wegwerpartikel was, de was met de hand moest worden gedaan, ­kamers blauw stonden van de sigarettenrook en zwembroeken in zee afzakten – precies wat Van Bergen (64) beoogt.

De econoom en journalist bezoekt de boekwinkel in Haarlem ter promotie van haar boek Het goede leven. Het is een aanvulling en een vervolg op een boek dat de boekenbranche sinds 2014 een enorme lift gaf. In Gouden ­jaren schetst ze de veranderingen in het dagelijks leven in de afgelopen halve eeuw. Met meer dan 300 duizend verkochte exemplaren is het een bijna onwaarschijnlijk succes.

Omslag van ‘Gouden Jaren’, de bestseller van Annegreet van Bergen uit 2014.

Herinneringsfabriek

De populairste Nederlandse schrijver van de afgelopen jaren, noemt de eigenaar van de Kennemer Boekhandel haar met enige dankbaarheid. Gouden jaren stond precies honderd weken in de Top 60 van de bestverkochte boeken.

Het boek bleek ook een herinneringsfabriek te zijn, zoals Van Bergen het noemt, en daarmee de opmaat naar een vervolg. Het goede leven is een rechtstreeks gevolg van ontmoetingen met lezers, bijvoorbeeld ­tijdens een van de vele lezingen over haar bestseller.

‘Mensen begonnen me overal aan te spreken, zelfs op straat. Anderen stuurden me berichten. Zo kwam ik op het idee dat er nog véél meer inzat. Gouden jaren bleek een psychologisch effect te hebben. Het zette mensen ­ertoe aan terug te kijken. Herinneringen borrelden op.’

Het vervolg op Gouden jaren: ‘Het goede leven’.

In haar huis in Zutphen wijst Van Bergen op een kaars in de vorm van een ananas. Een gouden ananas, schaaltjes en servetten met afbeeldingen van ananassen, gewichtjes en vaasjes in de vorm van een ananas – de vrucht is overal. Het zijn geschenken van lezers.

De ananas is het symbool van het begin van het tweeluik van Van Bergen. Toen ze zeven jaar geleden een ananas stond schoon te maken, kwam er een herinnering boven aan het eerste exemplaar dat ze ooit zag, in de jaren zestig in Enschede. Het was een kerstgeschenk van een zakenrelatie van haar vader.

‘Een verse ananas, het was bijna een wonder. Ananas kenden we alleen van de blikjes, van Delmonte: schijven of stukjes. In 2011 was Nederland in diepe crisis, maar in elk dorp kon je voor een redelijke prijs een verse ananas kopen. Niemand had in de jaren zestig die rijkdom en vooruitgang voorspeld.’

De ananas die haar vader destijds cadeau kreeg, was overigens gortdroog en smakeloos, zegt ze lachend. De grote waarde van de vrucht bleek pas jaren later. Het idee voor een boek waarin ze de jaren vóór de periode van de grote welvaart zou schetsen, de jaren vijftig en zestig vooral, kreeg een tweede stimulans door een economisch feit.

Het reële inkomen per hoofd van de bevolking is in Nederland sinds de Tweede Wereldoorlog verviervoudigd. ‘Dat was nooit eerder vertoond, ook in de Gouden Eeuw niet. Het was een cijfer dat zich in mijn geheugen vastzette.’

Achteruitkijken

Anders dan de meeste andere economen besloot ze achteruit te kijken, in plaats van vooruit. We zijn rijker geworden dan we ooit voor mogelijk hadden gehouden, schrijft Van Bergen in Gouden jaren. De kern van haar boeken zit voor de andere helft verscholen in de zinnen die ze aansluitend schrijft: ‘Daar staan we lang niet altijd bij stil. Want weelde went.’

De koningin van de nostalgie, wordt Van Bergen soms genoemd. Nostalgie zou het fundament onder haar succes zijn. Die schijn wordt op zijn minst gewekt. De boektitels lijken te verwijzen naar de gouden ­jaren van 60-plussers, de jeugdjaren van het goede leven.

Zwart-witfoto’s, ook op de omslagen, versterken de indruk. Van Bergen: ‘Voor de goede orde: Gouden ­Jaren en Het goede leven gaan over het heden, over een ontwikkeling. Het is geen lofzang op het verleden. Want daar is geen reden voor.’

Een deel van de kracht ontleent haar tweeluik aan de cijfermatige onderbouwing. Van Bergen blijft bij de feiten. ‘Ik ben journalist en ik ben econoom. Er is niets uit de lucht ­gegrepen. Bijna alle verhalen hebben direct of indirect met economische groei te maken, met stijgende welvaart.’

Met enige verwondering kijkt ze naar het verleden, ook naar dat van haarzelf, maar zonder ernaar terug te verlangen. ‘Het beeld van de onbekommerde jaren vijftig, daar verzet ik mij tegen. Misschien waren het voor kinderen onbekommerde ­jaren, maar voor de ouders zeker niet. Die kregen het voor hun kiezen.’

Gesprekken met 85-plussers drukten het laatste restje nostalgie de kop in. ‘Er was angst voor de Russen, vrouwen moesten stoppen met ­werken als ze trouwden, jonge echtparen woonden in bij ouders, de huizen waren klein, koud en tochtig en er was een zesdaagse werkweek. Die oude mensen weten hoe zwaar het leven was.’

Het ananas-effect

Van Bergen vertelt over haar oma. ‘Ze was pas 60 toen ze overleed aan de bijwerkingen van een middel ­tegen reuma. Dat is voor mij een soort ijkpunt. In de huidige tijd zou ze ondanks haar reuma een behoorlijk goed leven hebben gehad, dankzij medicijnen.’

Zelf groeide ze op in Enschede. Haar vader werkte zich via cursussen op tot docent aan een kunst­academie. ‘We hadden het goed hoor. Al in 1958 had mijn vader een Lelijke Eend. Maar niet iedereen in mijn ­familie had het zo breed. Toen mijn twee zusjes werden geboren, gaven mijn opa en oma twee eenvoudige plastic bekers cadeau. Het waren arme mensen, voor iets anders hadden ze geen geld.’

Nog een herinnering: een buurvrouw in Enschede met een bloeiende amaryllis in een blinkende ­koperen pot.

‘Ik vond dat prachtig en het was bijzonder. Mensen kochten in die tijd nauwelijks bloemen. Dat gevoel van magie is verdwenen, amaryllissen zijn allang niet exclusief meer. Het ananas-effect, noem ik het. Voor een deel is dat de reden dat mensen, sommige mensen, terugverlangen naar die tijd. Ze willen dat gevoel van verrukking weer voelen.’

Tegelijkertijd, zo lijkt het, neemt de ontevredenheid toe. Het afbrokkelen van gemeenschapszin en saamhorigheid zou een rol kunnen spelen.

‘Misschien was er vroeger meer ­gemeenschapszin, maar je moest wel in het gareel lopen. In een van de leukste scènes in Nooit meer slapen van W.F. Hermans praat de hoofd­persoon over een alternatieve vriend die wilde opvallen door sandalen te dragen. Sandalen. Je viel al op als je sandalen droeg. Dat waren ook de ­jaren vijftig. Je moest je plaats weten en mocht niet opvallen.’

Geïdealiseerd verleden

Rechtse en extreem-rechtse politici gaan steeds meer met het verleden aan de haal. Met een geïdealiseerde versie van het verleden, verbetert Van Bergen. Ze begrijpt waar het sentiment vandaan komt en schetst, net zoals ze dat in haar boeken doet, het beeld van natie die uit het puin opkrabbelende en transformeerde tot een rijk land.

‘Het collectieve naoorlogse gevoel dat het allemaal beter zou worden, was fijn en geruststellend. Mensen van mijn leeftijd en ouder beschouwen economische groei als een geboorterecht. Voor het eerst sinds de oorlog is het zeer de vraag of het beter wordt. Daardoor zijn we bange mensen geworden. Eindelijk hebben we van alles en nog wat en nu dreigen we het te verliezen. We zijn verwend, en daardoor kwetsbaar.’

De voedingsbodem voor ontevredenheid is ook om een andere reden vruchtbaarder geworden. Het gevoel van achteruitgang is versterkt door het neoliberalisme, zegt ze. Door de marktwerking en de daarbijbehorende bureaucratisering, die grote gevolgen heeft gehad voor bijvoorbeeld de zorg, en het onderwijs, en de inkomensverschillen heeft vergroot.

‘Toen Ruud Lubbers premier was, kon hij in het buitenland vol overtuiging zeggen dat Nederland het land was met de armste rijken en de rijkste armen. De meeste ­Nederlanders houden van een gelijkmatige inkomensverdeling. Ik ook. Maar de ongelijkheid wordt groter. Een grote groep ziet de koopkracht dalen. Dat zorgt voor onrust en bedreigt de sociale cohesie. Het prettige gevoel uit de jaren vijftig en zestig dat we het allemaal beter krijgen, verdwijnt.’

Maar, zegt Annegreet van Bergen nog een keer, ze is niet de koningin van de nostalgie.

‘Dat wil ik ook helemaal niet zijn. Het impliceert een verlangen naar vroeger. En dat heb ik niet. Je kunt ook met heel veel plezier achteruit kijken zonder te verlangen het nog een keer mee te maken. Als journalist heb ik geprobeerd in kaart te brengen hoe goed we het hebben. Kennelijk is dat aardig gelukt.’

Annegreet van Bergen: Het goede leven – Hoe Nederland in een halve eeuw steeds welvarender werd. Atlas Contact, 352 pagina’s, €19,99.

Luister hier naar de podcast die Gijs Groenteman in de bezemkast op de redactie van de Volkskrant maakte met Annegreet van Bergen. 

CV Annegreet van Bergen

1954 Op 29 januari geboren in Enschede

1974-1982 Studie economie in Amsterdam, cum laude afgestudeerd

1982-1986 Redacteur bij de Volkskrant

1987-1999 Redacteur bij Elsevier

2000 Boek De lessen van burn-out

2010 Boek Mijn moeder wilde dood. Een persoonlijk en praktisch verhaal over zelfbeschikking

2014 Boek Gouden jaren

2015 Genomineerd voor Libris Prijs en NS Publieksprijs voor Gouden Jaren

2018 Boek Het goede leven

Annegreet van Bergen is getrouwd en woont in Zutphen.