Direct naar artikelinhoud

Eén gedicht van 50 pagina's: dichter Dix verkent wederom de grenzen van het genre

De minimalistische dichter Dix schreef een gedicht dat een hele bundel lang is en vooral bestaat uit het steeds herhaalde woord ding.', inclusief punt en aanhalingsteken sluiten. Dix vertelt hoe het zo kwam.

F. - Dix - van Dixhoorn.Beeld Rob Hornstra

De dichter die zich Dix noemt, loopt door de binnenstad van Middelburg. Hij draagt een lange, donkere jas en heeft de vaart erin. Hij houdt niet van flauwekul, het luistert heel nauw. Hij is de dichter van

ding.'

Zo begint zijn nieuwe bundel Verre uittrap, op de rechterpagina, helemaal links gezet, met amper kantlijn. Op de volgende bladzijde is het er weer, nu op de linker, de rechter is geheel leeg, zelfs zonder paginanummering:

ding.'

De dichter heet F. van Dixhoorn (69), en alleen zijn familie noemt hem nog Frans, van voren. Op de school waar hij werkte, werd hij Dix genoemd, dus werd het Dix, ook voor vrienden en bekenden. Er is trouwens geen sprake van een dichtbundel, als zijnde een reeks gedichten achter elkaar. Op de cover van deze uitgave van De Bezige Bij staat dat het gaat om een 'Gedicht', één gedicht van 50 pagina's, waarvan er 25 leeg/wit zijn, in totaal 95 woorden. Het is één geheel, wat nog eens wordt benadrukt door dezelfde papiersoort en -kleur van omslag en binnenwerk.

Poëtisch repeteergeweer

De zoon van een Zeeuwse douanier verkent met deze zevende publicatie wederom de grenzen van het genre. In zijn vorige bundel uit 2013, De zon in de pan, had hij zijn poëtisch repeteergeweer in stelling gebracht, door 29 keer min of meer dezelfde vier regels te presenteren:

om

de ene

na de andere

om

Dit leverde hem een nominatie op voor de VSB Poëzieprijs (2013). Eerder won hij in 1994 de C. Buddingh-prijs voor zijn debuut, en werd Twee piepjes - zijn vijfde bundel - door poëziecritici als de bundel van het jaar 2013 gekozen. Zijn werk valt enorm op, in het literaire universum. Want metaforen, vergelijkingen, grootse beweringen over leven en dood - zeg maar, het alledaags gehannes van de poëzie - hebben bij hem nooit wortel geschoten.

In zijn eerdere bundels ging het om spreektaalzinnen/woorden, in genummerde blokjes onder elkaar, in vaste cadans, gelijktijdig en gelijkwaardig, en herhalingen. Miniatuurtjes, zonder begin en einde. Net als bij de alsmaar herhalende minimal-music van Morton Feldman, die hij vaak op heeft staan als hij aan het werk is.

Er zijn zat mensen die stapelgek van zijn werk worden, weet hij. Die krijgen er pukkels van.

Poëzieweek

Op donderdag 25 januari begint de Poëzieweek met Gedichtendag. Op die dag worden de Herman de Coninckprijs en VSB Poëzieprijs uitgereikt. Tijdens de Poëzieweek (t/m 31/1) vinden op vele plaatsen in Nederland en Vlaanderen poëzie-evenementen plaats, zoals het NK Poetry Slam. Op 31 januari is de uitreiking van de Turing Gedichtenwedstrijd en de Awater Poëzieprijs. Tijdens de Poëzieweek krijgt u bij aanschaf van euro 12,50 aan poëzie het Poëziegeschenk cadeau: Wat ons had kunnen zijn van Peter Verhelst. Het thema van de Poëzieweek is Theater, onder het motto 'Uitstromend, in het pluche van de zaal'.

Het alledaags gehannes van de poëzie hebben bij Dix nooit wortel geschoten

Uitzonderlijk

Dat kan wel zijn; liefhebbers en recensenten spreken van 'een verbijsterende leeservaring' en 'uitzonderlijk werk van een uniek dichter!' Of zoals een kunstenaar die hij op weg naar huis toevallig tegen het lijf loopt: 'Fe-no-me-naal', luidt diens beoordeling van Verre uittrap. 'Je bent weer verder gegaan, Dix. Hiermee sta je op eenzame hoogte.'

De lach van de dichter klinkt op het plein voor de Abdij van Middelburg.

Hij begrijpt niet goed dat mensen zijn poëzie moeilijk vinden. Hij kan het zich niet voorstellen. Want bij een schilderij heb je toch ook kleurencombinaties die niet voor de hand liggen, maar die je wel als kloppend ervaart. Dat is in zijn werk ook het geval, althans in zijn optiek, je verwacht het niet, het zijn niet zomaar woorden onder elkaar.

Je verwacht het niet, het zijn niet zomaar woorden onder elkaar

Compositie

Niet voor niets waren kubisten als Georges Braque en Paul Klee zijn favoriete kunstenaars. Componisten! Het moet een compositie zijn, die je van alle kanten kunt begrijpen, onder andere door te bladeren en terug te bladeren. Het is één heel ding.

Dix opent de deur van zijn werkkamer, op de benedenverdieping van zijn huis. Er zijn vijf planken van drie meter lang op de muur bevestigd, met talloze eigentijdse dichtbundels, van A tot Z neergezet. Voorts een vierkante grijze tafel met twee grijze stoelen. Bij de espresso serveert Dix chocola en vijgenbrood.

ding.'

Het staat zes keer in Verre uittrap, verspreid in de uitgave, in een 11,6 punts letter, van het type Baskerville, ooit ontworpen door John Baskerville (1706-1775). Op de pagina's is het woord ding.' op duimhoogte geplaatst. Wie de bundel oppakt, zal merken dat als je met de duim gaat bladeren, je telkens ding.' voorbij ziet snellen. De dichter vindt dat een mooie bijkomstigheid.

F. - Dix - van Dixhoorn.Beeld Rob Hornstra
Het moet een compositie zijn, die je van alle kanten kunt begrijpen
Dix

Verslag van een toehoorder

F. van Dixhoorn is niet zomaar met ding.' op de proppen gekomen. Het gaat om een woord dat constant in het menselijke verkeer te horen valt, en in herhaling buitengewoon muzikaal van toon kan zijn. Ding.' is daarom een goed begin, meent de dichter. Want alles is een ding. Het gaat erom wat je ermee doet. En ja meneer, zegt hij, dat is het spel van de dichter.

In deze bundel is ding.' een laatste woord van een zin, waarvan je slechts kunt vermoeden of gissen wat er nog meer is gezegd. Het laatste woord, woorden, losgezongen van een zin, zo lijkt het. Iedereen heeft dat weleens: je vangt een deel van een conversatie op straat, en dan blijft er één woord hangen, als een laatste rondzingende flard. Dat is

ding.'

Het is het verslag van een toehoorder, zegt hij. Behalve ding.' zijn er nog 89 woorden in het gedicht, zoals twee keer maal.' - eveneens eenzaam gepositioneerd aan de rand van de linkerpagina. Allemaal woorden die hij uit de lucht heeft geplukt, of in de krant gelezen, en bewaard in de map 'lijstje aantekeningen'.

Aanvankelijk had hij blauw.', als openingswoord, later werd het vervangen door ding.' Dat zat zo. Voor het literair-culturele tijdschrift Dietsche Warande & Belfort (DWB) diende Dix in 2014 een bijdrage te leveren. Een vertaalde zinsnede afkomstig uit De man met de blauwe gitaar, van de Amerikaanse dichter Wallace Stevens (1879-1955) legde hij op de snijtafel. 'De man zei, 'Dingen, hun natuur getrouw, veranderen door mijn gitaar van blauw.'

Dix wikte, hier in zijn werkkamer, en koos voor karig. Van de zin van Stevens, uitgestald aan tafel, bleef over:

blauw.'

Alles is een ding, het gaat erom wat je ermee doet
Dix
De combinatie van punt en aanhalingsteken sluiten vond hij verrassender dan op het eerste gezicht leek

Gebracht.'

Ineens stond daar blauw.' De combinatie van punt en aanhalingsteken sluiten vond hij verrassender dan op het eerste gezicht leek. Daar kon hij wat mee. Zestien keer zette hij het op steeds een nieuwe bladzijde achter elkaar. Maar dat gaf niet het bevredigend resultaat. Dus is te zien - in de februari 2014-editie van DWB - op een verder lege pagina één keer:

blauw.'

Kort daarna: zijn goede vriend William Verstraeten, beeldend kunstenaar te Middelburg, moest als gevolg van de bankencrisis zijn huis uit. Uit verzet schilderde Verstraeten de buitenkant van zijn huis oranje, tot aan de deurbel toe. Voor dit project vroeg hij Dix, die op de rand van de gevel schreef: gebracht.'

De volgende stap zette hij in Oost-Souburg, op het IK-eiland, een laboratorium voor moderne beeldende kunst. Dix mocht in 2015 een tentoonstelling inrichten met eigen werk. Hij presenteerde, ingelijst, laatste woorden van een zin, met punt, en aanhalingsteken, en daar was voor het eerst

ding.'

Pagina uit de dichtbundel Verre uittrap.

Uittrap

Bij binnenkomst in het IK-eiland kreeg de bezoeker dit subiet voor de kiezen. Op de muur ertegenover stond ding / ding / overal van.' Bijna als een kakofonie. De naam van deze tentoonstelling werd Verre uittrap, hetgeen ook de titel werd van de bundel.

Als het gaat om een verre uittrap ziet hij Piet Kraak voor zich in het Polygoonjournaal, en hoe deze naoorlogse keeper van Oranje de bal drie keer stuiterde - dan hup de lange hoge trap naar voren! Of de radiostem van Jack van Gelder, die na een verre uittrap even de adem inhield, en de luisteraar met hem. En meer uit het nu is de strakke, snelle uittrap van Ajax-keeper André Onana favoriet.

Pagina uit de dichtbundel Verre uittrap.

Verwarrend

Wat je niet weet, is waar de bal terechtkomt, na een verre uittrap. Bij je medespelers? Bij de tegenstander? Over de zijlijn? In de sloot? Op de tribune? De verwarring is wat de dichter koestert. Het moment dat er even niks is, de bal in de lucht.

Jawel, hij is een groot voetbalfan, en dan vooral van Ajax en Zeelandia Middelburg. Zelf speelde hij tot zijn 18de jaar bij SV Walcheren als teruggetrokken linksbinnen, zoals dat heette in zijn jonge jaren. De spelmaker, eigenlijk. Hij durft te zeggen dat hij een goede speler was, tweebenig, en dominant in zijn spelopvatting. Maar toen hij bij de senioren kwam, was het ineens over. Véél te ruw spel. Dat was niks voor hem.

De verwarring is wat de dichter koestert

De luiken open

Intussen was ook de beeldende kunst in zijn leven gekomen. Op de HBS was er een docent die hem stimuleerde te gaan schilderen. De luiken gingen open, noemt hij dat, in de kunst, en hij ontdekte poëzie die hem aansprak. Wat er gebeurde bij 'de zestigers', dichters die zich ophielden rond literaire tijdschriften als Barbarber, Gard Sivik, en De Nieuwe Stijl, was wat hem boeide. De werkelijkheid, daar ging het om bij 'de zestigers', geen oeverloos, kunstmatig geëmmer.

Wat een verandering, thuis was er geen kunst en literatuur geweest. Zo herinnert hij zich hoe hij met het hele gezin over de boulevard van Vlissingen liep, en zijn vader wat schamper lachend het huis aanwees waar Hans Verhagen was opgegroeid. Daar woonde een rare dichter, hoorde Dix zijn vader wat gewichtig zeggen.

Herkenbaar decor

Kunststromingen uit de jaren zestig zijn vormend voor Dix geweest. Vanuit hier heeft hij zich verder ontwikkeld. Het gaat over korte registraties van de werkelijkheid, veel hoef je daar niet over te praten, dat is er gewoon. Daarom gebruikt hij geen moeilijke woorden. Hij laat een herkenbaar decor ontstaan, met eenvoudige beelden van eenlettergrepige woorden als boot, vis en klei.

Hoe hij moest eindigen in Verre uittrap, daar heeft hij wel mee geworsteld. De maat van het gedicht stond al vast: 24 pagina's tekst. Het einde mocht niet open zijn, of een soort conclusie of een prozaïsch einde. Zoiets beslis je niet op een namiddag.

procent.'

procent.'

Dit is wat het is geworden, twee keer procent, met een witregel ertussen, onder elkaar. Er staat niks, zegt Dix, en dat moest.

Er staat niks, zegt Dix, en dat moest

Dingdingdingding

Dix gaat naar buiten, en zet een regenhoedje op, dat zijn uitwaaierende witte haardos afdekt. Hij loopt door de binnenstad, waar de klok van De Lange Jan als dingdingdingding klinkt. In frietboetiek B'tje Anders eet hij patat met piccalilly uit een grote puntzak, met een vaasje bier erbij. Op verzoek draagt hij uit het hoofd het begin van Verre uittrap voor, op gedempte toon natuurlijk.

ding.'

ding.'

gok.'

ding.'

ding.'

overal van.'

In frietboetiek B'tje Anders blijft het onopgemerkt, zijn wonderlijke poëtische melodie. Hij draagt graag en regelmatig voor, al is zijn laatste bundel eigenlijk ondoenlijk te declameren. Want een punt en aanhalingsteken sluiten is moeilijk oraal te verbeelden, net als een krappe kantlijn.

Een meelezer van zijn werk had gezegd: Verre uittrap zou een mooi einde van je oeuvre kunnen wezen, met die woorden langs de zijkant, nog even en alles valt van de pagina af. Maar nee, zo ziet Dix het niet, hij wil verder.

F. van Dixhoorn, Verre uittrap
De Bezige Bij, euro 17,99

Dix in 't Frans

Ook in Frankrijk viel het werk van de Zeeuwse dichter F. van Dixhoorn op. Van zijn eerste drie dichtbundels werd een integrale Franse vertaling gemaakt. In 2013 verscheen op basis van zijn poëzie een theaterstuk in Frankrijk op de planken, geregisseerd door Laura Bazalgette: Séries werd opgevoerd in Bordeaux, Parijs en Amsterdam.