Direct naar artikelinhoud
InterviewGuus Hiddink

De Russen hadden niets verwacht, maar nu dansen ze tot vijf, zes uur ’s nachts

‘Als Rusland zondag wint van Spanje...’ Guus Hiddink verwijst naar het EK van 2008. Toen was ­Nederland favoriet, maar ­Rusland won in de kwartfinale met Hiddink als coach. Een herhaling van die stunt zou goed zijn voor de ­fatalistische Russische ­gemoedstoestand.

Guus Hiddink, bondscoach van Rusland tussen 2006 en 2010, begroet donderdag Stanislav Tsjertsjesov, de huidige coach.Beeld AP

Guus Hiddink sprak onlangs via Skype met een jongetje in Novosibirsk. De jongen is 10. Zijn naam is Guus. Hij is geboren in de nacht dat Rusland van Nederland won in de kwartfinale van het EK van 2008. De Russische journalist Igor Rabiner zegt: ‘Zo is de Russische ziel. Ik weet van minimaal drie jongens in Rusland dat ze Guus heten, terwijl dat bepaald geen gangbare naam is hier.’

Guus Hiddink en verslaggever Igor Rabiner van de grote sportkrant Sport-Express kennen elkaar al jaren, sinds een oefenduel tegen Letland, toen Hiddink net was benoemd tot bondscoach van Rusland in 2006. 

Minister Vitali Moetko sprak als altijd de spelers toe en hij nam de tijd. Hiddink: ‘Ik wilde zien hoe dat ging. Moetko sprak vrij lang, voor de warming-up. Ik zei: Vitali - want hier spreek je zelfs je baas aan met zijn voornaam - , jij bent de baas, maar houd je toespraken iets korter tijdens de kwalificatiereeks straks. Even 30 seconden over het vaderland en zo.’

De wedstrijd daarop was tegen Israël. Moetko hield het kort. ‘Maar toen zag ik hem even later voorbijschieten. Hup, terug de kleedkamer in. Ik volgde hem, pakte hem bij zijn arm en zei: kom Vitali, we gaan. De spelers keken met grote ogen toe. Vanaf dat moment ging het perfect.’

De vuist van Hiddink

Hiddink heeft Rabiner gevraagd aan te schuiven bij het gesprek, als kenner van de Russische ziel en gewoonten. Rabiner: ‘Een paar dagen na zijn aanstelling had ik een interview met Guus. We publiceerden alles wat hij zei. Het was echt een groot verhaal hier.’ Rabiner weet nog dat hij afscheid nam van Hiddink. Die stak zijn vuist omhoog. Zo van: we gaan de strijd aan hier. Hiddink was de eerste buitenlandse bondscoach van Rusland.

Op het dakterras van een mooi hotel hartje Moskou ziet Hiddink zichzelf geregeld op televisie in een reclame voor alcoholvrij bier. Dan lacht hij. De ene na de andere Koreaan of Rus wil met hem op de foto. 

Hiddink, bondscoach van Rusland tussen 2006 en 2010 en nu WK-analist voor de Amerikaanse zender Fox, houdt van Rusland. ‘Veel mensen hebben verkeerde oordelen, over en weer. Wij speelden met Rusland een oefenwedstrijd in Amsterdam. Ik vroeg mensen van de bond mee te gaan. Ze zeiden: Nee, nee, Amsterdam is drugs en prostituees. Allemaal vooroordelen. In elk land heb je een politieke laag en de laag daaronder. Russen zijn erg gastvrij en hulpvaardig.’

Leren gelukkig te zijn

Rabiner: ‘Maar voor dit WK waren de Russen helemaal niet relaxt. Je zag niemand op straat, terwijl zelfs Iraniërs en Peruanen feest vierden, nog voordat één wedstrijd was gespeeld. Russen zijn bang om gevoelens of vrolijkheid te tonen. Het is goed voor ze dat ze al die blijdschap van anderen een keer zien. Dat de wereld anders is dan ze denken. Russen moeten leren hoe ze gelukkig kunnen zijn, hoe ze plezier kunnen halen uit het leven. Daar weten ze niets van.’

Hiddink: ‘Dit WK is goed voor het imago van Rusland. Vanuit onze studio van Fox kijken we uit over het Rode Plein. Daar zie je al die supporters feesten, zelfs Bolivianen, die helemaal niet meedoen.’

Rabiner: ‘We kunnen zeggen dat het geld voor het WK beter naar andere doelen had kunnen gaan, maar dat was toch niet gebeurd. Het was in andermans zakken verdwenen. Stadions zijn gebouwd, net als wegen, hotels en vliegvelden. De infrastructuur van veel regio’s is verbeterd. En ja, de economie gaat slecht en de waarde van de roebel is onwaarschijnlijk gedevalueerd. De meeste stadions zullen straks gewoon worden gebruikt, behalve de Mordovia Arena, waar ze de capaciteit zullen verkleinen.’

Weg is de somberheid

Sportief vergaat het Rusland beter dan verwacht. Het land houdt de adem in voor de achtste finale van zondag in Moskou tegen Spanje. Hiddink: ‘Als Rusland kan winnen van Spanje... Het is als in 2008 op het EK, toen Nederland sterk favoriet was. Althans, dat vonden de Nederlanders zelf, na ruime overwinningen op Frankrijk en Italië. Het land feestte. Rusland, ach, dat was maar Rusland. Maar als je tegen Spanje even niet oplet, bam, dan straffen ze je.’

De Russen vermaken zich kostelijk met het WK ook door de prestaties van hun ploeg. De stemming is omgeslagen. Hiddink: ‘De Russen hadden niets verwacht. De voorbereiding was belabberd,de Confederations Cup was belabberd. Nooit had je het gevoel: dit is een team waarin vooruitgang zit. Mensen waren melancholisch en fatalistisch. Maar opeens kan het totaal de andere kant opgaan en dat gebeurt nu. Nu zie je ze dansen tot vijf, zes uur ’s nachts. Hetzelfde gebeurde toen we op het EK van 2008 tegen Nederland wonnen. Toen kregen wij foto’s van fans die op auto’s stonden te dansen.’

Monument naast Marx

Rabiner: ‘Rusland is een land van contrasten. Rusland kent geen midden. Het gaat van totale plus tot totale min. Zo is het karakter. Normaal bestaat niet. Geen enkele bondscoach in de geschiedenis van Rusland is zo beledigd als Tsjertsjesov. Door fans, door journalisten. Het was verschrikkelijk. Maar toen won hij  met 5-0 van Saoedi-Arabië en met 3-1 van Egypte en nu is hij een nationale held. Binnen één week. Van een totale ramp tot een held. Volgens mij is dat extremer dan in andere landen.’

Hiddink: ‘Maar hij moet eigenlijk nog één stap zetten. Hij moet de kwartfinales halen. Dan krijgt hij een monument naast dat voor Karl Marx.’

Rabiner: ‘Hij heeft zijn oorspronkelijke doel bereikt. De volgende ronde halen op een WK. Dat was een Russisch team nog nooit gelukt, want in 1986 en daarvoor was het nog de ploeg van de Sovjet-Unie.’

Zo praten Hiddink en Rabiner, elk met hun eigen gevoel van trots, over historisch besef van de Russen, over de revolutie van 1917, over het communisme, de onderdrukking of de perestrojka, de ontspanning en het langzaam openen van de grenzen. Hiddink: ‘Dat historisch besef is in mijn ogen indrukwekkend. De Romanovs, Raspoetin, iedereen aan het hof van de tsaren. Met Russen kun je daarover praten. Over Trotski, Lenin, Stalin.’

Rabiner: ‘Ik weet niet of de jongere generatie dat nog allemaal weet.’

Hiddink: ‘Ik ging deze week met een vrouwelijke begeleider van 24 jaar naar de studio’s. Ik vroeg haar wat ze wist van Lenin en Trotski? Ze twijfelde een beetje, ze wist niet alles. Maar over het algemeen kun je hier diepzinnig discussiëren over geschiedenis. De mensen weten echt veel.

De verhalen van Borodjoek

‘Ik ben altijd geïnteresseerd in de cultuur van een land waar ik ga werken. Ze halen me om prestaties. Dus wil ik de voetbalcultuur kennen, maar ook het grotere patroon van de cultuur buiten het voetbal. Want die cultuur heeft altijd invloed op de voetbalcultuur. Hier, maar ook in Australië of Zuid-Korea, was die invloed groot, van normen en waarden. Ik sprak in Rusland altijd veel met Alexander Borodjoek, mijn assistent. Een oud-speler, uit de tijd de vermaarde Oleg Blochin. Hij wist alles.’

Rabiner: ‘Niemand kan meer leuke verhalen vertalen dan Borodjoek.’

Hiddink: ‘Hij was een grote speler van Dinamo Moskou, vroeger de club van de politie en de geheime dienst KGB. Altijd topscorer. Hij vertelde me eens dat hij pas drie keer had gescoord, halverwege het seizoen. Niet de coach kwam naar hem toe, maar de generaals met hun grote petten. Ze zeiden: Borodjoek, als je nu niet vlot begint te scoren, weten we nog wel een club in Oost-Siberië voor jou. Op latere leeftijd zeiden ze: Sasja, we vliegen naar Frankfurt, eens kijken of je in de Bundesliga kunt spelen. Maar hij wist helemaal niet om welke club het ging. Op een gegeven moment kwamen ze uit in Gelsenkirchen bij Schalke. En weet je wie het tekengeld kreeg? Dat verdween in de zakken van de generaals.’

Rabiner: ‘Dat was eind jaren tachtig toen de tijden begonnen te veranderen. De helft van het salaris, soms meer dan de helft, ging naar de staat, die het contract regelde. De beroemde ijshockeyer Fetisov was nog een tijd minister van Sport in die tijd. Hij heeft veel geregeld voor oudere sporters die dan nog een paar jaar in het buitenland mochten oogsten in de tijd dat de grenzen opengingen.’

Hiddink: ‘Dinamo was van de politie, Spartak van het volk, CSKA van het leger, Lokomotiv van de spoorwegen . Mij is verteld dat supporters van Spartak spreekkoren mochten aanheffen tegen de regering, tijdens de wedstrijd. Voor de wedstrijd en na de wedstrijd moesten ze hun kop houden. Maar tijdens de wedstrijd konden ze rebels zijn.’

Poetin en ijshockey

Rabiner: ‘Zenit St.-Petersburg wordt gezien als een symbool van de huidige staat van president Poetin. Gazprom is het gasbedrijf van de staat en de sponsor. Zenit krijgt vanaf 2007
echt ongelooflijk veel geld van Gazprom. Vorig seizoen, toen Mancini kwam als trainer, heeft hij 90 miljoen euro uitgegeven aan nieuwe spelers. Dat was meer dan alle andere clubs samen. En Zenit eindigde als vijfde. Drie seizoenen op rij doet Zenit al niet meer mee aan de Champions League, wat een catastrofe is als je kijkt naar het geld.

‘Je kunt alleen niet echt zeggen dat Zenit de club van Poetin is, die uit St.-Petersburg komt. Want Poetin interesseert zich eigenlijk niet voor voetbal. Het WK is zijn persoonlijke project, maar hij vindt ijshockey veel interessanter. Dat speelt hij zelf. Hij houdt ook van judo. Geregeld speelt hij met beroemde voormalige ijshockeyers. Fetisov, Kasatonov, zij leerden hem ijshockeyen. De nationale ijshockeyploeg, de zogenoemde Rode Machine, dat is zijn team.’

Hiddink: ‘Sasja Borodjoek vertelde ook waarom voetballers mentaal een beetje vlak zijn. Dat komt omdat de autoriteiten altijd konden veroordelen en straffen. Zij bepaalden alles. Dus als je dan als buitenlander binnenkomt, zoals ik, ben je automatisch autoriteit. Iedereen luistert naar je. Spelers, staf. Maar dat wilde ik juist doorbreken. Ik wilde dat ze veel scherper oog kregen voor de doelen die we hadden. Zij dachten nooit aan dat doel. Ze gingen gewoon van wedstrijd naar wedstrijd. Als het goed ging: oké. Als het slecht ging: jammer.’