Direct naar artikelinhoud
Goed & SlechtAnouk & Menno

Goed & Slecht: eindafschriften Anouk en Menno

Anouks afscheidstekst wankelt, hoort Arjan Peters, maar die van Menno Wigman is stijlvol.

Fashion Designer for Barbie Dolls.Beeld Sygma via Getty Images

Het is nu klaar, jij huichelaar, zingt Anouk op haar Nederlandse cd Wen d’r maar aan, een knipoog naar de smartlap van wijlen Renée de Haan uit 1988, Vuile huichelaar. Belangrijk verschil: De Haan begon met dat ‘vuile’, te zingen met een bozige Amsterdamse f, dat eigenlijk het hele lied tevoorschijn roept. En een dubbele ui in de eerste twee woorden: ook mooi.

Dan is het behelpen bij Anouk. ‘Jij en ik waren ooit een koppel, totdat jij me naaide’; daar zou je wat meer informatie over willen. En het refrein: ‘Ik heb het met jouw rotkop gehad,/ Een waardeloze vent, je bent niets meer dan dat’, roept de vraag op of de huichelaar in kwestie al die jaren al met die rotkop rondliep. Is het niet dát, in plaats van het bedrog, waarop ze is afgeknapt?

Ze maakt ook een fout. ‘Jarenlang gegeven en genomen, klappen opgevangen en bedrogen/ Dat is ook wie jij bent.’ Anouk zingt hier dat híj, de rotkop, jarenlang is bedrogen en klappen heeft opgevangen. Zo bekeken mag de rotkop blij zijn dat het klaar is.

Het lied bevat wel een verrassing. De rotkop is namelijk ook nog een waardeloze ‘chappie’. Lang niet meer gehoord. Scheldwoord voor een eigenaardige sukkel, wellicht afgeleid van het Engelse chap. Anouk zingt tsjappie, maar mijn moeder zegt altijd sjappie, dat kan dus ook. Het pareltje kan de wankele tekst niet redden.

In Ik weet niet goed tot wie ik spreek (Prometheus; € 17,99) zijn de gedichten verzameld die Menno Wigman (1966-2018) schreef voor De Eenzame Uitvaart. Afscheidsteksten voor onbekenden. Je ziet ze niettemin meteen voor je, door de secure woorden van de dichter. In 2011 sprak Wigman bij de uitvaart van ene S. V.-K., een mevrouw denk ik, die meer dan 90 werd en pijnlijk netjes was: ‘Ze zeggen ook dat u jaar in jaar uit/ het saldo van uw bankafschriften heeft/ geknipt. Voor wie? Voor wat?/ Ik ruik een angst,// een scheve angst en ook veel achterdocht./ Het zijn mijn zaken niet, dat spreekt. Ik hoop/ alleen maar dat u dankbaar heeft geleefd// en onbevangen tot het duister treedt./ Straks stuurt de ING een eindafschrift./ Uw diepste angsten zijn allang gewist.’

Interesse, prudentie, mysterie, respect: het zit er allemaal in. Het woord ‘geknipt’ heeft Wigman van de voorgaande regel geknipt. Dat is schrijven in stijl.