Direct naar artikelinhoud
ColumnSheila Sitalsing

Het lijkt verdorie wel volop oorlog tegen een Staat die allesbehalve weggevaagd is

Het lijkt verdorie wel volop oorlog tegen een Staat die allesbehalve weggevaagd is

Er zijn oorlogen die nooit voorbij gaan. Die niet eindigen met een paukenslag, bevrijders in de straten, officiële capitulatie in ondertekende documenten, ontwapening van de vijand en wittebrood voor iedereen. Er zijn heel wat conflicten die blijven dooretteren en die overvloeien in nieuwe strijd, met nieuwe onduidelijke groeperingen die elkaar naar het leven staan of met war lords die gewoon handig gebruik maken van een machtsvacuüm om met geweld wat persoonlijke welvaart bij elkaar te graaien voor de eigen groep. Gebieden waar het nooit meer rustig wordt, die blijven hangen in het schemergebied tussen oorlog en vrede, in staten die je als mislukt kunt kwalificeren, zoals Libië, waar Europese landen niettemin bootjes gevuld met mensen terug naartoe sturen.

Volgens mensen die zeggen dat ze het kunnen weten is de strijd tegen Islamitische Staat in Syrië min of meer voorbij. Ze zijn verslagen, in elk geval ‘militair verslagen’. Voor de Amerikaanse president was het reden aan te kondigen dat hij zijn soldaten en materieel terug uit Syrië gaat halen, voor de Turkse president om zich op te maken voor een offensief tegen de Koerden. Het heeft zo zijn voordelen om een oorlog eenzijdig ‘voorbij’ te verklaren.

(Zie in dit kader ook: het kansloze plannetje dat CDA-leider Sybrand Buma een paar jaar geleden, toen hij druk bezig was met het serieus nemen van de zorgen van de mensen in het land, lanceerde om de status van erkende vluchtelingen in Nederland tot ‘tijdelijk’ te bombarderen, zodat ze met gezwinde spoed terug kunnen worden gezonden naar het land van herkomst ‘zodra de oorlog voorbij is’ – uit Buma’s opgeruimdheid rees een aandoenlijk wereldbeeld op.)

Hoe dat eruit ziet, een vijand die ‘militair verslagen’ is en een strijd die ‘voorbij’ is? Ana van Es ging voor deze krant kijken en langs de oevers van de Eufraat trof ze dit aan: luchtaanvallen, raketbeschietingen, af en toe een antitankraket uit het kamp van de tegenstander, en gedode soldaten in witte lijkenzakken. Aan de andere kant van de frontlijn ligt een nog altijd prima functionerend stukje Islamitische Staat, compleet met een werkend ziekenhuis, koranscholen, moskeeën en de gevreesde moraalpolitie, zo noteerde Van Es uit de monden van kalifaatvrouwen die op weg waren naar veiliger oorden. Het lijkt verdorie wel volop oorlog tegen een Staat die allesbehalve weggevaagd is.

Het ‘militair verslagen’ IS mag dan niet meer over het materieel en de mensen beschikken om op grote schaal terug te slaan in een grondoffensief, terreur zaaien kan het nog steeds uitstekend, zo blijkt uit het prachtverslag van onze correspondent. Er zijn de aanslagen in het gebied, bijna dagelijks, vaak dodelijk. Ver achter het front, gewoon in gebied dat officieel heroverd is, daar waar het allang niet meer gevaarlijk zou mogen zijn. Langs de toegangswegen waar een geparkeerde motorfiets zomaar kan ontploffen en een man van 23 de dood in kan sleuren.

IS mag dan haast ‘verslagen’ zijn en de militaire strijd mag dan ‘bijna voorbij’ zijn, en dat kan bij ons, ver van het front, gevierd worden als een prestatie, voor de inwoners van het dal van de Eufraat zal het daar nog heel lang als oorlog voelen.