Direct naar artikelinhoud
Reportage

Ook de rosse buurt in het Mexicaanse Tijuana mist de Amerikanen

Het Mexicaanse Tijuana is van oudsher een stad van migranten. Maar de vreemdelingenhaat steekt ook daar de kop op, want toeristen blijven weg. Bang voor de migrantenkaravaan. ‘Het is een ramp.’

In het red-light district van Tijuana hopen de prostituees dat de situatie snel normaliseert.Beeld Felix Marquez

‘Wij steunen de burgemeester.’ De tekst staat met slordige witte letters op de achterruiten van taxi’s in Tijuana geschilderd. Niet op alle taxi’s, wel op een heleboel. Die burgemeester, Juan Manuel Gastélum, heeft sinds kort de bijnaam ‘Trump van Tijuana’. Met op zijn pet ‘Make Tijuana Great Again’, trekt hij fel van leer tegen de duizenden Midden-Amerikanen in de Mexicaanse grensstad.

‘Ik laat de migrantenkaravaan onze manier van leven niet bedreigen’, aldus de burgemeester afgelopen zaterdag in een videoboodschap die hij via Twitter de wereld in stuurde. ‘Dit land is van ons, en we zullen het verdedigen.’ Gastélum vroeg de federale autoriteiten op te treden tegen de migranten, om zo te voorkomen dat de Verenigde Staten opnieuw de grens sluiten.

In de afgelopen zes weken zijn zo’n zevenduizend migranten en asielzoekers in Tijuana neergestreken, grotendeels afkomstig uit de door armoede en bendeoorlogen geteisterde landen Honduras en El Salvador. Duizenden anderen zijn nog onderweg en zullen waarschijnlijk voor het einde van het jaar aan de grens arriveren. Veel inwoners van Tijuana zien hen liever gaan dan komen. ‘Ze mogen Amerika toch niet in’, klinkt het in de straten. ‘En hier zijn ze tot last.’

Drie Hondu­rezen worden door de politie opgepakt nadat ze te voet nabij Tijuana de Amerikaanse grens zijn overgestoken.Beeld Felix Marquez

Stilte bij de grens

Het is opvallend rustig op de vijftienbaansweg die Tijuana met het Amerikaanse San Isidro verbindt. Hier, op de drukste grensovergang ter wereld, staat aan het eind van de middag normaal gesproken een file van minstens een kilometer. Nu rijden de auto’s in een keer door tot de douane. ‘De Amerikanen blijven weg’, aldus Enrique Gutierrez, een 53-jarige man die snoep en frisdrank verkoopt aan wachtende automobilisten.

Gutierrez leunt tegen zijn roestige metalen kar, hangt een paar naar beneden gezakte lolly’s recht en vloekt binnensmonds tegen een automobilist die rakelings lang scheurt. ‘Het is allemaal de schuld van de Midden-Amerikanen’, vindt de verkoper. Er komt een collega aangelopen: Juan Meza (23) verkoopt wollen poncho’s in de kleuren van de Mexicaanse vlag. ‘Het is een ramp’, zegt hij. ‘Mijn inkomsten zijn met 80 procent gedaald.’

Straatverkoper Juan Meza (midden) verkoopt bijna niets meer.Beeld Felix Marquez

Vijftig meter verderop staan de metershoge barricades waarmee de politie vorige week zondag de weg naar de douaneposten afsloot. Honderden migranten probeerden toen over de grensmuren te klimmen, maar werden met traangas tegengehouden. De Amerikaanse autoriteiten hielden de grensovergang urenlang gesloten, met grote chaos en ellenlange files tot gevolg. De Amerikaanse president Donald Trump dreigde vervolgens de grens permanent te sluiten.

Alleen al het dreigement heeft grote impact, want Tijuana leunt sterk op toerisme. Vooral in het weekend vermaken Amerikanen zich tot diep in de nacht in discotheken en bordelen. ‘Bienvenido a Tijuana’, zong Manu Chao al. ‘Tequila, sexo, marijuana.’ De Amerikanen komen ook overdag, voor goedkope medische behandelingen en medicijnen. ‘Nu blijven ze thuis’, klaagt Gutierrez. ‘Ze zijn bang dat ze niet meer terug kunnen.’

De grensmuur in Tijuana.Beeld Felix Marquez

Boze ondernemers

Ook aan de andere kant van de grens mopperen ondernemers. Veel Mexicanen doen normaal gesproken boodschappen en andere inkopen in San Isidro, ook zij blijven nu voor de zekerheid in Mexico. En dan zijn er nog de tienduizenden Mexicanen die in de VS studeren of werken en dagelijks heen en weer reizen. Het sluiten van de grens zou voor hen desastreuze gevolgen hebben.

Tijuana is van oudsher een stad van migranten. Twee jaar geleden nog kwamen er bijna vijftienduizend Haïtianen, net als de Midden-Amerikanen met het idee de grens met de VS over te steken. Drieduizend van hen zijn blijven hangen, en zijn goed geïntegreerd geraakt. ‘De Haïtianen hebben zich altijd goed gedragen’, zegt Gutierrez. ‘Ze drinken en blowen niet op straat, en hebben nooit de grens bestormd.’

Grensovergang San Isidro, de drukste ter wereld.Beeld Felix Marquez

‘De Haïtianen kwamen met hun papieren in orde’, aldus burgemeester Gastélum op zijn Facebook-pagina. ‘Ze huurden kamers en maakten hun eigen eten.’ In tegenstelling tot de Midden-Amerikanen, wil hij maar zeggen. Die kwamen met duizenden tegelijk en houden zich op in een geïmproviseerd tentenkamp. Gastélum noemt de Midden-Amerikanen ‘verslaafden’ en ‘criminelen’.

Jongeren in Playas de Tijuana.Beeld Felix Marquez

Rosse buurt

En ook elders in Mexico klinkt gemor over de migrantenkaravanen die het land doorkruisen. Dat begon nadat een Hondurese migrant zich in een interview beklaagde over het eten dat de Mexicanen onderweg doneerden. ‘We krijgen bonenpuree’, aldus de vrouw in de video. ‘Dat is eten voor varkens.’ Mexicanen eten heel graag bonenpuree, en de uitspraak leidde tot grote woede. ‘Hondurezen zijn ondankbaar’, klonk het op sociale media. ‘Laat ze oprotten naar hun eigen land.’

De ontwaakte vreemdelingenhaat lijkt deels te zijn ingegeven doordat veel karavaandeelnemers straatarm zijn, en niet al teveel onderwijs hebben genoten. Ook zijn er jonge mannen wiet rokend op straat gesignaleerd. Dat, en het haat-discours van Trump en de burgemeester, wakkeren angst aan dat er overvallers tussen zitten, of gewelddadige bendeleden. In werkelijkheid zijn veel migranten juist op de vlucht voor bendes.

Inmiddels begrijpen de Midden-Amerikanen dat Trump hen echt niet binnen zal laten. Sommigen besluiten asiel aan te vragen in Mexico of gaan naar de Internationale Organisatie voor Migratie voor hulp bij vrijwillige terugkeer. Maar de meesten zijn nog altijd vastbesloten de VS te bereiken. Maandag klommen opnieuw tientallen migranten, onder wie kleine kinderen, over het metershoge grenshek. Met opgeheven handen liepen ze naar de Amerikaanse grenspolitie en vroegen asiel aan.

In het red-light district van Tijuana hopen de prostituees dat de situatie snel normaliseert. ‘De feestdagen komen eraan, dat is hoogseizoen hier’, zegt een 24-jarige sekswerker die zich Chona noemt. Ze staat met wat collega’s tegen een muurtje geleund, in een verlaten steegje waar het volgens haar normaal gesproken zwart ziet van de mannen. ‘De Amerikanen betalen beter dan de Mexicanen’, zegt ze. ‘En aan die armoedzaaiers van de karavaan hebben we al helemaal niks.’

Mexicaanse militairen in het red-light district van Tijuana.Beeld Felix Marquez

Wijkagent Eric Hernández loopt langs, hij bevestigt dat het toerisme met zeker de helft is afgenomen sinds de eerste karavaan arriveerde. ‘Toeristen zijn bang voor overvallen’, zegt hij. ‘Dat komt omdat hun president zegt dat migranten allemaal criminelen en gevaarlijke types zijn.’ Hij snuift minachtend. ‘Ik kan je vertellen, er zijn hier geen extra berovingen geweest. En degenen die het meest op straat drinken en drugs gebruiken, dat zijn de Amerikanen.’ 

Rosse buurt