Direct naar artikelinhoud
column

De vleeseter versus de vegetariër: zal ook dit debat de natie splijten?

Gisteren las ik op de voorpagina dat volgens een internationale commissie van deskundigen onze vleesconsumptie drastisch omlaag moet, teneinde in 2050 tien miljard wereldbewoners gezond en duurzaam te kunnen voeden. Concreet betekent dit dat we minstens de helft minder vlees zouden moeten eten dan we nu gemiddeld wekelijks doen.

Guido Camps, onderzoeker humane voeding aan Wageningen University, zag ‘wel grote problemen’ opdoemen. Want hoe doe je dat, het eetpatroon veranderen? ‘Gaan we snoep en vlees verbieden? Ik vrees dat het dan niet blijft bij een paar gele hesjes.’

Dat vrees ik ook.

Juist deze week kwam De Telegraaf met een heel andere voorpagina. Kop, tussen aanhalingstekens: ‘Vlees moet op rantsoen’. Daarboven, zonder aanhalingstekens: ‘Klimaatakkoord bemoeit zich met Hollandse eetgewoontes’. Erbij een foto van een meneer in een authentiek autochtoon interieur, met in zijn handen twee op vorken geprikte gehaktballen.

De redactie dook in de materie omdat ‘klimaatpaus’ Ed Nijpels even­eens gaarne de dierlijke eiwitten in ons dieet zou terugdringen, tot 40 procent. De rest zou dan moeten bestaan uit plantaardige eiwitten. ‘En dat alles’, snierde het dagblad, ‘om de overigens minieme Nederlandse bijdrage aan het wereldwijde broeikaseffect nog verder te verkleinen.’ Waarna het een Vlaamse professor ten tonele voerde die waarschuwde voor ‘vleesverkettering’. ‘Wie vlees afwijst op ideologische gronden en zonder kennis van essentiële voedingsstoffen, loopt grote risico’s.’

De Telegraaf-lezers stelden niet teleur. ‘Het is een schande’, meldde een briefschrijver. ‘Nederland let op uw tellen, voordat je het weet wordt straks alles van je afgepakt.’ Op de site van de krant luidde de ‘Stelling van de dag’: ‘Laat mij eten wat ik wil’. Liefst 81 procent van de 18.253 deelnemers zag de noodzaak niet in om minder vlees te eten, 89 procent bleek tegen een vleesbelasting.

Ook deze kwestie, kortom, dreigt de natie te splijten. Net als Zwarte Piet. Net als zo’n beetje alle kwesties vandaag de dag.

Hoe het verder moet?

Toevallig besteedde de Nijmeegse hoogleraar sociale psychologie Roos Vonk zaterdag in het opiniekatern uitvoerig aandacht aan onze emoties omtrent vlees. In een lang betoog plaatste ze de vegetariër tegenover de vleeseter. Ze afficheerde zichzelf overigens als flexinist: iemand die in de overgangsfase verkeert van de vleesloze naar de veganistische leefwijze. Weer wat geleerd.

Vleesmijders, wist ze, wekken wrevel bij de vleeseter. Voor de ‘meegaande meerderheid’ voelt het namelijk alsof ze hun morele superioriteit willen demonstreren, terwijl het ze ‘gewoonlijk’ om een hoger doel gaat. Dat helpt ‘de goede zaak’ niet vooruit. Dus moeten vegetariërs ‘psychologische strategieën’ bedenken die het ego van de vleeseter sparen. ‘Dat kan helpen om de sympathie voor henzelf en daarmee ook voor hun zaak te winnen.’ Tegelijk, schreef ze erbij, moet de geërgerde wél bij zichzelf te rade gaan. Vonk: ‘Wanneer iemands morele superioriteit je irriteert, zou dat altijd aanleiding moeten zijn om in de spiegel te kijken. Mogelijk zie je dan dat het je eigen geweten is waar je last van hebt.’

Nu treft het dat ikzelf jarenlang vegetariër ben geweest. Dat leidde destijds nog alom tot ongeloof, verbazing, en tot gepaneerde kaasplakken op je bord. Maar irritatie? Nimmer. Wrevel wek je echt alleen als je – bewust of onbewust – uitstraalt dat jouw voedselkeuze superieur is aan die van je disgenoten.

Dan dat spiegelkijkargument. Ik zou bijna zeggen: zo lust ik er nog wel een paar. Stel, ik noem maar wat, een steile dominee uit Arnemuiden draagt nogal betweterig het standpunt uit dat de homoseksuele praxis een gruwel is in de ogen des Heeren. Stel, andersdenkenden raken daarover hevig geïrriteerd. Zou de sociaal psychologe hen dan ook aanraden om desondanks in de spiegel te kijken? Omdat het mogelijk hun geweten is waar zij last van hebben? Iets zegt me dat zij het niet in haar hooggeleerde hoofd zou halen.

Natuurlijk, er zijn genoeg goeie redenen om onze vleesconsumptie drastisch terug te dringen. Maar hoe we dat ook aanpakken, houd de moraal er alsjeblieft buiten. En als het even kan ook mevrouw Vonk.