Direct naar artikelinhoud
InterviewSerdar Gözübüyük

‘Ik wilde de Eredivisie in, maar op straat zeiden ze dat het mij niet ging lukken met een buitenlandse naam’

De voetbalscheidsrechter wilde naar de top. ‘Op straat zeiden ze: je hebt een Turkse naam, dat gaat je toch niet lukken. Zo keken zij naar de wereld. Nu erger ik me aan die houding.’

Serdar GözübüyükBeeld Casper Kofi

Het gebeurde aan het begin van een wedstrijd in de Nederlandse Eredivisie. Een wedstrijd waarin Serdar Gözübüyük de scheidsrechter was. ‘Een speler van Marokkaanse afkomst, ik zal zijn naam niet noemen, maar hij is een heel goede voetballer, liep langs me en zei: eindelijk iemand van ons. Ik zei niets terug.’

Jij kijkt er anders naar dan hij?

‘Ik ben opgegroeid in Haarlem. ’s Avonds voetbalden we altijd op straat, in een soort kooi met goaltjes. Die buurt heette Parkwijk. Een gemengde wijk, de jongens met wie ik voetbalde, hadden bijna allemaal buitenlandse ouders. Uit Turkije, Marokko of Suriname. Een paar minuten verderop was Zuiderpolder, waar mijn ouders later een huis kochten, tussen de Hollandse gezinnen. En tien minuten de andere kant op was het Spaarne, waar Mart Smeets woont. Daar heb je huizen van een miljoen.

‘Vanaf mijn 12de had ik een droom, ik wilde de Eredivisie in. Eerst wilde ik het als voetballer, daarna als scheidsrechter. Als jeugdspeler moest je soms ook fluiten. Na een wedstrijd voelde ik een hand op mijn schouder. Ik draaide me om en het was Willem van Hanegem, zijn kinderen speelden bij dezelfde club in Haarlem. Hij zei: je doet het goed hè, dat fluiten. Dat betekende zo veel voor me. Ik dacht: ik ben ergens goed in, ik kan iets bereiken in Nederland.

Nederlands: ‘Landen op Schiphol.’

Turks: ‘In Istanbul voel ik me geen buitenstaander.’

Eten: ‘Adana kebab, uit de streek waar mijn ouders vandaan komen. Maar ook aardappels en sperziebonen met kip.’

Partner: ‘Ze is Turks, uit Nederland, maar als ze iets anders was geweest zou ik ook met haar trouwen.’

Minister Blok: ‘Nederland is juist een goed voorbeeld van hoe mensen met verschillende afkomsten vredig met elkaar kunnen samenleven. Dat zoiets niet zou kunnen, is een slechte boodschap.’

‘In die kooi zeiden ze: je hebt een Turkse naam, dat gaat je toch niet lukken. Het waren voor 90 procent donkere jongens, dat was hoe zij naar de wereld keken. Nu kan ik me ergeren aan die houding. Je wilt wel kansen, maar wat doe je ervoor terug? Nederland is een mooi land waar alles goed geregeld is en toch zeiken we alleen maar, het is nooit goed.

‘In die tijd wist ik niet wie ik moest geloven. In de kooi hoorde ik één verhaal, maar de volgende ochtend ging ik naar school en merkte ik daar niets van. Ik zat in een klas met voor driekwart Hollandse kinderen. Als ze een verjaardagspartijtje hadden: ik zat er altijd bij. Evelien, Mandy en Martijn – ik kwam bij ze thuis en het was leuk.

‘Toen ik een jaar of 15 was, had ik een bijbaantje. In de McDonald’s stond ik achter de kassa. De manager knipte met zijn vingers en floot naar me: prullenbak schoonmaken. Bij de kassa stond een blonde mevrouw me gewoon uit te lachen. Ik zei niets terug, liep naar boven en deed mijn shirt van McDonald’s uit.

‘Hallo, ik ben een normaal mens, dacht ik, waarom fluit je naar me alsof ik een hond ben? Ik moest tot tien tellen. Hadden de jongens in die kooi dan toch gelijk? Ik wist zeker dat ze zouden zeggen: zie je wel, nou heb je het zelf meegemaakt. Het shirt heb ik weer aangedaan en ik ben terug naar beneden gegaan. Maar ik heb daar niet lang meer gewerkt.

‘Toen bedacht ik al: later moet ik een eigen bedrijf beginnen, zodat ik niet afhankelijk ben van dit soort mensen. In de jaren erna ben ik in zoveel situaties geweest als in die McDonald’s. Natuurlijk bestaat het, dat heb ik zelf gezien. Waar het om gaat: je moet doorgaan en niet zielig in een hoekje zitten huilen.’

Welke rol speelt jouw naam in Nederland?

‘Mijn voornaam valt mee. En mijn achternaam? Toevallig heb ik net wat kinderboeken binnen gekregen voor mijn zoontje. Daarop stond niet één letter verkeerd, maar wel vier. We heten Gözübüyük, hoe krijg je het voor elkaar om die naam te spellen met drie keer een k?

‘Aan het begin van mijn carrière stond ik een keer op het veld, kort voordat de wedstrijd begon. Bij Roda JC was dat, in Kerkrade. De stadionspeaker las de opstellingen voor en bij mijn naam zei hij: ik geef het op, kijk maar in het programmaboekje. Het hele stadion begon te lachen, de spelers ook. Ik zag de humor er wel van in. Maar je kunt ook naar me toe komen om te vragen hoe mijn naam wordt uitgesproken. Zoals Frank Snoeks van Studio Sport deed.’

Steeds weer begint Serdar Gözübüyük te vertellen over de scholen die hij bezoekt voor het ministerie van Veiligheid en Justitie. ‘Je zou het burgerschap kunnen noemen, waar ik over praat met scholieren. Ik praat met ze over diploma’s, werk zoeken, stages. Over hoe Nederland werkt. In dat verhaal ben ik zelf een toepasselijke koppeling. Ik kom uit dezelfde positie en toch is het me gelukt. Als ze dat uit mijn mond horen, zijn ze stil.

‘In Nederland bestaan miljoenen regels. Thuis, op school, in het verkeer, overal gelden regels. Die zijn soms vervelend, maar we hebben ze wel nodig. Mark Rutte, de minister-president, heeft een les van mij bijgewoond. Na afloop zei hij dat hij onder de indruk was. Daar ben ik trots op. Eigenlijk is hij een scheidsrechter voor heel Nederland. En net als een scheidsrechter bij het voetballen: hij doet het nooit goed.’

De voetballer die tegen je zei: eindelijk iemand van ons. Had hij niet een punt? In de Eredivisie hebben de spelers diverse afkomsten, maar de scheidsrechters niet. Jij bent nog steeds de enige.

‘Ik kan niet voor de voetbalbond spreken, ik weet alleen dat de KNVB mij altijd heeft gesteund. Als het niet zo was, zou ik het ook zeggen. En als een collega een penalty verkeerd beoordeelt, wordt hij ook uitgescholden voor hondenlul. Net als ik.’

Serdar Gözübüyük (Nederland, 1985) werd in 2010, op 24-jarige leeftijd, de jongste scheidsrechter die ooit floot op het hoogste niveau in Nederland. Hij werd meerdere keren verkozen tot beste scheidsrechter van de Eredivisie. Daarnaast heeft hij een eigen bedrijf, Traveldocs en VISA-4-ALL. ‘In 2014 boekte ik een reis naar Turkije en kreeg te horen: succes met het visum. Ik dacht: dat is het, een bedrijf dat visa regelt. Ik ging naar Atilay Uslu, de eigenaar van Corendon. Daar doen wij nu alle visa-aanvragen voor alle landen. En voor vele andere grote reisorganisaties.’