Direct naar artikelinhoud
BeschouwingNorman Mailer

Romans, essayistiek, journalistiek en zijn waanzinnige leven lopen door elkaar heen bij Norman Mailer

Norman Mailer had maar weinig nodig om een stroom associaties op gang te brengen en die op superieure wijze tot een verhaal te componeren, concludeert Bert Wagendorp uit een selectie van zijn werk uit de jaren zestig.

November 1960, Mailer belandt zeventien dagen in een psychiatrische inrichting nadat hij in stomdronken staat zijn echtgenote Adele (l) heeft neergestoken aan het eind van een feestje – hij mist haar hart op een paar millimeter.Beeld Bettmann Archive

De jaren zestig van de twintigste eeuw zitten er bijna op – volgend jaar nog de vijftigjarige herdenking van de eerste landing op de maan, de Maagdenhuisbezetting en het popfestival Woodstock en dan is het voorbij. Misschien nog één keer een afsluitende terugblik op het hele decennium op 31 december 2019 en dan kunnen we ons richten op de herbeleving van de jaren zeventig.

‘De jaren zestig’, drie gevleugelde woorden (The Sixties, nóg gevleugelder), jaren waarin de babyboomers volwassen werden (met alle gevolgen van dien), waarin een Amerikaanse president, presidentskandidaat en een voorvechter van gelijke rechten werden vermoord, de Vietnamoorlog uit de hand liep, het er in Parijs en elders even op leek dat de revolutie was uitgebroken, de Russen een einde maakten aan de Praagse Lente en in de VS hevige rassenrellen uitbraken. Het decennium ook van flowerpower, vrije seks, popmuziek en psychedelische experimenten. Tijdperk van destructie en geweld, maar ook van ongeremde creativiteit en liefde in de lucht. Er kon veel, er mocht veel en er moest veel.

Norman Mailer: The Sixties

(twee delen: Collected Essays of the 1960’s en Four Books of the 1960’s)

Samenstelling J. Michael Lennon

The Library of America; 1300 pagina’s; € 57,-

Mooi tijdperk om een geëngageerd schrijver te zijn, zeker in de Verenigde Staten. En geëngageerd wás Nachum Melech – Norman Kingsley – Mailer (1923-2007). Meer dan dat, hij was een revolutionair, een provocateur en een activist die de tijdgeest bij de strot had. Niet alléén door als een bezetene te schrijven, maar toch wel voorál door als een reporter at large (erg large) een waanzinnige productie af te leveren en geen onderwerp te schuwen – politiek, cultuur, sociale kwesties, sport, Vietnam en Norman Mailer zelf.

En zelden kort en bondig. ‘Ik kan niks in vijfduizend woorden opschrijven’, zei Mailer, ‘en tienduizend woorden is alleen maar voor pokergeld.’ (Korter was voor brieven: toen Mailer in 2005 zijn archief voor 2,5 miljoen dollar verkocht aan de Universiteit van Texas zaten daar ook vijftigduizend brieven bij.)

Dit jaar verschenen in de Library of America Collected Essays of the 1960’s en Four Books of the 1960’s. Van de romans (An American Dream, Why Are We in Vietnam?, The Armies of the Night en Miami and the Siege of Chicago) worden de eerste drie tot het beste uit zijn oeuvre gerekend. In de laatste twee voert Norman Mailer Norman Mailer op als een romanpersonage dat direct betrokken is bij de anti-Vietnamdemonstraties en de partijconventies van 1968. In navolging van Truman Capote en zijn In Cold Blood uit 1965 maakte Mailer er non-fiction novels van – nieuw was dat de auteur ook zichzelf fictionaliseerde. The Armies of the Night karakteriseerde hij zelf accuraat als ‘De roman als geschiedenis, geschiedenis als een roman’.

‘New Journalism’

De essays die samensteller J. Michael Lennon – ook de auteur van de Mailer-biografie A Double Life uit 2013 – selecteerde uit drie eerdere bundelingen van essays uit de jaren zestig werpen een nog scherper licht op Mailer en zijn verhouding tot de wereld. Het is aardig om heen en weer te bladeren tussen biografie, essays en romans. Dan zie je hoe bij Mailer alles door elkaar loopt, leven, romans, essayistiek, journalistiek.

‘Essays’ is niet altijd een adequate omschrijving van het genre dat Mailer hier beoefent. Hij schreef vaak lange journalistieke reportages, die hij inkleurde met beschouwende, analyserende passages en samenvoegde tot een mengvorm die school maakte. New Journalism, het journalistieke verhaal verteld met literaire middelen, is niet meer weg te denken uit de literatuur.

De bundel essays begint meteen goed, met het ruim dertienduizend woorden tellende legendarische verhaal dat Mailer schreef voor Esquire, Superman Comes to the Supermarket, over John F. Kennedy die in juli 1960 in Los Angeles de Democratische nominatie voor het presidentschap binnenhaalt. Het stuk wordt gezien als het startpunt van de Nieuwe Journalistiek. Mailers aanpak kwam niet voort uit een vooraf vastgesteld plan. Toen hij door Esquire werd gevraagd de conventie te verslaan, had hij geen idee hoe hij dat moest aanpakken. Pas na een paar dagen in LA en nadat hij Kennedy had herkend als literair personage, wist hij hoe hij het ging doen: New Journalism werd geboren uit onzekerheid.

Toen Kennedy even later Richard Nixon versloeg met een minimale marge van honderdduizend stemmen, achtte Mailer het waarschijnlijk dat zijn stuk, dat zeer positief is over Kennedy, een beslissende rol had gespeeld – bescheidenheid was het enige woord dat niet in zijn vocabulaire voorkwam. Eigenlijk verwachtte hij dat Kennedy hem zou belonen, met een plaats in zijn kabinet of toch op zijn minst een adviseursrol. Maar de president liet niks meer van zich horen.

Het decennium

Het is alsof Mailer op het begin van de jaren zestig heeft zitten wachten en in LA het startschot klinkt. Hij is 37 jaar oud, voor de tweede keer getrouwd, hij heeft drie dochters (van 11, 3 en 1 jaar oud). Hij is wereldberoemd geworden met zijn debuutroman The Naked and the Death uit 1948, maar heeft daarna de belofte van ‘de nieuwe Hemingway’ niet kunnen waarmaken. Twee romans uit de jaren vijftig, Barbary Shore en The Deer Park, krijgen matige tot slechte kritieken – zelfs Hemingway laat pas na vier jaar iets van zich horen als Mailer hem het laatste boek toestuurt.

Maar dan wordt het 1960 en begint het decennium waarin Mailer drie keer zal scheiden, drie kinderen krijgt, zich tweemaal voorneemt burgemeester van New York te worden – met in 1969 een serieuze campagne –, het hele land afreist om te speechen tegen de oorlog in Vietnam en zijn boeken aan de man te brengen, zich mengt in alle debatten, een publieke figuur wordt dankzij het nieuwe massamedium tv, bokst, drinkt als een tempelier, er naast zijn huwelijken talloze affaires op nahoudt (onder het motto ‘If you don’t use it, you’ll lose it’), zich ontpopt tot het intellectuele geweten van links Amerika (hoewel hij zichzelf omschreef als een ‘linkse conservatief’), heftig ruzie maakt met zijn collega-schrijvers, dikwijls verzeild raakt in vechtpartijen, drie experimentele films maakt, The Deer Park omwerkt tot een toneelstuk en zeventien dagen in een psychiatrische inrichting belandt nadat hij in stomdronken staat zijn echtgenote heeft neergestoken aan het eind van een feestje – hij mist haar hart op een paar millimeter.

Het is alsof de elektrische energie van de sixties hem in de bol is geslagen. Mailers grenzeloze ambitie, honger naar roem, enorme egocentrisme en imponerende narcisme, maar ook zijn grote creativiteit en originaliteit, krijgen de vrije hand.

In 1962 trouwde hij voor de derde keer, met de Britse socialite Jeanne Campbell, dochter van de elfde hertog van Campbell en kleinkind van de Britse persbaron Lord Beaverbrook. Mailer was zeer tevreden met de verbintenis – de middleclass joodse jongen die een Britse upper class-vrouw huwt: hij verklaarde trots dat zijn collega-schrijvers wel groen van jaloezie zouden zien. Campbell bracht hem in kringen die voordien voor hem niet toegankelijk waren, er werd gefluisterd dat ze het binnen een tijdsbestek van een jaar had gedaan met Sovjetleider Chroesjtsjov, president Kennedy én de Cubaanse machthebber Fidel Castro. Het huwelijk was snel ten einde, Mailer hield er wel dochter Kate aan over.

Bakken met geld

Naast alle overige activiteiten schreef hij alsof elke letter zijn laatste kon zijn. Hij kreeg hoge voorschotten voor zijn boeken, leverde aan de lopende band goedbetaalde stukken voor magazines. Geld was een belangrijke factor, het groeiende conglomeraat Mailer moest omzet draaien. Huizen in New York en een zomerverblijf in Provincetown, kinderen (acht, en een aangenomen zoon, uiteindelijk) die naar dure scholen moesten, een groeiend aantal exen (vijf, aan het eind van zijn leven), geldverslindende party’s en een stoet minnaressen (aantal onbekend), verliesdraaiende films en theaterstukken: het geld kwam met bakken binnen, maar ging er ook met bakken weer uit.

Op de een of andere manier bleven zijn creatieve vermogen en tomeloze energie onder alle afleiding intact. Superman Comes to the Supermarket was een baanbrekend stuk, en dat gold ook voor zijn verslag van de bokswedstrijd om de wereldtitel zwaargewicht in september 1962 in Chicago, tussen Floyd Patterson en Sonny Liston. Het stuk, twintigduizend woorden, verscheen in februari 1963 in Esquire als The Big Bite, maar zou later de titel Ten Thousand Words a Minute krijgen: na twee minuten en zes seconden ging Patterson neer op een mokerslag van Liston.

Norman Mailer in 2003, hij is dan tachtig jaar oud.Beeld AP

Het is nog altijd een verbazingwekkend stuk. Bijna een halve eeuw later leest het als een novelle, in de karaktertekening van Liston en Patterson, in de gedetailleerde schets van het publiek rond de ring, in de reacties van de toeschouwers. ‘What happened?’ vraagt schrijver James Baldwin, ook aanwezig, nadat Patterson tegen het canvas is gestort en niet meer opstaat. Mooi einde, maar Mailer schreef gewoon nog zesduizend woorden door. Het stuk betekende een revolutie in de geschiedenis van het sportschrijven.

In 1969 stelde Mailer zich kandidaat voor het burgemeesterschap van New York. Dat was hij in 1960 ook al van plan geweest, maar toen eindigde het feestje waarop hij zijn kandidatuur bekend wilde maken in een bloedbad na de aanval op zijn vrouw Adele Morales. Maar nu was het zover. Mailer koos de vermaarde journalist Jimmy Breslin als zijn running mate en gaf zichzelf een heel goede kans. Hij had opzienbarende voornemens: de stad New York moest de (toen) 51ste staat van de VS worden, hij had een soort wittefietsenplan, wilde een monorail rond Manhattan en een grote boerenmarkt in het centrum van de stad. Als hij zou winnen, zei Mailer, zou hij het schrijven eraan geven.

Zover kwam het gelukkig niet, van de vijf kandidaten eindigde hij als vierde. Het stuk dat hij tijdens de campagne schreef in het New York Times Magazine, Why Are We in New York?, zet hoog in: ‘New York must be ready to show the way to the rest of Western civilization.’ New York, maar eigenlijk de visionaire burgemeester Norman Mailer. Het is een typisch Mailerstuk. Bombastisch, vol bravoure en pathos, gedreven door obsessies en een overtuiging die een leven lang grensde aan ziekelijke zelfoverschatting. Maar ook vooruitziend – te ver vooruit voor de kiezers. Die gaan er niet in mee.

Onmiddellijk nadat de poging was mislukt, reisde hij naar Houston en begon aan zijn nieuwe boek, over de Apollo 11 en de eerste man op de maan. Mailer wist niks van raketten en astronauten en vond dat het boek beter zou worden wanneer hij zelf werd gelanceerd, maar ramde er desondanks wel 180 duizend woorden uit. Moonfire verscheen in 1971.

Bigger than life

Mailers romans en essays in deze twee bundelingen – het werk over een periode van tien jaar, The Fight en The Executioner’s Song stonden nog in de sterren geschreven – maken je opnieuw nieuwsgierig naar de geest waaruit dit allemaal kon ontstaan. Een geest die voortdurend borrelde van nieuwe plannen. Die meestal niet werden uitgevoerd wegens gebrek aan tijd en die soms uitliepen op grootse mislukkingen. Maar niettemin een hoogst fascinerende geest. Mailer had maar weinig nodig – niet meer dan een bokspartij van 2.06 minuten – om een stroom van gedachten, associaties, gedetailleerde observaties, duidingen en uitweidingen op gang te brengen en die ook nog eens op superieure wijze tot een verhaal te componeren.

Norman Mailer was een kleine man, maar bigger than life. Hij was ongetwijfeld een arrogante klootzak, een agressieve ruziezoeker en een seksist. Consequentheid stond niet hoog in zijn lijstje van principes, dat vormde maar een beperking voor het denken en schrijven.

Maar wie wil weten hoe het was, in de Verenigde Staten van de jaren zestig, kan niet om hem heen. Hij was erbij, niet van buiten maar van binnen, zat nooit verlegen om een expliciete mening over de dingen die er om hem heen gebeurden en schroomde evenmin ze te vol overtuiging duiden.

Dertienhonderd pagina’s tellen de twee boeken.

 Er rijzen een wereld en een Schrijver uit op.

Boekenchef Wilma de Rek: ‘Een roman is goed als je erin wilt blijven wonen’
Op allerlei manieren over boeken schrijven, daar is de boekenredactie van de Volkskrant de hele dag mee bezig. Maar hoe kiezen zij welke boeken uit het enorme aanbod worden behandeld, en hoe bepaal je wat goed en slecht is? Boekenchef Wilma de Rek: ‘Een roman is goed als je erin wilt blijven wonen.’