Direct naar artikelinhoud
NieuwsHolleeder-proces

Holleeder over persoonlijke omstandigheden: ‘Ik ben geen psychopaat, ik ben juist heel sociaal’

Op de vijftigste en laatste dag van de inhoudelijke behandeling van zijn proces kwamen maandag Holleeders persoonlijke omstandigheden aan bod. Waar hij eerder kritische vragen behendig pareerde of aantijgingen wegredeneerde, leek hij daar nu niet in te slagen.

Rechtbanktekening van de voortzetting van het strafproces tegen Willem Holleeder. Van links naar rechts: Holleeders advocaat Robert Malewicz, Peter R. de Vries, rechtbankvoorzitter Frank Wieland, Holleeder en zijn advocaat Sander Janssen.Beeld ANP

‘Meneer Holleeder, in elk mens zit bij de geboorte een wolf en een lam’, verwijst de rechter naar een parabel. ‘Wat je later wordt hangt af van welk beest je het meest voedt. Weet u, meneer Holleeder, welk dier u geworden bent?’

‘Een goudvis’, riposteert Willem Holleeder.

‘Het lijkt erop dat uw vader de wolf in u voedde’, vervolgt de rechter. ‘Hij had driftbuien en sloeg.’

‘Mijn vader was alcoholist’, antwoordt Holleeder. ‘Driftbuien is wat sterk gezegd, het was meer een corrigerende tik. Als mijn vader niet dronk, was hij een heel lieve man.’

Maandag was de vijftigste en laatste dag van de inhoudelijke behandeling van het proces Vandros, waarin Willem Holleeder is aangeklaagd voor betrokkenheid bij vijf liquidaties en een poging daartoe. Aan het eind van een lange zittingsdag in de ‘Bunker’ – de extra beveiligde rechtbank in Osdorp – worden de persoonlijke omstandigheden van Willem Holleeder behandeld.

De rechter stelt vragen over zijn psychische gesteldheid en zijn ‘onaangename kant’ waarover verschillende getuigen hebben verklaard; hij zou driftig en manipulatief zijn. Holleeder is eerder veroordeeld voor mishandelingen en zijn zus Astrid noemde hem bij herhaling een psychopaat. De rechter leest uit de Dikke Van Dale de betekenis voor van ‘psychopathie’ en vraagt de verdachte of hij zichzelf daarin herkent.

‘Ik ben geen psychopaat’, stelt Holleeder. ‘Ik heb geen antisociale persoonlijkheidsstoornis, ik ben juist heel sociaal. Ik denk wel dat Astrid een pseudologische (sic) leugenaar is.’

‘Als u bij de hemelpoort voor de heilige Petrus staat, wat gaat u dan zeggen?’, vervolgt de rechter.

‘Ik weet niet of ik wel in de hemel kom.’

‘En hoe gaat het met uw hart?’

‘Dat doet het nog’, zegt Holleeder. ‘Ik had wel een bijna-doodervaring voordat ik aan mijn hart werd geopereerd. Ik heb het licht echt wel gezien.’

‘Verdorie zeg. Kan dat ook een operatielamp zijn geweest?’

‘Neenee, het was een lange tunnel met licht aan het eind.’

‘U zag in ieder geval niet Satan met een drietand’, antwoordt de rechter. ‘Gelukkig maar.’

Geluidsopnames

De behandeling van Holleeders persoonlijke omstandigheden was het sluitstuk van ruim een jaar inhoudelijk procederen, talloze getuigenverhoren en steeds nieuwe, verrassende geluidsopnames van heimelijke gesprekken met ‘De Neus’. Afgelopen week werd bekend dat Peter R. de Vries een telefoongesprek uit 2011 had opgenomen. Dat vond plaats op verzoek van Holleeders toenmalige advocaat Stijn Franken, in diens kantoor en over diens vertrouwelijke geheimhouderstelefoonlijn die niet mag worden afgetapt. De Amsterdamse deken, die toezicht houdt op de advocatuur, heeft daarnaar inmiddels een onderzoek gelast – zo’n vertrouwenstelefoon mag uitsluitend voor een advocaat en diens cliënt worden gebruikt.

Tijdens het opgenomen telefoongesprek beweert zowel Holleeder als advocaat Franken dat ze beiden zijn bedreigd door Bénédicte Ficq. Zij was destijds de advocaat van drugshandelaar Dino S., die inmiddels tot levenslang is veroordeeld, onder meer als opdrachtgever van huurmoordenaars. Ficq zou Holleeder hebben ‘gedreigd’ ontlastend over Dino te verklaren, zegt Holleeder op band. Hij interpreteerde dit als: wanneer je dit niet doet, vallen er doden. Dit is belastend: daarmee lijkt Holleeder te erkennen dat hij en Dino wel degelijk zakelijk samenwerkten, wat beiden steeds ontkennen.

Nog belastender is dat Holleeder tijdens dat telefoongesprek zegt dat hij ‘cryptisch’ met zijn familie sprak – eerder noemde hij zus Astrid steeds een leugenaar als zij beweerde dat de familie in codetaal sprak. Nu lijkt het dat zij steeds de waarheid sprak.

‘Wat bedoelt u precies met cryptisch?’, vraagt aanklager Tammes.

‘Dat betekent versluierde taal gebruiken’, antwoordt Holleeder. ‘Ik had niks te verbergen dus ik heb daar gewoon het verkeerde woordje gebruikt.’

‘U zegt het tijdens dat gesprek zeven keer’, merkt een van de rechters op.

‘Ik heb me gewoon vergist, u moet er niet te veel achter zoeken.’

Waar Holleeder eerder kritische vragen behendig pareerde of aantijgingen wegredeneerde, leek hij daar maandag niet in te slagen. Uiteindelijk komt zijn verweer erop neer dat het ‘allemaal wel zo is gezegd, maar zo heb ik het niet bedoeld’.

Paarlberg

Het ging er maandag af en toe hard aan toe. Op band zegt Holleeder dat vastgoedman Jan-Dirk Paarlberg ‘ten onrechte’ is veroordeeld voor het witwassen van geld dat Holleeder van wijlen Willem Endstra had afgeperst. ‘Maar waarom zegt u in hetzelfde gesprek dat Paarlberg werd afgeperst en een doodsbange wezel was van wie je alles gedaan kreeg?’, vraagt aanklager Stempher.

Daarop antwoordt Holleeder tot zesmaal toe dat Paarlberg Endstra’s geld – ruim 17 miljoen – zelf heeft gebruikt, er werden geen criminele schuldeisers van Endstra van betaald.

‘Geef gewoon antwoord op de vraag! Waar was Paarlberg bang voor?’, vraagt Stempher opnieuw, hard en dwingend.

Holleeders advocaat Janssen grijpt in: ‘Ik vind dat de officier erg hard praat. Als ik een getuige zo ondervraag zou u ingrijpen, meneer de voorzitter.’

De rechter: ‘Ja, als u dat zou doen wel, want dat is niet uw stijl. Officieren doen dat wel vaker. Meneer Holleeder, kunt u gewoon de vraag beantwoorden?’

Het antwoord blijft uit. Net zoals Holleeder dit proces alle vragen over Dino S. ontwijkend beantwoordt met: ‘Ik beroep me op mijn zwijgrecht.’

Het proces wordt 14 februari voortgezet, dan begint het requisitoir van de twee aanklagers. Aan het eind van de dag kreeg Willem Holleeder in zijn eigen proces, waarin hem levenslang boven het hoofd hangt, het laatste woord. ‘Hoe heeft u de zittingen ervaren?’, vraagt de rechter.

‘Een beetje moeilijk’, antwoordt Holleeder. ‘Ik heb een ontvoering gepleegd en daardoor gaan mensen me anders zien dan ik in werkelijkheid ben. Maar ik ben ook gewoon maar een mens, net als u. Ik hoop dat u dat ziet.’