Direct naar artikelinhoud
analyse brexitakkoord

Ultieme list moet harde Brexit voorkomen

De in onbruik geraakte grens tussen Ierland en Noord-Ierland, een situatie die voorlopig zo blijft bestaan.Beeld Imageselect

Met een ‘list’ is voor nu een harde Brexit voorkomen. Opmerkelijk: de oplossing is een douane-unie tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk. Terwijl de Britten juist allergisch leken voor dat begrip.

Wekenlang bivakkeerden de Europese en Britse brexitonderhandelaars in ‘de tunnel’, jargon voor misschien wel de moeizaamste en meest complexe gesprekken ooit in Brussel. En net toen de wanhoop het begon te winnen van de hoop, was er licht aan het eind van ‘de tunnel’: een principeakkoord over hoe het Verenigd Koninkrijk op 29 maart volgend jaar na 46 jaar EU-lidmaatschap de Unie ordelijk kan verlaten.

Voor het zover is, moeten er nog drie hordes genomen worden: de Britse regering, de EU (lidstaten en Europees Parlement) én het Britse parlement moeten het onderhandelaarsakkoord goedkeuren. Geen verrassing dus dat de Europese Commissie dinsdag ook de rampenplannen presenteerde voor het geval een akkoord uitblijft en Londen volgend jaar zonder vangnet en met slaande deuren uit de EU vertrekt.

Douane-unie

Verreweg de meeste tijd besteedden de onderhandelaars afgelopen maanden aan het vinden van de ultieme ‘list’ om een harde grens te voorkomen tussen Ierland en Noord-Ierland, dat met Groot-Brittannië uit de EU gaat. Een kwestie van rust en vrede (letterlijk) in Noord-Ierland, waar fysieke grensposten ‘the Troubles’ kunnen doen herleven. Tegelijkertijd liet de Brexit eigenlijk geen andere keuze dan controles: het Verenigd Koninkrijk is straks een ‘derde land’ waarvan het bedrijfsleven niet meer zoals nu toegang heeft tot de interne markt van de EU, ook niet via een Noord-Ierse achterdeur.

De oplossing die de onderhandelaars hebben gevonden is een douane-unie tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk die geen douane-unie mag heten (taboe in Londen). Deze douane-unie is een vangnet, benadrukt de Britse premier May, ze wordt alleen in praktijk gebracht als Londen en Brussel niet slagen op tijd een echt handelsverdrag te sluiten waarmee de grensperikelen alomvattend worden opgelost.

Volgens betrokken EU-ambtenaren kent de voorgestelde douane-unie twee regimes: een licht regime regelt dat Groot-Brittannië tariefloos en zonder limiet goederen naar de EU mag exporteren. Daarvoor moet het dan wel de regels van de EU respecteren, zowel de productvereisten als de milieustandaarden, sociale afspraken (werktijden), de staatssteunregels en belastingovereenkomsten. Bovendien moet Londen arbitrage accepteren bij geschillen.

Voor Noord-Ierland komt er een meer omvattend regime zodat het vrijwel dezelfde rechten en plichten behoudt als nu. Met deze constructie wordt in elk geval optisch voorkomen dat Noord-Ierland economisch van het Verenigd Koninkrijk zou worden afgesplitst door de Brexit, een optie die eerder op tafel lag. Voor Londen was die aantasting van de eenheid van het Verenigd Koninkrijk onacceptabel. Een groot en gevoelig nadeel van een douane-unie is dat Londen gebonden blijft aan vele Europese regels en minder makkelijk handelsverdragen met andere (niet-EU) landen kan afsluiten. Zoals een diplomaat zei: ‘Dit geeft het Verenigd Koninkrijk de status van EU-vazal.’

Burgers

Eerder werden de onderhandelaars het eens over drie andere belangrijke onderdelen van het uittredingsverdrag. Zo is afgesproken dat Britse burgers die op het Europese vasteland wonen en EU-onderdanen die in Groot-Brittannië verblijven, hun bestaande rechten niet verliezen. Hun werkvergunning, aanspraken op zorg, zekerheid en onderwijs blijven bestaan, ook voor familieleden die nog moeten overkomen. Londen en de EU-landen beloven dat de registratieprocedure eenvoudig en betaalbaar zal zijn.

Ook bestond er al overeenstemming over de financiële eindafrekening van het Britse EU-lidmaatschap. Na maanden gesputter legde Londen zich neer bij het feit dat aangegane financiële verplichtingen in EU-verband moeten worden nagekomen. Volgens betrokkenen moet het Verenigd Koninkrijk 40 à 50 miljard euro aan de EU betalen.

Met een deal over de grens, de burgerrechten en de rekening, krijgt Londen de door het Britse bedrijfsleven zeer gewenste overgangsperiode. Tot 1 januari 2021 blijft veel bij het oude: alle EU-regels blijven gelden in het Verenigd Koninkrijk, bedrijven en banken houden toegang tot de interne markt en Londen draait mee met (en betaalt aan) alle EU-programma’s. Alleen zit het niet meer aan de vergadertafels, het beslist niet mee en verdwijnt uit het Europees Parlement en de Europese Commissie.

Toekomstige handelsrelatie

De overgangsperiode geeft Londen en Brussel tijd verder te praten over de toekomstige handelsrelatie, een eerste schets daarvan zit in het vertrekakkoord. Diplomaten verwachten dat de gesprekken over dat handelsakkoord aanzienlijk langer zullen duren dan de overgangsperiode, waarmee de invoering van de douane-unie een feit zou zijn.

De EU-ambassadeurs van de 27 lidstaten bespreken het onderhandelaarsakkoord vanmiddag. Als zij en de Britse regering het licht op groen zetten, komen de Europese regeringsleiders vermoedelijk op 24 of 25 november in Brussel bijeen om het akkoord af te zegenen. De brexitonderhandelingen leren echter dat deadlines steeds genegeerd worden.

De Britse premier Theresa May, met naast haar Olly Robbins, denkt met het huidige Brexit-akkoord de eerste zege binnen te hebben. Maar haar regering telt nog vier hoofdrolspelers, die alles kunnen torpederen.