Direct naar artikelinhoud
NieuwsVerkeersborden

Verkeersborden zijn soms zó verwarrend, dat niemand er nog iets van snapt - en dat is gevaarlijk

Verkeersborden zijn er om weggebruikers te infomeren, maar soms zijn het er zoveel bij elkaar, dat niemand er nog iets van snapt. En dat is gevaarlijk, stellen drie verkeersorganisaties. Zeshonderdduizend van de drie miljoen waarschuwings- en gebodsborden kunnen weg.

Een bord uit de collectie van verkeerspsycholoog Gerard Tertoolen, gemaakt in de gemeente Zaltbommel, vlakbij Slot Loevestein.Beeld Gerard Tertoolen

‘Zomaar een setje verkeersborden in Amsterdam’, schrijft een Instagramgebruiker bij een foto waarop zeven borden keurig onder elkaar aan een paal zijn gespijkerd. Wie beter kijkt, belandt in een totaal onnavolgbare rebus.

Het gaat om een voetgangerszone, laat het eerste bord zien. Snorfietsen zijn verboden. Tot zover alles duidelijk. Totdat een bord vermeldt dat fietsers wél zijn toegestaan. Onderop prijkt weer een fiets. Ditmaal als uitzondering op het bord daarboven, dat een eenrichtingsweg aanduidt.

‘Helemaal duidelijk toch’, concludeert de Instagramgebruiker sarcastisch.

Een foto die is geplaatst door null (@klauw_dieja) op

Veilig Verkeer Nederland, het kenniscentrum verkeer en vervoer voor de overheid (CROW) en de HR Groep, die alle verkeersborden in ons land registreert, maakten maandag in de Telegraaf de inschatting dat zeshonderdduizend van de drie miljoen waarschuwings- en gebodsborden overbodig zijn. De drie verkeersorganisaties pleiten voor het weghalen van deze borden, zodat de weggebruiker weet waar hij aan toe is en gevaarlijke situaties worden voorkomen.

‘Borden zouden in één blik duidelijk moeten maken waarvoor ze zijn bedoeld’, zegt José de Jong, woordvoerder van Veilig Verkeer Nederland (VVN). ‘Maar sommige borden zijn zó ingewikkeld, dat belangrijke borden geen aandacht meer krijgen.’

Onnavolgbaar

In het verkeer draaien de hersenen van weggebruikers op volle toeren. Eenzame borden ontglippen vaak de aandacht, blijkt uit onderzoek. ‘Maar als een weggebruiker een heel bordenwoud tegenkomt, denkt hij: hier is blijkbaar iets heel belangrijks aan de hand’, zegt verkeerspsycholoog Gerard Tertoolen. ‘Zo iemand let niet meer op het verkeer, maar op de borden. Dat leidt enorm af.’

Tertoolen heeft er ‘een hobby’ van gemaakt om onnavolgbare verkeersborden te verzamelen. Zijn favoriet uit de collectie: een verbodsbord waarop een tractor, brommer en fiets staan afgebeeld. Daaronder een uitzonderingsbord waarop wederom een tractor, brommer en fiets voorkomen. ‘En gehandicaptenvervoer’, staat er nog onder.

Voor de kenners: fietsers, tractors en bromfietsers mogen gewoon doorrijden, maar alle andere voertuigen die niet sneller kunnen of mogen rijden dan 25 kilometer per uur moeten rechtsomkeert maken. Dit heeft betrekking op ruiters, vee, wagens en motorvoertuigen. ‘Maar dat weet natuurlijk geen hond', zegt Tertoolen.  

Het komt ook voor dat gemeenten hun eigen verkeerstekens ontwerpen. Ze plaatsen bijvoorbeeld een oog bij een gevaarlijk kruispunt, om aan te geven dat extra waakzaamheid is geboden. En sinds 2012 hebben zo’n dertig gemeenten ‘gaybrapaden’, ofwel: zebrapaden in de kleur van de regenboogvlag. Hiermee wordt aandacht gevraagd voor de acceptatie van lhbt’ers.

‘Dat is natuurlijk heel creatief en mooi’, zegt José de Jong van VVN. ‘Maar zo’n zebrapad heeft op zichzelf geen enkele waarde, want het is volgens de wettelijke richtlijnen officieel geen zebrapad. Een automobilist zou hier dus niet hoeven stoppen, maar dit weet lang niet iedereen.’

(Tekst loopt verder onder de foto)

Een ‘gaybrapad’ in Rotterdam. Officieel is dit geen zebrapad.Beeld ANP

Wegbeheerders, bestaande uit de provincie, Rijkwaterstaat, de gemeente en de waterschappen, mogen verkeersborden verwijderen. Maar zo makkelijk is dit niet, want borden zijn nou eenmaal nodig om te handhaven. Het Reglement verkeersregels en verkeerstekens (RVV) schrijft voor dat de weggebruikers geïnformeerd moeten worden over de actuele verkeersstatus. ‘Dus als in een straat een maximumsnelheid geldt, dan moeten weggebruikers dit weten’, licht John Boender, verkeersdeskundige bij CROW, toe. ‘En als de snelheid even verderop verandert, moet dit wederom met een bord worden aangegeven.’

Op die manier dekken wegbeheerders zich juridisch in, want als een auto schade oploopt door een gat in de weg, zonder dat dit duidelijk werd aangegeven, dan kan de bestuurder de rekening verhalen.

Geen verkeersregels

Zou er ook een wereld mogelijk zijn zonder verkeersborden? Zeker, als je de voorstanders van de ‘gedeelde ruimte’ moet geloven.  Dit concept, ooit bedacht door de Nederlandse verkeersfilosoof Hans Monderman, is in opmars. Het idee hierachter, kort door de bocht: schrap verkeersregels, dan wordt het vanzelf veiliger. 

Niet alleen borden, maar ook stoplichten en zebrapaden maken weggebruikers minder alert, is ook de overtuiging van verkeerspsycholoog Gerard Tertoolen. ‘Als alles voor je wordt geregeld, dan ga je zelf niet meer opletten. In sommige situaties is het beter om het verkeer zo min mogelijk te structureren en reguleren. Op het Domplein in Utrecht rijden bijvoorbeeld geen auto’s, fietsers gaan er hun eigen weg en er lopen veel groepen studenten rond. Iedereen let zelf op, en dat werkt hartstikke goed.’

Wie verzint al die verkeersborden eigenlijk?

Als er een nieuwe ontwikkeling in het verkeer is, zoals het ontstaan van milieuzones, dan zorgt een commissie van het Nederlands Normalisatie Instituut (NEN) voor een nieuw verkeersbord. Vorig jaar waren er veertien nieuwelingen, waaronder een blauw bord met een pictogram van een lijnbus. Betekenis: alleen lijnbussen mogen deze weg betreden. Voorheen werd dit nog aangegeven door twee borden: een wit bord met rode rand (een verbodsbord, red.) én een uitzonderingsbord voor lijnbussen. ‘Die dubbele boodschap schept verwarring’, zegt verkeersdeskundige John Boender, die namens CROW zitting heeft in de commissie. ‘Met het nieuwe bord is meteen duidelijk dat het om een busbaan voor lijnbussen gaat.’