Direct naar artikelinhoud

'Ik vond het heftig dat veel mensen opeens iets van mij vonden'

De tijd dat grof zijn provocatief was is voorbij, vindt schrijver en cabaretier Johan Fretz (32). Vandaar dat hij in zijn nieuwe voorstelling De zachtmoedige radicaal juist zachtheid als wapen kiest. 'Ik heb mezelf in het verleden overschreeuwd.'

Johan FretzBeeld Frank Ruiter

Het boek of de voorstelling?

'De afgelopen tweeënhalf jaar heb ik gewerkt aan mijn boek Onder de Paramariboom, de laatste drie maanden was ik tegelijkertijd aan het try-outen met De zachtmoedige radicaal. Het boek en de voorstelling zijn gebaseerd op de reis die ik maakte met mijn moeder, naar haar geboorteland Suriname. Die ervaring is vermengd met fictie. Vandaar ook dat ik in het boek Johannes heet - mijn volledige naam, maar niemand noemt me zo.

'Dit project heeft me doen realiseren dat het schrijverschap voor mij de basis is, maar ik zou me geen leven kunnen voorstellen zonder performen. Ik zie mezelf niet als een cabaretier die ook nog schrijft, maar als een schrijver die in het theater zijn tori's, verhalen, tot leven wekt.'

Fretz 2010 of Fretz 2018?

'2018. In mijn eerste roman Fretz 2025 stelde ik mezelf fictief kandidaat als minister-president van Nederland in 2025. Het was een serieuze grap om iets serieus aan de kaak te stellen: godverdomme, waar zijn de politici met een eerlijk, kwetsbaar verhaal, politici die durven toegeven dat ze het soms ook niet weten? Kan er eindelijk eens een echte verhalenverteller opstaan in de vaderlandse politiek?

'Ik ben best wel hard over wat er na het verschijnen van dat boek is gebeurd. Ik vind dat ik mezelf heb overschreeuwd, maar mijn uitgever en vriend Oscar van Gelderen zegt altijd dat ik het verleden niet te veel moet afvallen; dat is ook onderdeel van wie je bent.

CV Johan Fretz

1985 geboren in Dordrecht
2010 studeert af aan Amsterdamse Toneelschool en Kleinkunstacademie
2010 op het Malieveld uitgesproken speech tegen de bezuinigingen op de kunsten verschijnt uitgewerkt als manifest Hart voor kunst bij Lebowski Publishers
2010 vormt muzikaal cabaretduo De Gebroeders Fretz (later De Gebroeders Harteveld en Fretz) met Marcel Harteveld, met wie hij de programma's Onderweg (2011-2012) en Revolte! (2013-2014) maakte
2011 debuutroman Fretz 2025
2013-heden wekelijkse column in Het Parool
2018 roman Onder de Paramariboom, solovoorstelling De zachtmoedige radicaal (première 4/3, De Kleine Komedie te Amsterdam)

'Eerst belandde ik als spreker in een zaaltje met twintig mensen, daarna voor 800 studenten. Na Pauw & Witteman werd ik als politieke belofte gehyped, stond ik opeens met interviews in allerlei kranten, vroeg De Wereld Draait Door of ik tafelheer wilde worden en kreeg ik een column op de opiniepagina in de Volkskrant.

Toen is het ontspoord; de humor, de zelfspot en het theatrale waren er helemaal uit. Hoe dat kwam, daar kan ik nog steeds niet goed de vinger op leggen. Ik vond het heftig dat veel mensen opeens iets van mij vonden en wist niet hoe ik daarmee moest omgaan. En ik herinner me hoe ik bij DWDD zat te luisteren naar een theatermaker of bandje als ik net over het kabinet had gepraat. Toen dacht ik al: ik wil veel liever dat. Ik denk dat ik gewoon niet sterk genoeg in mijn schoenen stond om dicht bij mezelf te blijven, verteller te blijven in plaats van gretig de megafoon te pakken in het meningencircus. Ik had bovendien nog niet de reikwijdte om voorbij platitudes echt mijn eigen woorden te vinden.'

Is het dan gek dat je totaal gammel blijkt te zijn als je op je 25ste in de spotlights komt te staan?

Vaders- of moederskind?

'Het is geen toeval dat mijn eerste persoonlijke roman en mijn eerste solovoorstelling over roots en identiteit gaan. Tot mijn 29ste heb ik mijn halve Surinaamse oorsprong van mij afgeduwd. Mijn moeder was vroeger psychisch ontspoord en omdat ik niet zoals mijn moeder wilde zijn, heb ik ook maar meteen die hele Surinaamse kant weggeduwd. Dus, en dat is vrij belangrijk, niet vanwege ras of kleur, maar vanwege oorsprong duwde ik mijn Surinaamse helft weg. Die koppeling is natuurlijk vrij gek, maar die heb ik als kind gemaakt, vrees ik.

'Het was niet zo leuk, vroeger in Dordrecht. Mijn moeder was mentaal wankel, mijn vader zoop: geen veilige basis. Is het dan gek dat je totaal gammel blijkt te zijn als je op je 25ste in de spotlights komt te staan? Ik vind van niet.

Ik ben nu mama's kindje

'Ik ben altijd een vaderskind geweest, omdat mijn moeder vanwege haar problemen afwezig was. Inmiddels gaat het heel goed met haar en is het andersom: ik ben nu mama's kindje. Ik begrijp veel beter hoe moeilijk het voor haar moet zijn geweest om vanuit Suriname in Nederland te belanden. Niet alleen door hoe ik haar in Paramaribo zag opbloeien, ook door mijn eigen zoektocht van de afgelopen jaren. Ik ben boos geweest over het onstabiele fundament in mijn kindertijd en ik heb het mijn ouders kunnen vergeven. Die verzoening met haar en mijn oorsprong is voltooid in Paramaribo. Mijn navelstreng ligt begraven in mijn moeders geboortegrond.'

Meer of minder mening?

'Minder! Meer zoeken, minder vinden, schreef ik vijf jaar geleden in mijn laatste column voor de Volkskrant. Na Fretz 2025 zat ik voor mijn gevoel vast in de opiniehoek. Daarom heb je mij jaren niet aan de talkshowtafel zien zitten en ben ik columns gaan schrijven voor Het Parool, columns die ook kunnen gaan over hoe twee bejaarden een lampenkap uit tram 14 halen.

'Eind 2016 ben ik voor het eerst weer naar een talkshow gegaan. Ik was gevraagd om bij Pauw het jaar af te sluiten, het jaar waarin David Bowie, Leonard Cohen, Prince, Muhammad Ali en Johan Cruijff overleden. Ik kreeg veel positieve reacties op mijn uitvoering van Bob Dylans Knockin' on Heaven's Door, een kruising van muziek en spoken word. Voor mij was de cirkel toen rond: ik ging weg van de meningen en kwam terug als verhalenverteller.'

Ik ging weg van de meningen en kwam terug als verhalenverteller

Pessimistischer dan destijds of nog steeds hoopvol?

'Ik ben nog steeds hoopvol, alleen besef ik meer dan toen dat hoop zich niet vanzelf invult. Je kan niet met z'n allen op een veld gaan staan en roepen om meer verbinding, empathie, samen, allemaal woorden die ik niet meer kan horen, en dan verwachten dat de hoop levend wordt gehouden.

'Acht jaar geleden was ik zwaar onder de indruk van Obama's 'Change we can believe in'. Zijn woorden wakkerden bij mij toen een soort vuur aan. Bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2016 zag ik weer nieuwe mensen van voorin de twintig aangestoken worden door Bernie Sanders' 'A future to believe in', maar op mij kreeg die boodschap toen al minder vat.

'Hoop zit 'm voor mij nu meer in tastbare dingen. In het boek drinkt Johannes in Paramaribo koffie met een Joodse man en een moslim. De synagoge en moskee zijn daar pal naast elkaar gevestigd, en als je hen vraagt hoe dat zo goed gaat, zeggen ze: 'Parkeerbeleid.' Is het bij de een druk vanwege een grote feestdag, dan mogen ze bij de ander parkeren, en vice versa. Geen tweestatenoplossing, maar parkeerbeleid, zo concreet kan het dus zijn.'

Johan FretzBeeld Frank Ruiter

Zacht of hard?

'Je kunt harder worden of je voor radicaal andere opvattingen afsluiten, maar dat wil ik niet. Ik streef liever naar radicale zachtmoedigheid. Ik kreeg een keer een mailtje van iemand die me uitmaakte voor vuil goor teringvarken. Beste Henk, mailde ik terug, zullen we een kopje koffie drinken?' Toen ben ik dus een kopje koffie gaan drinken met Henk en hadden we gewoon een goed gesprek. Ik zeg het ook in de voorstelling: 'Als je ooit verlegen zit om een kop koffie, dan weet je hoe je me moet benaderen.'

'In het theater is zachtmoedig zijn haast een provocatief middel geworden. Youp van 't Hek en Hans Teeuwen hebben in de jaren negentig met hun grofheid de vertrutting van het cabaret omver gebeukt. Dat was hard nodig, maar nu is grofheid helemaal niet schockerend meer. De wereld is best hard, als je nu met zachtheid komt worden mensen daar ongemakkelijk van en soms boos of geïrriteerd. Dit betekent absoluut niet 'politiek correct', dat is de grote misvatting. Er moet over alles humor kunnen zijn. Je moet volgens mij juist dingen ontladen, om bij zachtheid te geraken.

'Het sjablonische, verplichte grappen maken probeer ik uit mijn voorstelling te schrappen. Ik zie het als het laatste stuk pleaserigheid dat ik moet afwerpen. Ik ben geen comedian en ik moet ook geen comedian proberen te zijn, want dan wordt het gênant.'

Ik moet ook geen comedian proberen te zijn, want dan wordt het gênant

Zoekende of gevonden?

'Ik ben blij dat ik na lang zoeken bij dit boek en deze voorstelling ben uitgekomen, maar ik kies toch voor zoekende; in zoeken zit een bepaalde nieuwsgierigheid en honger, alleen uit zoekende zijn zich tegenwoordig niet meer in voortdurend wankelen.

'Dagu swen, zegt tante Enilda in het boek over een hond in de Surinamerivier: hij zwemt niet, hij doet maar wat, maar hij is er rustig onder en blijft boven water. Ik hoop dat dat me lukt: gewoon wat doen en toch boven water blijven, me niet meer te laten meesleuren door het idee dat ik móét meeschreeuwen.'

Snel weer naar Suriname of geen haast?

'Ik zou wel een jaar met mijn vriendin in Suriname willen wonen. De eerste keer was ik er een week in mijn eentje, een jaar later gingen mijn moeder en ik drie weken. Ze was al jaren niet in Suriname geweest, gewoon omdat ze er geen geld voor had. Mijn vader is er nog nooit geweest. Ik zou heel graag één keer de show willen spelen in theater Thalia in Paramaribo en het boek daar presenteren. Dan neem ik ze allebei mee.'