Direct naar artikelinhoud
Reportage

Geitenmelkster Trudy: ‘Als we er ziek van werden, dan werkte ik hier niet’

Als achtste provincie heeft Flevoland een ‘geitenstop’ ingevoerd in verband met een verhoogde kans op longontstekingen bij omwonenden. Dat besluit is niet ingegeven door de realiteit, maar door emoties, zegt de Lelystadse geitenhouder Wim van Wageningen.

Trudy van Lune melkt de geiten op de Caprihoeve in Lelystad.Beeld Guus Dubbelman

Trudy van Lune laat het geitenmelken plotseling voor wat het is. Ze heeft het gespreksonderwerp van haar werkgever opgevangen en draait zich abrupt om. ‘Even voor de goede orde’, zegt de 57-jarige Van Lune. ‘Als we er ziek van werden, dan werkte ik hier niet.’

Haar werkgever is Wim van Wageningen, geitenhouder op de Lelystadse Caprihoeve. Van Wageningen heeft net uit de doeken gedaan wat hij vindt van de laatste ontwikkelingen in Flevoland, waar na Noord-Brabant, Gelderland, Noord-Holland, Limburg, Zuid-Holland, Overijssel en Utrecht nu ook geitenboeren worden tegenhouden die zich in de provincie willen vestigen.

‘Het is helemaal niet erg dat wordt onderzocht wat de gevolgen zijn voor omwonenden van geitenboerderijen’, zegt Van Wageningen, de ogen onder zijn blauwe pet vochtig van emotie. ‘Wat wel erg is: dat op basis van wat er nu ligt wordt gesteld dat geiten houden onveilig is.’

Wat ‘er ligt’ is het rapport Veehouderij en Gezondheid Omwonenden uit 2017, van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Daarin wordt andermaal geconcludeerd dat bewoners in de omgeving van geitenboerderijen iets vaker een longontsteking hebben. Gemiddeld zijn er elk jaar 1.650 mensen met een longontsteking op 100 duizend inwoners, waarvan ruim 200 worden veroorzaakt door het wonen in de buurt van een geitenhouderij of pluimveehouderij.

Wim van Wageningen bij zijn geiten, die een blauwe streep op hun rug hebben om ze te herkennen als drachtige dieren.Beeld Guus Dubbelman

Betrouwbaarheid

De oorzaak bij pluimvee is vermoedelijk de fijnstof en de resten van dode bacteriën die vrijkomen, maar het RIVM onderzoekt nog waardoor wonen in de buurt van geiten de kans op een longontsteking verhoogt. Dat in afwachting van het vervolgonderzoek nu zoveel provincies op slot gaan, steekt boeren als Van ­Wageningen, die ook de betrouwbaarheid van het rapport in twijfel trekt.

Voor het betreden van zijn stal met 2.100 geiten heeft Van Wageningen zijn bezoekers in een overall gestoken, over de schoenen gaat een plastic zak. ‘Niet om jullie te beschermen tegen de geiten, maar de geiten tegen jullie’, zegt de 49-jarige boer. ‘Want niet alleen landbouwhuisdieren dragen ziekten. Bij poezen komt de Q-koortsbacterie bijvoorbeeld ook vrij, dus die zouden jullie bij je kunnen dragen. Dodelijk voor mijn bedrijf.’

De Q-koortsepidemie tussen 2007 en 2011, met 95 doden en honderden chronisch zieken tot gevolg, plaatste de geitenhouderij onder een vergrootglas. De bacterie kwam immers vrij bij het lammeren van schapen en geiten. Met het RIVM-rapport over longontstekingen, die zeker niet door de Q-koortsbacterie worden veroorzaakt, nemen de provincies nu toch het zekere voor het onzekere met deze financieel lucratieve en gestaag groeiende sector.

‘De stop op geiten is niet ingegeven door de realiteit, maar door emoties’, verwijst Van Wageningen naar de ‘iets’ verhoogde kans op een longontsteking waar het RIVM van spreekt. Ook LTO Flevoland noemt de stap van de provincie voorbarig. ‘Met het kleine aantal dieren in onze provincie (6.667 van de 588 duizend in Nederland, red.) spelen de gezondheidsrisico’s hier helemaal niet.’ Maar de provincie wil koste wat kost voorkomen dat ‘de problemen’ naar Flevoland worden verplaatst.

De geiten van de Lelystadse geitenboer Wim van Wageningen. Ze hebben een blauwe streep op hun rug om ze te herkennen als drachtige dieren.Beeld Guus Dubbelman

‘Alleen geitenboeren’

Tot een uitbreidingsverbod van de bestaande vijf geitenboeren in Flevoland heeft de provincie (nog) niet besloten. Voor Van Wageningen had het niet uitgemaakt, hij heeft geen uitbreidingsplannen. ‘Dat er geen geitenboeren bij komen, is voor de prijs die ik krijg natuurlijk goed’, zegt hij. ‘Maar voor de sector is het de zoveelste klap. Bij ander vee, maar ook bij wegen en de industrie, spelen vergelijkbare problemen met bijvoorbeeld fijnstof. Kennelijk is het fijn om alleen geitenboeren aan te pakken.’

Naast de hoogtechnologische melkmachine tikt Trudy van Lune een treuzelende geit op de billen. ‘Nou dame, kom op, toe.’ Een voor een stappen de dieren in een gigantisch horizontaal tandwiel. De dieren draaien automatisch richting Van Lune, die ze aansluit op de slurpende ‘tepel­bekers’ van de melkmachine.

Van Wageningen vindt het  jammer dat het in de publieke opinie zo weinig gaat over de tachtig uur die hij en veel collegaveehouders wekelijks steken in het produceren van een eerste levensbehoefte. Dat hij dit ook nog zo duurzaam mogelijk probeert te doen door zijn geiten onder meer resten uit de voedingsmiddelenindustrie te voeden. En dat het niet gaat over die ton die hij investeerde om de luchtkwaliteit voor zijn dieren te optimaliseren. Of de moeite die hij doet om zo min mogelijk antibiotica te gebruiken en de anderhalve vierkante meter die iedere geit heeft onder een dak vol zonnepanelen.

Maar vindt hij het dan waard dat Nederlanders last hebben van een product dat veelal eindigt als poedermelk in China, zoals gebeurt met geitenmelk? ‘De landbouw heeft een groot aandeel in de Nederlandse economie, maar prima als dit het ons niet waard is’, zegt de man die in 2006 zijn ict-carrière bij onder meer ING verruilde voor een bestaan als ondernemer en wiens hart sneller klopt van al die ‘mooie producten’ die worden gemaakt van zijn geitenmelk. ‘Laat de regering dan de komende tien jaar afbouwen. In ruil voor een betere melkprijs ben ik de eerste die vijfhonderd dieren weg doet.’

‘Alleen geitenboeren’

Kringlooplandbouw

Tot die tijd kan Flevoland volgens Van Wageningen juist een oplossing bieden in het ontzien van de overvolle geitenprovincies als Noord-Brabant en Gelderland. ‘Akkerbouwers hebben hier grote behoefte aan hoogwaardige dierlijke mest met stro, zoals wij geitenboeren te bieden hebben’, zegt hij. ‘Nu wordt die mest over honderden kilometers versleept of vervangen door kunstmest. Dit is juist niet de kringlooplandbouw die de minister van Landbouw zo graag wil.’