Direct naar artikelinhoud
FactcheckKlimaat

Als iedere Nederlander één kledingstuk minder koopt, heeft dat meer klimaatimpact dan als alle Rotterdammers een jaar lang vegetarisch eten – Klopt dit wel?

Berichten verspreiden zich vaak razendsnel, of ze nu kloppen of niet. Wij proberen de zin van de onzin te scheiden. Vandaag: Als iedere Nederlander één kledingstuk minder koopt, heeft dat meer klimaatimpact dan wanneer alle Rotterdammers een jaar lang vegetarisch eten.

Als iedere Nederlander één kledingstuk minder koopt, heeft dat meer klimaatimpact dan als alle Rotterdammers een jaar lang vegetarisch eten – Klopt dit wel?
Beeld Raymond Rutting / de Volkskrant

Van wie komt de claim?

Van Milieu Centraal. Deze voorlichtingsorganisatie drukt mensen op het hart om minder kleding te kopen omdat bij de productie ervan veel CO2 vrijkomt. 

Klopt het?

De cijfers zijn omgeven door grote onzekerheden. Milieu Centraal heeft zeven recente studies op een rij gezet die hebben gekeken naar de klimaatbelasting van de Nederlandse voedselconsumptie. Het verschil tussen de hoogste en de laagste gerapporteerde emissie bedraagt bijna een factor drie. Vleesproductie veroorzaakt de grootste verschillen in de uitkomsten. Onder meer doordat studies diverse percentages hanteren voor verspilling.

Als uitgangspunt neemt Milieu Centraal een rapport van het RIVM uit 2016, dat ongeveer in het midden zit qua geschatte uitstoot, en concludeert hieruit dat we met onze vlees- en visconsumptie in Nederland per persoon jaarlijks zorgen voor de uitstoot van 795 kilogram CO2 –equivalenten. Klimaatonderzoekers rekenen standaard met CO2 –equivalenten. Veeteelt veroorzaakt namelijk ook de uitstoot van andere broeikasgassen. Zo zijn koeien berucht om hun boeren en winden met methaan, een gas met een veel sterker klimaateffect dan CO2.

Maar mensen die vegetariër worden gaan meer kaas, vleesvervangers en eieren eten. Ook deze voedingsmiddelen veroorzaken vervuiling. ‘Netto zorgt een overstap naar een vegetarisch voedingspatroon daarom voor een besparing van ongeveer 460 kilogram CO2’, laat Lara Peters van Milieu Centraal weten. Vermenigvuldig 460 met het aantal inwoners van Rotterdam en je komt uit op een besparing van 292 kiloton CO2.

En nu kleding. Op basis van handelscijfers van het International Trade Centre heeft Milieu Centraal berekend dat Nederland jaarlijks netto 337 kiloton kleding importeert.  In combinatie met gegevens van het onderzoeksinstituut CE Delft, dat in 2018 de klimaatbelasting van verschillende type vezeldoeken inventariseerde, komt ze uit op een jaarlijkse milieubelasting per persoon van 380 kilogram CO2 voor nieuw aangeschafte kleren.

‘Nederlanders kopen gemiddeld twintig kledingstukken per jaar, dus dan hebben we het over een klimaatimpact van 19 kilogram CO2 per kledingstuk’, zegt Peters. Als alle Nederlanders één kledingstuk minder kopen, scheelt dat 323 kiloton CO2 (17 miljoen maal 19 kilogram). Dat is meer dan de 292 kiloton die de Rotterdammers zouden besparen met hun gewijzigde dieet.

De berekening klopt als een bus, maar waar komt dat getal van die twintig kledingstukken vandaan? Milieu Centraal verwijst daarvoor naar een afstudeerverslag van een student van de Universiteit Wageningen.

Maar volgens een studie van de Hogeschool van Amsterdam koopt een Nederlander jaarlijks 46 kledingstukken. Het verschil komt deels doordat in het eerste rapport een setje van drie paar sokken als één kledingstuk telt terwijl de Amsterdamse studie in zo’n geval drie kledingstukken rekent.

Conclusie:

Qua orde van grootte lijkt Milieu Centraal het wel bij het rechte eind te hebben. Maar aan de stelling kleven een hoop onzekerheden.