Direct naar artikelinhoud
AchtergrondOpera

Het Utrechtsch Studenten Concert viert haar 195-jarig bestaan met Thijl, de grootste opera in Nederland geschreven

Scène uit 'Thijl'Beeld wouter jansen

De zon moet nog van het toneel af. Nadat deze week 87 containers onder de luifel van het Nationaal Militair Museum in Soesterberg op elkaar zijn gezet, als wanden van een theater, bleek op een avond om precies half acht de zon te hinderlijk door een opening te piepen. Het is een van de verrassingen die bij het maken van locatietheater horen – net als de beperking in de hoogte van het theater. Het is broedtijd in het natuurgebied dat ooit militair terrein was; een witte kwikstaart heeft haar nest onder de luifel gebouwd en zij moet ongestoord kunnen af- en aanvliegen.

Het is een paar dagen voor de eerste generale repetitie van Thijl. Met deze opera van componist Jan van Gilse (1881-1944) viert het oudste orkest van Nederland, het Utrechtsch Studenten Concert, haar 195-jarig bestaan. Het heeft een naam hoog te houden waar het luisterrijke lustrumvieringen betreft. Vijf jaar geleden verraste het met Rheingold op de Rijn, deel één van Wagners operacyclus Der Ring des Nibelungen, uitgevoerd op een tot theater omgebouwde rijnaak die Nederlandse en Duitse steden aandeed.

Aylin Sezer (Nele)Beeld wouter jansen

Hoe kom ik daar overheen, dacht bestuurskundestudent Jaap van Hellenberg Hubar toen hij twee jaar geleden werd gevraagd de kar te trekken voor een nieuw project. Om te beginnen moest er worden nagedacht over de muziek. Hertog blauwbaards burcht van Béla Bartók kwam langs, Het sluwe vosje van Janácek. Op het lijstje stond ook Thijl, de grootste opera in Nederland geschreven en slechts één keer opgevoerd, in 1980 door de Nederlandse Operastichting. ‘Het is oorspronkelijk een opera van 3,5 uur, geschreven voor een kolossale bezetting: een groot romantisch orkest, 65 solistische rollen, plus figuranten en pantomimespelers. Thijl had in de operawereld de cultstatus van een onuitvoerbaar stuk. Dat triggerde ons. Als er één club is die dit kan, zijn wij het. We hebben zelf al een orkest, we zijn extreem gemotiveerd en bovendien hebben we zoiets groots al een keer eerder klaargespeeld.’

Voor zijn opera baseerde Jan van Gilse zich op de figuur van Thijl Uilenspiegel uit het boek van de Belgische schrijver Charles De Coster. In De legende van Uilenspiegel (1867) is Thijl een Vlaamse vrijheidsstrijder die tijdens de Tachtigjarige Oorlog aan de zijde van de geuzen tegen de Spaanse overheersing vecht. ‘In elke noot van het stuk’, zegt Van Hellenberg Hubar, ‘hoor je het gevaar van vrijheidsberoving, van de strijd voor godsdienstvrijheid en tolerantie. Het is de geest van Jan van Gilse, die tijdens de Tweede Wereldoorlog zelf verzetsstrijder was.’

Pierre Mak (Lamme Goedzak), Agris Hartmanis (Bie), Anthony Heidweiller (Thijl)Beeld wouter jansen

Het was Van Hellenberg Hubar zelf die met Thijl op de proppen kwam. Zijn vader, een muziekdocent, was betrokken bij de stichting die het werk van Jan van Gilse levend hield. ‘Ik kende de treurmars die de dood van Thijl begeleidt. Daarachter bleek een hele opera te zitten.’ Voor Van Hellenberg Hubar is Jan van Gilse de belichaming van het verzet van de kunsten tegen de onderdrukking. ‘Hij leidde het verzet tegen de Kultuurkamer.’ Van Gilse dook onder, Thijl was zijn laatste werk voor hij in 1944 overleed. De opdracht luidde: ‘Aan de strijders voor recht en vrijheid.’

De parallel met deze tijd maakt de opera Thijl urgent. ‘We bevinden ons op een kantelpunt in de geschiedenis en staan helaas voor de keuze: kiezen we voor de opgehitste meningen van nationalisten als Wilders en Baudet, of voor tolerantie en verlangen naar een betere wereld? De waarschuwing voor de gevaren van het doorgeslagen populisme zorgen voor een extra laag in het verhaal. Thijl strijdt voor goede idealen – vrijheid van geloof – maar heeft zijn leger niet onder controle. Het volk trekt ten strijde, maar verwoest datgene waarvoor ze eigenlijk vochten.’ Hij citeert een zin uit de sleutelscène, wanneer Thijl en zijn protestantse geuzen Gorinchem op de katholieken hebben veroverd en zijn medestrijder Lumey de gevangengenomen monniken wil ophangen: ‘Maar wat werd beter in dit land als de slaaf wel meester werd, maar omgekeerd de meester slaaf?’

Het studentenorkest is in januari begonnen met de repetities. Deze dagen komen daar de professionele zangers en de amateurkoren bij. Negen voorstellingen zal het orkest spelen, onder leiding van dirigent Bas Pollard en regisseur Wim Trompert – ook van de partij bij Rheingold op de Rijn. Op het hoogtepunt van de opera staan 62 zangers en 10 figuranten op het podium, en 80 musici ervoor. Hellenberg Hubar, in het geheel niet bescheiden: ‘Er komt tijdens de triomfmars in de tweede akte een massa op toneel die zo imposant is, dat je deze scène nooit meer zult vergeten.’

De première van Thijl is op zaterdag 30 juni. Een kaartje biedt tevens toegang tot de tentoonstelling Willem in het Nationaal Militair Museum. 

Bij de keuze voor Thijl stond het Utrechts Studenten Orkest voor een grote uitdaging: van de handgeschreven partituur van Jan van Gilse was één gescande versie beschikbaar. Elk orkestlid heeft zijn eigen partij in het muzieknotatieprogramma Sibelius gezet. Vierduizend brokjes van veertig maten in totaal, een klus van duizenden uren werk. Hellenberg Hubar: ‘Dankzij ons kan iedereen Thijl straks weer spelen.’